« Verstossen die Artikel 79 Absatz 2 und 80 bis 82 des Konkursgesetzes vom 8. August 1997 in der nachträglich abgeänderten Fassung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtsko
nvention, indem der Bürge, der unentgeltlich gebürgt hat für eine in Konkurs geratene natürliche Person, die wohl für e
ntschuldbar erklärt werden kann, im Falle einer Entschuldbarerklärung von sei
nen Verpflichtungen befreit wird, wäh ...[+++]rend der Bürge, der unentgeltlich gebürgt hat für eine in Konkurs geratene juristische Person, die nicht für entschuldbar erklärt werden kann, nie von seinen Verpflichtungen befreit werden kann?
« Zijn de artikelen 10 en 11 van de Grondwet geschonden door de artikelen 79, tweede lid, en 80 tot 82, van de faillissementswet van 8 augustus 1997, zoals achteraf gewijzigd, al dan niet samen gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, doordat de kosteloze borg voor een gefailleerde natuurlijke persoon, die wel verschoonbaar verklaard kan worden, van zijn verplichtingen bevrijd wordt in geval van verschoonbaar verklaring, terwijl de kosteloze borg voor een gefailleerde rechtspersoon, die niet verschoonbaar kan verklaard worden, nooit kan bevrijd worden van zijn verbintenissen ?