Traduction de « rechnungshof sollten » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Europäischer Rechnungshof [ EG-Rechnungshof | ERH [acronym] Rechnungshof der Europäischen Gemeinschaften | Rechnungshof der Europäischen Union | Rechnungshof EG ]
Europese Rekenkamer [ Rekenkamer EG | Rekenkamer van de Europese Gemeenschappen | Rekenkamer van de Europese Unie ]

Mitglied des Rechnungshofs (EU) [ Mitglied des Rechnungshofes EG ]
lid van de Rekenkamer (EU) [ lid van de Rekenkamer EG ]

Europäischer Rechnungshof | Rechnungshof | EuRH [Abbr.]
Europese Rekenkamer | Rekenkamer

Stellungnahme Europäischer Rechnungshof
advies Rekenkamer

Anlagen sollten einem hohen Standard entsprechen
uitgerust met voorzieningen van hoge kwaliteit

Erster Präsident des Rechnungshofs
eerste voorzitter van het Rekenhof

Präsident des Rechnungshofs
voorzitter van het Rekenhof

Rechnungshof
Rekenhof

britischer Rechnungshof
Nationale Rekenkamer

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

(46) Die Sonderberichte des Rechnungshofs sollten unbeschadet der vollständi­gen Unabhängigkeit des Rechnungshofs hinsichtlich der Festlegung der Dauer und des Zeitpunkts seiner Prüfungen rechtzeitig erstellt und angenommen werden.
(46) Het opstellen en vaststellen van speciale verslagen van de Rekenkamer moet tijdig geschieden, onverminderd de absolute onafhankelijkheid van de Rekenkamer bij het bepalen van de duur en tijdstippen van haar controles.

Die Bestimmungen über die Prüfung der von der EIB verwalteten Mittel des 11. EEF durch den Rechnungshof sollten der in Artikel 287 Absatz 3 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union (AEUV) vorgesehenen Dreiervereinbarung zwischen Rechnungshof, EIB und Kommission Rechnung tragen.
De bepalingen betreffende de controle door de Rekenkamer van de door de EIB beheerde middelen van het 11e EOF moeten in overeenstemming zijn met de tussen de Rekenkamer, de EIB en de Commissie gesloten tripartiete overeenkomst, zoals voorzien in artikel 287, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

258. weist darauf hin, dass besondere Stützungen für bestimmte landwirtschaftliche Tätigkeiten nur unter strikter Einhaltung der Bestimmungen von Artikel 68 möglich sind und die neuen delegierten Rechtsakte vorsehen sollten, dass solche gekoppelten Zahlungen gegenüber der Kommission ausreichend begründet und von ihr kontrolliert werden sollten; weist darauf hin, dass die Kommission bei der Wahrnehmung der obersten Verantwortung innerhalb der geteilten Mittelverwaltung eine aktivere Rolle bei der Festlegung der Kriterien zur Umsetzung der Maßnahme und bei der komparativen Bewertung von Maßnahmen einnehmen sollte, um unklare und extreme Preisschwankungen zu vermeiden, wie sie etwa in den Beispielen für Ziegen in diesem Sonderbericht ermittelt wurden; weist darauf hin, dass die dazu erforderlichen Rechtsinstrumente in den neuen delegierten Rechtsakten festgelegt werden sollten; weist darauf hin, dass die Mitgliedstaaten in den neuen delegierten Rechtsakten aufgefordert werden sollten, nachzuweisen, dass jede spezifische Maßnahme, die sie einzuführen beabsichtigen, auch erforderlich (Notwendigkeit/Mehrwert eines Ansatzes, der auf Ausnahmeregelungen beruht) und relevant (Vorkehrungen für die Durchführung, Gewährungskriterien, Umfang der Stützungen) ist und dass dabei die Kriterien einer wirtschaftlichen Haushaltsführung eingehalten werden; weist insbesondere und als Antwort auf den Hinweis des Rechnungshofs, dass „klar definierte Fälle“ nicht klar definiert waren, darauf hin, dass durch die Umsetzung der neuen Verordnung (EU) Nr. 1307/2013 die von den Mitgliedstaaten ermittelten Probleme beseitigt werden sollten, indem
258. stelt vast dat specifieke steun voor bepaalde landbouwactiviteiten gebaseerd moet zijn op strikte naleving van artikel 68 en dat de nieuwe gedelegeerde handelingen moeten voorschrijven dat de toekenning van dergelijke steun naar behoren moet worden gerechtvaardigd tegenover de Commissie en door haar moet worden gecontroleerd; stelt vast dat de Commissie, om zich te kwijten van haar eindverantwoordelijkheid in het stelsel van gedeeld beheer een actievere rol moet spelen bij de vaststelling van de criteria voor de uitvoering van de maatregelen en bij het op een vergelijkbare manier beoordelen van maatregelen, zodat vermeden wordt dat zich onverklaarbare en extreem grote prijsverschillen voordoen zoals in het geval van de geiten waaraan in dit speciaal verslag wordt gerefereerd; merkt op dat de wetsinstrumenten hiertoe middels de nieuwe gedelegeerde handelingen moeten worden vastgesteld; merkt op dat de lidstaten middels de nieuwe gedelegeerde handelingen moet worden gevraagd om aan te tonen dat elke specifieke steunmaatregel die zij willen invoeren, noodzakelijk is (noodzaak en meerwaarde van een op afwijkingen steunende aanpak), relevant is (uitvoeringsovereenkomsten, gunningscriteria en steunniveaus) en voldoet aan de criteria van goed financieel beheer; stelt dat met name – in reactie op de mededeling van de Rekenkamer dat „duidelijk gedefinieerde gevallen” niet duidelijk waren gedefinieerd – met de tenuitvoerlegging van de nieuwe Verordening (EU) nr. 1307/2013 de door de lidstaten het vastgestelde problemen moeten kunnen worden verholpen:

Sie sollten weiterhin gemäß den Vorschriften und Verfahren der EIB, die diesen Grundsätzen Rechnung tragen sollten, und zu denen auch geeignete Kontrollmaßnahmen und die Einhaltung der EIB-Erklärung über Sozial- und Umweltstandards zählen, sowie im Einklang mit den einschlägigen Vorschriften und Verfahren, die für den Rechnungshof und das Europäische Amt für Betrugsbekämpfung (OLAF) gelten, verwaltet werden.
Zij moeten, zoals in het verleden, worden beheerd volgens de eigen regels en procedures van de EIB, die een afspiegeling van die beginselen dienen te zijn, passende controlemaatregelen dienen te omvatten en in overeenstemming dienen te zijn met de verklaring van de EIB over sociale en milieunormen, en volgens de toepasselijke regels en procedures van de Rekenkamer en het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF).

24. stellt fest, dass es einige unterschiedliche Ansichten zwischen dem Rechnungshof und der Kommission hinsichtlich der Art und Weise, wie Fehler berechnet werden sollten, gibt, insbesondere dahingehend, ob Vorfinanzierungen einbezogen oder ausgeschlossen werden sollten, in Bezug auf die Behandlung quantifizierbarer und nicht-quantifizierbarer Fehler und wie Rückforderungen und Finanzkorrekturen in der Gesamtbewertung der finanziellen Auswirkungen von Fehlern und der Korrekturkapazität der Systeme berücksichtigt werden sollten; ist der Auffassung, dass die unterschiedlichen Ansätze die unterschiedlichen Rollen der jeweiligen Organe widerspiegeln, nämlich die Rolle des Rechnungsprüfers auf der einen Seite und des Verwalters auf der anderen; ersucht darum, dass der Rechnungshof die Möglichkeit in Betracht zieht, diese strittigen unterschiedlichen Kategorien von Fehlerquoten in seinem nächsten Jahresbericht zu trennen und die Maßnahmen, die zwecks Wiedereinziehungen und Finanzkorrekturen ergriffen wurden, und deren Ergebnisse nach Sektoren aufzuschlüsseln;
24. merkt op dat de Rekenkamer en de Commissie enigszins van mening verschillen over de manier waarop fouten moeten worden berekend, met name wat betreft het al dan niet meerekenen van voorfinanciering, de behandeling van kwantificeerbare en niet-kwantificeerbare fouten en de manier waarop terugvorderingen en financiële correcties moeten worden verwerkt in de algemene beoordeling van de financiële gevolgen van fouten en de corrigerende capaciteiten van systemen; is van mening dat de verschillende benaderingen de verschillende rollen van de instellingen weergeven, te weten die van controleur enerzijds en die van beheerder anderzijds; verzoekt de Rekenkamer om de mogelijkheid te overwegen om deze betwistbaar verschillende categorieën foutenpercentages in zijn volgende jaarverslag apart te vermelden en om de beleidslijnen en resultaten omtrent terugvordering en financiële correcties per sector te kwalificeren;

21. stellt fest, dass es einige unterschiedliche Ansichten zwischen dem Rechnungshof und der Kommission hinsichtlich der Art und Weise, wie Fehler berechnet werden sollten, gibt, insbesondere dahingehend, ob Vorfinanzierungen einbezogen oder ausgeschlossen werden sollten, in Bezug auf die Behandlung quantifizierbarer und nicht-quantifizierbarer Fehler und wie Rückforderungen und Finanzkorrekturen in der Gesamtbewertung der finanziellen Auswirkungen von Fehlern und der Korrekturkapazität der Systeme berücksichtigt werden sollten; ist der Auffassung, dass die unterschiedlichen Ansätze die unterschiedlichen Rollen der jeweiligen Organe widerspiegeln, nämlich die Rolle des Rechnungsprüfers auf der einen Seite und des Verwalters auf der anderen; ersucht darum, dass der Rechnungshof die Möglichkeit in Betracht zieht, diese strittigen unterschiedlichen Kategorien von Fehlerquoten in seinem nächsten Jahresbericht zu trennen und die Maßnahmen, die zwecks Wiedereinziehungen und Finanzkorrekturen ergriffen wurden, und deren Ergebnisse nach Sektoren aufzuschlüsseln;
21. merkt op dat de Rekenkamer en de Commissie enigszins van mening verschillen over de manier waarop fouten moeten worden berekend, met name wat betreft het al dan niet meerekenen van voorfinanciering, de behandeling van kwantificeerbare en niet-kwantificeerbare fouten en de manier waarop terugvorderingen en financiële correcties moeten worden verwerkt in de algemene beoordeling van de financiële gevolgen van fouten en de corrigerende capaciteiten van systemen; is van mening dat de verschillende benaderingen de verschillende rollen van de instellingen weergeven, te weten die van controleur enerzijds en die van beheerder anderzijds; verzoekt de Rekenkamer om de mogelijkheid te overwegen om deze betwistbaar verschillende categorieën foutenpercentages in zijn volgende jaarverslag apart te vermelden en om de beleidslijnen en resultaten omtrent terugvordering en financiële correcties per sector te kwalificeren;

Damit die ordnungsgemäße Verwendung der Gemeinschaftsmittel sichergestellt ist, sollten die Kommission und der Rechnungshof überprüfen können, ob die Vorschriften der vorliegenden Verordnung eingehalten werden, und sie sollten hierzu alle für die Prüfungen und finanziellen Berichtigungen gemäß Artikel 28 der Verordnung (EG) Nr. 861/2006 relevanten Informationen erhalten.
Om een correct gebruik van de Gemeenschapsmiddelen te waarborgen, moeten de Commissie en de Rekenkamer in staat worden gesteld de naleving van de bij deze verordening vastgestelde bepalingen te controleren en dienen beide instellingen daartoe alle gegevens te krijgen die relevant zijn voor het uitvoeren van de in artikel 28 van Verordening (EG) nr. 861/2006 bedoelde audits en financiële correcties.

Um die möglichst wirksame Anwendung von Artikel 87 der Grundverordnung hinsichtlich der Verfügbarkeit der Belege und der Rechte des Rechnungshofs und der Kommission auf Einsicht in sämtliche Belege für Ausgaben und Prüfungen zu gewährleisten, sollten die Verwaltungsbehörden sicherstellen, dass Informationen über die Identität und den Sitz der Stellen, die diese Belege aufbewahren, verfügbar sind, und diese Belege sollten einer Mindestliste von Personen und Einrichtungen zur Verfügung gestellt werden.
Teneinde de meest doeltreffende toepassing van artikel 87 van de basisverordening met betrekking tot de beschikbaarheid van documenten en het recht van de Rekenkamer en de Commissie op inzage in alle bewijsstukken betreffende uitgaven en audits te garanderen, moeten de beheersautoriteiten de namen en adressen beschikbaar houden van de instanties die de bewijsstukken in bezit hebben, en moeten die documenten aan een minimumaantal personen en instanties ter beschikking worden gesteld.

Die Bestimmungen des angefochtenen Dekrets werden also dargestellt in dem Sinne, dass sie eine Anwendungsschwierigkeit der im obenerwähnten Erlass der Regierung der Französischen Gemeinschaft vom 15. März 1995 vorgesehenen finanziellen Massnahmen lösen sollten, wobei dieser Erlass den Rechnungshof veranlasst hatte, bei der Prüfung von Hunderten von Pensionsakten von Personalmitgliedern seinen Sichtvermerk zu verweigern.
Er wordt dus aangegeven dat de bepalingen van het bestreden decreet ertoe strekken het probleem op te lossen van de toepassing van de bezoldigingsmaatregelen waarin het voormelde besluit van de Franse Gemeenschapsregering van 15 maart 1995 voorziet, dat het Rekenhof ertoe had gebracht zijn goedkeuring te weigeren bij het onderzoek van honderden pensioendossiers van personeelsleden.