Niederländische Wohnungsbaugesellschaften hatten sich bei der Kommission beschwert, dass Unternehmen des sozialen Wohnungsbaus dank der staatlichen Beihilfen ihre gewerblichen Tätigkeiten immer mehr ausweiteten anstatt die Mittel wirklich für den sozialen Wohnungsbau zu verwenden.
De Commissie had klachten ontvangen van Nederlandse woningbouwmaatschappijen die beweerden dat de woningcorporaties met behulp van staatssteun in toenemende mate hun commerciële activiteiten uitbreidden in plaats van de staatssteun aan te wenden om sociale huisvesting te verstrekken.