Die festgelegte Obergrenze für Kosten, die durch die Verbesserung der Energieeffizienz und die Nutzung erneuerbarer Energien in bestehenden Wohngebäude entstehen, beträgt 4 % der gesamten EFRE-Mittel pro Mitgliedstaat, diese Obergrenze muss auf 15 % angehoben werden, damit die Investitionen in diesem Bereich die größtmögliche Wirkung für die Bürger der Europäischen Union entfalten.
Er zij aan herinnerd dat tot dusver voor uitgaven ter verbetering van de energie-efficiëntie en voor het gebruik van hernieuwbare energie in bestaande huizen een plafond is vastgelegd van 4 procent van de totale, aan de lidstaten toegekende EFRO-middelen. Dit plafond moet worden verhoogd tot 15 procent, zodat de investeringen op dit terrein een zo groot mogelijk effect hebben ten bate van de burgers van de Europese Unie.