(1) Kann die Amtszeit des nach Artikel 38 eines Europol-Beschlusses ernannten Direktors oder stellvertretenden Direktors verlängert werden, kann der Verwaltungsrat beschließen, von dem in Kapitel 2 festgelegten Verfahren abzuweichen.
1. Indien de ambtsperiode van de directeur of van een adjunct-directeur die is benoemd op grond van artikel 38 van het Europol-besluit kan worden verlengd overeenkomstig artikel 38, lid 1, en artikel 38, lid 2, van het Europol-besluit, kan de raad van bestuur afwijken van de in hoofdstuk 2 vastgestelde procedure.