18. erinnert daran, dass das Abkommen von Cotonou eine spezielle Bestimmung über Handel und Arbeitsnormen enthält, in der die Vertragsparteien ihr Eintreten für die arbeitsrechtlichen Mindestnormen, insbesondere Verbot der extremsten Formen der Kinderarbeit, bestätigen; ersucht die Kommission, für die Anwendung von Artikel 50 des Abkommens von Cotonou Sorge zu tragen;
18. herinnert eraan dat de overeenkomst van Cotonou een specifieke bepaling bevat inzake handels- en arbeidsnormen die bevestigt dat de partijen zich verbinden tot het naleven van de fundamentele arbeidsnormen en met name de uitbanning van extreme vormen van kinderarbeid; vraagt de Commissie dat zij ervoor zorgt dat artikel 50 van de overeenkomst van Cotonou wordt uitgevoerd;