Aus der Verbindung der
Artikel 4 und 7 des Dekrets vom 29. April 1991 und aus den Vorarbeiten zu diesen Besti
mmungen ergibt sich einerseits, dass durch das Verschwinden des Faktors « Provinzialunterricht » der Anteil der Provinz Westflandern am Flämischen Provinzfonds im Vergleich zu demjenigen der übrigen Provinzen verhältnism
ässig erhöht werden soll, und andererseits, dass dies pro Haushaltsjahr erfolgt durch eine - allerdings be
...[+++]schränkte - Einbehaltung im Verhältnis zu den Beträgen, um die die Anteile der übrigen Provinzen zunehmen - die sogenannte « Angleichung ».Uit de combinatie van de artik
elen 4 en 7 van het decreet van 29 april 1991 en de parlementaire voorbere
iding ervan blijkt, enerzijds, dat door het wegvallen van de factor « provinciaal onderwijs » het aandeel, in het Vlaams Provinciefonds, van de provincie West-Vlaanderen in vergelijking met dat van de andere provincies relatief zou worden opgetrokken en, anderzijds, dat zulks per begrotingsjaar geschiedt door een - weliswaar beperkte - afneming in verhouding tot de bedragen waarmee de aandelen van de andere provincies aangroeien, de
...[+++] zogeheten « inhaalbeweging ».