Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «dass es nur bei einem systematischen abstempeln » (Allemand → Néerlandais) :

Die Kommission betont, dass es nur bei einem systematischen Abstempeln mit Sicherheit möglich ist, Datum und Ort des Überschreitens der Außengrenze festzustellen, und dass daher das systematische Abstempeln notwendig ist, um prüfen zu können, ob die Dauer des kurzfristigen Aufenthalts eines Drittstaatsangehörigen im Schengen-Gebiet eingehalten wurde (siehe auch fünften Aufzählungspunkt).

De Commissie benadrukt dat alleen door het systematisch afstempelen met zekerheid kan worden vastgesteld op welke datum en welke plaats de buitengrens is overschreden en dat dit derhalve noodzakelijk is om de duur van het toegestane verblijf van een onderdaan van een derde land in het Schengengebied te kunnen verifiëren (zie ook punt 5 hieronder).


Artikel 10 Absatz 3 SGK sieht Ausnahmen von der Verpflichtung zum systematischen Abstempeln vor, die unter anderem Reisedokumente von Staatsoberhäuptern und Würdenträgern, deren Eintreffen im Voraus auf diplomatischem Wege offiziell angekündigt wurde, und von weiteren im genannten Artikel aufgeführten Personengruppen betreffen.

Artikel 10, lid 3, van de SGC voorziet in vrijstellingen van het systematisch afstempelen, zoals reisdocumenten van staatshoofden of hoogwaardigheidsbekleders wier aankomst vooraf langs diplomatieke weg officieel is aangekondigd, en andere categorieën documenten die in dat artikel worden vermeld.


Zunächst ist festzustellen, dass die Verpflichtung zum systematischen Abstempeln der Reisedokumente von Drittstaatsangehörigen im Rahmen der Ein- und Ausreise bei kurzfristigen Aufenthalten von höchstens drei Monaten im Schengen-Gebiet einzuhalten ist.

Ten eerste moet de verplichting om bij in- en uitreis systematisch de reisdocumenten af te stempelen van onderdanen van derde landen die voor een kort verblijf van ten hoogste drie maanden per periode van zes maanden het Schengengebied binnenkomen, worden nagekomen.


Im SGK wird die mit der Verordnung (EG) Nr. 2133/2004[2] eingeführte Verpflichtung zum systematischen Abstempeln der Reisedokumente von Drittausländern beim Überschreiten der Außengrenzen im Rahmen der Ein- und Ausreise bestätigt.

In de SGC werd de in Verordening (EG) nr. 2133/2004 van de Raad[2] vastgestelde verplichting om bij in- en uitreis systematisch de reisdocumenten van onderdanen van derde landen af te stempelen, bevestigd.


[2] Verordnung (EG) Nr. 2133/2004 des Rates vom 13. Dezember 2004 zur Verpflichtung der zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten zum systematischen Abstempeln der Reisedokumente von Drittausländern beim Überschreiten der Außengrenzen der Mitgliedstaaten, ABl. L 369 vom 16.12.2004, S.5.

[2] Verordening (EG) nr. 2133/2004 van de Raad van 13 december 2004 waarbij voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten de verplichting wordt ingevoerd om in de reisdocumenten van onderdanen van derde landen bij het overschrijden van de buitengrenzen van de lidstaten systematisch een stempel aan te brengen, PB L 369 van 16.12.2004, blz. 5.


Moerman, E. Derycke, P. Nihoul und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 3. September 2015 in Sachen Dimitry Moedaert und Vinciane Schoonbroodt gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 17. September 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Lüttich, Abteilung Lüttich, eine Vorabentscheidungsfrag ...[+++]

Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 september 2015 in zake Dimitry Moedaert en Vinciane Schoonbroodt tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 september 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 14 oktober 2015 als volgt werd geherformuleerd : « Schenden de artikelen 132bis en 136 van het WIB 1992, in die zin geïnterpreteerd dat enkel de kinderen die hun fis ...[+++]


Aus diesen Gründen: Der Gerichtshof erkennt für Recht: Die Artikel 132bis und 136 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, dahin ausgelegt, dass nur die Kinder, die ihren Steuerwohnsitz bei einem der Elternteile des Haushaltes, von dem sie ein Mitglied sind, haben, als zu Lasten gelten, verstoßen nicht gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung.

Om die redenen, het Hof zegt voor recht : De artikelen 132bis en 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in die zin geïnterpreteerd dat enkel de kinderen die hun fiscale woonplaats hebben bij een van de ouders van het gezin waarvan zij deel uitmaken, als ten laste worden beschouwd, schenden de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet niet.


In den Vorarbeiten wird in einem allgemeinen Wortlaut die Notwendigkeit angeführt, « eine Reihe geltender Schutzregelungen, insbesondere die Sicherheitsleistung oder die Regelung der gesamtschuldnerischen Haftung, auch auf die Gläubiger anwendbar zu machen, deren Titel vor Gericht angefochten wird, um nicht nur bei Aufspaltung einer Gesellschaft, sondern auch bei einer Kapitalherabsetzung ihre Aussichten auf Zahlung uneingeschränkt zu wahren », ohne dass ein Unterschied je nach der Art der Gesellschaft angeführt wird (Parl. Dok., Kamm ...[+++]

De parlementaire voorbereiding vermeldt in algemene termen de noodzaak om « een aantal vigerende beschermingsregelingen, met name de vestiging van een zekerheid of de hoofdelijke-aansprakelijkheidsregeling, ook toepasbaar [te maken] op de schuldeiser wiens titel in rechte wordt betwist, teneinde niet alleen bij een opsplitsing van een vennootschap maar ook bij een kapitaalvermindering zijn kansen op terugbetaling gaaf te houden », zonder een onderscheid te vermelden naar gelang van de aard van de vennootschap (Parl. St., Kamer, 2012-2013, DOC 53-2800/001, p. 9).


3. Verstößt Artikel 135 § 1 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, dahin ausgelegt, dass die Staatsanwaltschaft eine zulässige Berufung gegen einen Beschluss der Ratskammer, mit dem die Verweisung eines oder mehrerer Beschuldigter beschlossen wird, während die Staatsanwaltschaft die Einstellung des Verfahrens gegen diese(n) Beschuldigten gefordert hatte, nur insofern einlegen kann, als die Staatsanwaltschaft einen Klagegrund im Sinne von Artikel 135 § 2 des Strafprozessgesetzbuches durch schriftlichen Schriftsatz bei der Ratskammer geltend gemacht hat, und zwar im Lichte des grundlegenden Unterschieds, d ...[+++]

3. Schendt artikel 135, § 1, van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in die zin geïnterpreteerd dat het openbaar ministerie slechts een ontvankelijk hoger beroep kan instellen tegen een beschikking van de raadkamer waarbij tot verwijzing van een of meerdere inverdenkinggestelden wordt besloten en dit terwijl het openbaar ministerie de buitenvervolgingstelling van deze inverdenkinggestelde(n) vorderde, voor zover het openbaar ministerie bij schriftelijke conclusie een middel zoals bedoeld in artikel 135, § 2, van het Wetboek van Strafvordering heeft ingeroepen voor de raadkamer, en dit in het licht van het ...[+++]


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 30. Juni 2016 in Sachen der Flämischen Region gegen den Belgischen Gemeinsamen Garantiefonds, dessen Ausfertigung am 15. Juli 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Kassationshof folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 19bis-13 § 3 des Gesetzes vom 21. November 1989 über die Haftpflichtversicherung in Bezug auf Kraftfahrzeuge gegen die Artikel 10 und 11 der ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 30 juni 2016 in zake het Vlaamse Gewest tegen het Belgisch Gemeenschappelijk Waarborgfonds, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 15 juli 2016, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 19bis-13, § 3 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen de artikelen 10 en 11 Grondwet, indien het in die zin geïnterpreteerd wordt dat, naast de primaire schadelijder van een ongeval veroorzaakt door een niet-geïdentificeerd voertuig, ook de secundaire schadelijder de mogelijkheid ontzegd kan worden vergoeding voor materiële schade ...[+++]


w