Absatz 2 Nr. 2 der angefochtenen Bestimmung bildet somit eine Ausnahme von dem in Absatz 1 von Artikel 12bis § 1 vorgesehenen Grundsatz, wonach ein Antrag auf Aufenthaltserlaubnis bei der zuständigen diplomatischen oder konsularischen Vertretung im Ausland eingereicht werden muss.
Het tweede lid, 2°, van de bestreden bepaling vormt dus een uitzondering op het beginsel uitgedrukt in het eerste lid van artikel 12bis, § 1, volgens hetwelk een aanvraag tot machtiging tot verblijf moet worden ingediend vanuit de bevoegde diplomatieke of consulaire post in het buitenland.