14. befürchtet, dass Drittstaatsangehörige nicht über angemessene Mittel verfügen könnten, um zu überwachen, ob sie betreffende personenbezogene Daten, die in dem geplanten „System der Systeme“ der EU gesammelt werden, im Einklang mit den Grundsätzen der in der EU anzuwendenden Datenschutzvorschriften verarbeitet werden; fordert die Kommission auf klarzustellen, in welchem Umfang personenbezogene Daten den Behörden von Drittländern zur Verfügung gestellt werden sollen;
14. is bezorgd dat onderdanen van derde landen mogelijk niet beschikken over de nodige middelen om er op toe te zien dat de persoonlijke informatie die over hen wordt verzameld in het kader van het geplande "systeem van systemen" van de EU wordt behandeld in overeenstemming met de beginselen van de regelgeving inzake gegevensbescherming die van toepassing is in de EU; roept de Commissie op te verduidelijken in welke mate persoonlijke gegevens ter beschikking zullen worden gesteld van de administraties van derde landen;