Traduction de «bzw weiterbildung » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

AusbildungsleiterIn | Leiterin der betrieblichen Aus- und Weiterbildung | Leiter der betrieblichen Aus- und Weiterbildung | Leiter der betrieblichen Aus- und Weiterbildung/Leiterin der betrieblichen Aus- und Weiterbildung
opleidingsadviseur voor bedrijven | opleidingsfunctionaris (p&o) | opleidingsadviseur in ondernemingen | opleidingsfunctionaris

berufliche Weiterbildung | Fortbildung | ständige Weiterbildung | Weiterbildung
bij- en nascholing

berufliche Weiterbildung | fortlaufende berufliche Weiterbildung
bij- en nascholing

Erhebung über die berufliche Weiterbildung | Gemeinschaftserhebung zur beruflichen Weiterbildung | GEBW [Abbr.]
enquête naar de voortgezette beroepsopleiding | enquête voortgezette beroepsopleiding | CVTS [Abbr.]

Nothalte- bzw. Pannenbucht
vluchthaven

Rechtsstellung als Person, die vertreten bzw. der beigestanden wird
statuut van de persoon die vertegenwoordigd of bijgestaan wordt

Vertreter bzw. Beistand
persoon die vertegenwoordigt of bijstaat

Antikonvulsivum | krampflösendes | bzw.-verhinderndes Mittel
anticonvulsivum | middel tegen stuipen

Kommunikationskanäle für verschiedene Arbeitgeber/Arbeitgeberinnen bzw. Auftragnehmer/Auftragnehmerinnen prüfen
communicatiekanalen onderzoeken voor verschillende werkgevers/opdrachtgevers

Ressourcen für Lade- und Entladetätigkeiten vorbereiten bzw. einteilen
middelen voor laadactiviteiten voorbereiden

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

II - Organisation der Ausbildungsaktivitäten Art. 3 - In Anwendung von Artikel 3 § 1 Absatz 2 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 21. Juli 2016 decken die Ausbildungsaktivitäten Themen in den folgenden vorrangigen Bereichen: 1° Weiterbildung in Betriebsführung einschließlich durch die Kenntnis der Gesetzgebung, die landwirtschaftliche Technologie, die Aufwertung von Agrarerzeugnissen, sowie in den Bereichen Forstwirtschaft, Waldbewirtschaftung und Holzverarbeitung; 2° nachhaltige Bewirtschaftung der landwirtschaftlichen Betriebe oder nachhaltige Waldbewirtschaftung; 3° Verbesserung der Umweltleistung im land- bzw. forstwirtschaftlichen Bereich; 4° energetische Verwertung der landwirtschaftlichen bzw. forstwirtschaftlichen Biomasse.
II. - De organisatie van de vormingsactiviteiten Art. 3. Overeenkomstig artikel 3, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 21 juli 2016, dekken de vormingsactiviteiten thema's in de volgende prioritaire gebieden : 1° bijscholing in bedrijfsbeheer met inbegrip van de kennis van de wetgeving en landbouwtechnologieën, de valorisatie van de landbouwproducten, alsook in de bosbouw, bosbouwexploitatie en houtverwerking; 2° duurzaam beheer van de landbouwbedrijven of van het bos; 3° verbetering van de milieuprestaties in de landbouw- en bosbouwsector; 4° energetische valorisatie van de landbouw- of bosbouwbiomassa.

Die zur Bestimmung der qualitativen Verbesserung beruflicher Bildung vorgeschlagenen Indikatoren fußen auf Angaben z. B. zu den Investitionen in die Aus- bzw. Weiterbildung von Lehrkräften und Ausbildern, zur Teilnahmequote und zur Abschlussquote bei Berufsbildungsgängen, zur Vermittlungsquote für Absolventen von Berufsbildungsgängen, zur Nutzung der erworbenen Kenntnisse am Arbeitsplatz, zur Erwerbslosenquote, zur Prävalenz besonders schutzbedürftiger Gruppen, zu den Mechanismen zur Ermittlung der Berufsbildungsbedürfnisse auf dem Arbeitsmarkt sowie zu den Programmen zur Verbesserung des Zugangs zur Berufsbildung.
De voorgestelde indicatoren voor het meten van kwaliteitsverbetering van beroepsonderwijs en –opleiding betreffen gegevens zoals investeringen in de opleiding van leraren en opleiders, participatie in beroepsonderwijs- en –opleidingsprogramma's, aantal leerlingen dat deze programma's afmaakt, plaatsingspercentage na afronding van een dergelijk programma, gebruik van verworven vaardigheden op het werk, werkloosheidspercentage, prevalentie van kwetsbare groepen, mechanismen om de opleidingsbehoeften op de arbeidsmarkt vast te stellen en programma's ter verbetering van de toegang tot beroepsonderwijs en –opleiding.

Art. 2 - Im Sinne des vorliegenden Erlasses gelten folgende Definitionen: 1° Gesetzbuch: das Wallonische Gesetzbuch über die Landwirtschaft; 2° Erstausbildung: Die für die Erlangung einer Phytolizenz erforderliche Ausbildung im Sinne von Artikel 33 des Königlichen Erlasses vom 19. März 2013; 3° Weiterbildung: Die zur Erneuerung einer Phytolizenz erforderliche Ausbildung im Sinne von Artikel 38 des Königlichen Erlasses vom 19. März 2013; 4° Minister: der Minister, zu dessen Zuständigkeitsbereich die Umwelt gehört; 5° Teilnehmer: die Person im Sinne von Artikel D.98 Ziffer 4 des Gesetzbuches; 6° Verwaltung: Die Verwaltung im Sinne von Artikel D.3 Ziffer 3 des Gesetzbuches oder die von ihr beauftragte Stelle; 7° Phytolizenz: Das Zertifikat zur beruflichen Verwendung von Produkten, für den Vertrieb bzw. die Beratung im Sinne von Artikel 2 Ziffer 11 des Königlichen Erlasses vom 19. März 2013; 8° Königlicher Erlass vom 19. März 2013: der Königliche Erlass vom 19. März 2013 zur Verwirklichung einer nachhaltigen Verwendung von Pflanzenschutzmitteln und Zusatzstoffe; 9° Ministerialerlass vom 24. Juli 2013: der Ministerialerlass vom 24. Juli 2013 zur Validierung der Erstausbildungsprogramme, die Zugang zu den Phytolizenzen "Assistent-berufliche Verwendung", "berufliche Verwendung", "Vertrieb/Beratung" und "Vertrieb/Beratung nicht berufliche Produkte - NB" ermöglichen; 10° Erlass der Wallonischen Regierung vom 28. Januar 2016: der Erlass der Wallonischen Regierung vom 28. Januar 2016 zur Ausführung von Titel IV Kapitel II des wallonischen Gesetzbuches über die Landwirtschaft in Bezug auf die Berufsbildung in der Landwirtschaft; 11° Bewertung: Die Prüfung der gründlichen Kenntnis der in Anlage 3 zum Königlichen Erlass vom 19. März 2013 aufgeführten Themenbereiche.
Art. 2. In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Wetboek : het Waals landbouwwetboek; 2°. de basisopleiding : de opleiding die de voorwaarden vaststellen voor het verkrijgen van een fytolicentie en bedoeld in artikel 33 van het koninklijk besluit van 19 maart 2013; 3° de aanvullende opleiding: de opleiding die de voorwaarden vaststellen voor de hernieuwing van een fytolicentie en bedoeld in artikel 38 van het koninklijk besluit van 19 maart 2013; 4° de Minister : de Minister bevoegd voor Leefmilieu; 5° de deelnemer : de persoon bedoeld in artikel D.98, 4° van het Wetboek; 6° de Administratie : de administratie in de zin van artikel D.3, 3°, van het Wetboek of de instelling afgevaardigd door de administratie; 7° de fytolicentie: het certificaat voor professioneel gebruik, distributie of voorlichting van producten in de zin van artikel 2, 11°, van het koninklijk besluit van 19 maart 2013; 8° het koninklijk besluit van 19 maart 2013: het koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen; 9° het ministerieel besluit van 24 juli 2013: het ministerieel besluit van 24 juli 2013 houdende validatie van de programma's van de basisopleiding die toegang geeft tot de fytolicenties "Assistent professioneel gebruik", "Professioneel gebruik", "Distributie/Voorlichting" en "Distributie/voorlichting producten voor niet-professioneel gebruik - NP"; 10° het besluit van de Waalse Regering van 28 januari 2016: het besluit van de Waalse Regering van 28 januari 2016 houdende uitvoering van hoofdstuk II van Titel IV van het Waalse Landbouwwetboek betreffende de beroepsopleiding in de landbouw; 11° de evaluatie: de verificatie van de grondige kennis van de onderwerpen bedoeld in bijlage 3 bij het koninklijk besluit van 19 maart 2013.

In dem neuen mehrjährigen Finanzrahmen hat die Kommission vorgeschlagen, die Aus- und Weiterbildung mit Blick auf das europäische Justizwesen zu einer wichtigen Priorität zu erklären, und als Ziel festgelegt, bis 2020 jährlich über 20 000 Angehörige der Rechtsberufe aus- bzw. weiterzubilden.
De Commissie heeft voorgesteld de Europese justitiële opleiding binnen het nieuwe meerjarige financieel kader van de EU een grotere prioriteit te geven, zodat tegen 2020 jaarlijks meer dan 20 000 beoefenaars van juridische beroepen een opleiding kunnen volgen.

die Kernbotschaften, vor allem die Bedeutung der Grundfertigkeiten und der Aus- bzw. Weiterbildung der Lehrkräfte; die Wirksamkeit der offenen Koordinierungsmethode und die Rolle des Peer Learning, Indikatoren und Benchmarks insbesondere in Bezug auf die EU-Strategie für die Zeit nach 2010; das besondere Problem des Schulabbruchs und die Möglichkeiten der Einflussnahme, zum Beispiel durch verstärkte Förderung für benachteiligte Schulen, engere Zusammenarbeit zwischen Lehrern und Eltern, Mentorenprogramme und spezielle Betreuung für Migrantenkinder.
de kernboodschappen en met name het belang van basisvaardigheden en de opleiding van leraren; de doeltreffendheid van de open coördinatiemethode en de rol van leren in groepsverband, indicatoren en benchmarks, in het bijzonder met betrekking tot de strategie van de EU voor de periode na 2010; het specifieke punt van vroegtijdig schoolverlaten, en de middelen die kunnen worden gebruikt om dit probleem aan te pakken, met inbegrip van meer steun voor scholen in een achterstandspositie, nauwere samenwerking tussen leraren en ouders, mentorregelingen en bijzondere aandacht voor de kinderen van migranten.

Erleichterung der Aus- bzw. Weiterbildung von Labortechnikern im Interesse einer gemeinschaftsweiten Harmonisierung von Diagnosetechniken;
bevordering van scholing en bij- en nascholing van deskundigen op het gebied van laboratoriumdiagnostiek met het oog op de harmonisatie van de diagnosetechnieken in de Gemeenschap;

Erleichterung der Aus- bzw. Weiterbildung von Labortechnikern zur gemeinschaftsweiten Harmonisierung von Diagnosetechniken;
bevorderen de scholing en bij- en nascholing van deskundigen op het gebied van laboratoriumdiagnostiek met het oog op de harmonisatie van de diagnosetechnieken in de lidstaat;

Art. 2 - In Artikel 2, Absatz 1, des Erlasses vom 2. September 1994 zur Einsetzung einer Lehrlingskommission in Anwendung von Artikel 34 des Dekretes vom 16. Dezember 1991 über die Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen, abgeändert durch den Erlass vom 22. Juli 1998, wird die Textstelle « - die Direktoren der Zentren für Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen; » durch folgende Textstelle ersetzt: « - die Direktoren der Zentren für Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen und mittleren Unternehmen bzw. dessen Stellvertreter »;
Art. 2. In artikel 2, lid 1, van het besluit van 2 september 1994 tot oprichting van een Leercommissie bij toepassing van artikel 34 van het decreet van 16 december 1991 betreffende de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O'. s, gewijzigd bij het besluit van 22 juli 1998 wordt de passus « - de directeurs van de centra voor opleiding en voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O'. s; » vervangen door de passus « - de directeurs van de centra voor opleiding en voortgezette opleiding in de Middenstand en de K.M.O'. s of hun vertegenwoordiger; ».

Die Aktion "Robert SCHUMAN" wird den hierfür in Frage kommenden Institutionen durch die Gewährung einer vorübergehenden, an Voraussetzungen geknüpften finanziellen Unterstützung dabei helfen, Maßnahmen zur Aus- und Weiterbildung bzw. Information von Richtern und Anwälten im Bereich des Gemeinschaftsrechts einzuleiten sowie Begleitmaßnahmen durchzuführen, durch die die Wirkung der Aus- und Weiterbildungs- bzw. Informationsmaßnahmen voraussichtlich gesteigert wird.
De actie Robert SCHUMAN zal, door middel van een tijdelijke en voorwaardelijke financiële steun, de in aanmerking komende instellingen helpen te investeren bij het lanceren van opleidings- en voorlichtingsacties in gemeenschapsrecht van rechters en advocaten en in begeleidende acties die het effect van de opleidings- en voorlichtingsacties kunnen vergroten.

3. Es hilft bei der Ausbildung bzw. Weiterbildung von Labordiagnostikern im Hinblick auf eine gemeinschaftsweite Harmonisierung der Diagnosetechniken.
3. opleiding alsmede na- en bijscholing van deskundigen op het gebied van laboratoriumdiagnose met het oog op de harmonisatie van de diagnosetechnieken in de hele Gemeenschap.