Für die Unterscheidung zwischen innerstaatlichem und grenzüberschreitendem Luftverkehr ist der Abflug- bzw. Landeort maßgeblich, nicht die Staatszugehörigkeit der Fluggesellschaft.
Het onderscheid tussen binnenlandse en internationale luchtvaart wordt gemaakt op grond van de luchthavens van vertrek en aankomst, niet op grond van de nationaliteit van de luchtvaartmaatschappij.