Traduction de «bevorrechtigten gläubiger werden » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Status eines bevorrechtigten Gläubigers | Status eines privilegierten Gläubigers
status van bevoorrechte schuldeiser | status van preferente crediteur

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Die Vollstreckungsmassnahmen der Hypotheken-, Pfand- und der besonders bevorrechtigten Gläubiger werden nämlich in spezifischen Bestimmungen geregelt (Artikel 25, 101, 133 und 134).
De uitvoeringsmaatregelen der hypothecaire, pandhoudende, en bijzonder bevoorrechte schuldeisers worden trouwens geregeld in specifieke bepalingen (artikel 25, 101, 133 en 134).

Gemäss Artikel 25 Absatz 1 des Konkursgesetzes werden durch das Konkurseröffnungsurteil von Rechts wegen alle Pfändungen ausgesetzt, die auf Antrag der nicht bevorrechtigten und der allgemein bevorrechtigten Gläubiger vorgenommen worden sind.
Naar luid van artikel 25, eerste lid, van de Faillissementswet schorst het vonnis van faillietverklaring van rechtswege elk beslag gelegd ten verzoeke van de gewone en algemeen bevoorrechte schuldeisers.

In jedem Fall wird ein ESM-Darlehen den Status einer bevorrechtigten Forderung haben und nur dem IWF-Darlehen gegenüber nachrangig sein, damit das Geld der Steuerzahler geschützt wird und ein deutliches Signal an die privaten Gläubiger ergeht, dass ihre Forderungen erst nach denen des öffentlichen Sektors bedient werden.
Teneinde belastinggeld te beschermen en een duidelijk signaal te geven aan de particuliere crediteuren dat hun vorderingen achtergesteld zijn bij die van de officiële sector, zal een ESM-lening in elk geval preferente- crediteurstatus genieten, en slechts achtergesteld zijn bij de IMF-lening.

« Verstösst Artikel 334 des Programmgesetzes vom 27. Dezember 2004 gegen die Artikel 11 und 12 der Verfassung, insofern dieser Artikel die Aufrechnung von Steuerforderungen ermöglicht, unbeschadet des Vorliegens einer Situation der Pfändung, der Abtretung, der Konkurrenz oder eines Insolvenzverfahrens, indem diese Gesetzesbestimmung insbesondere im Verfahren der kollektiven Schuldenregelung einen ungerechtfertigten Unterschied unter den jeweiligen Gläubigern einführt, indem es für die anderen Gläubiger, die nicht bevorrechtigten, aber auch die bevorrechtigten Gläubiger und Inhaber dinglicher Sicherheiten, diese Möglichkeit nicht gibt, und diese nur anteilmässig entschädigt werden?
« Maakt artikel 334 van de Programmawet van 27 december 2004 een schending uit van de artikelen 11 en 12 van de Grondwet, in zoverre dit artikel compensatie van fiscale vorderingen mogelijk maakt, onverminderd het bestaan van een situatie van beslag, overdracht, samenloop of insolventieprocedure, doordat, meer bepaald in de procedure collectieve schuldenregeling, deze wetbepaling een onverantwoord onderscheid maakt tussen de verschillende schuldeisers nu voor de andere schuldeisers, de chirografaire, maar ook de bevoorrechte en houders van zakelijke zekerheden, deze mogelijkheid niet bestaat en deze slechts pondspondsgewijs worden vergoed ?

« Verstösst Artikel 334 des Programmgesetzes vom 27. Dezember 2004 insbesondere gegen die Artikel 11 und 12 der Verfassung, insofern er die Aufrechnung von Steuerforderungen ermöglicht, trotz des Vorliegens einer Situation der Pfändung, Ubertragung, Konkurrenz oder eines Insolvenzverfahrens, indem diese Gesetzesbestimmung insbesondere im Rahmen des aus dem Konkursgesetz sich ergebenden Verfahrens einen ungerechtfertigten Unterschied unter den jeweiligen Gläubigern einführt, da die anderen - bevorrechtigten und nicht bevorrechtigten - Gläubiger sowie die Inhaber einer dinglichen Sicherheit diese Möglichkeit nicht haben und nur aufgrund ihres Ranges entschädigt werden, ggf. unter Berücksichtigung ihrer Garantie?
« Schendt artikel 334 van de programmawet van 27 december 2004 met name de artikelen 11 en 12 van de Grondwet, in zoverre het de schuldvergelijking van fiscale schuldvorderingen mogelijk maakt, niettegenstaande het bestaan van een toestand van beslag, overdracht, samenloop of een insolvabiliteitsprocedure, doordat die wettelijke bepaling, meer bepaald in het kader van de procedure die uit de faillissementswet voortvloeit, een onverantwoord onderscheid invoert onder de respectieve schuldeisers, aangezien de andere schuldeisers, de gewone, maar ook de bevoorrechte, alsook de houders van een zakelijke zekerheid die mogelijkheid niet hebben en slechts worden vergoed volgens hun rang, waarbij eventueel met hun waarborg rekening wordt gehouden ?

« Verstösst Artikel 334 des Programmgesetzes vom 27. Dezember 2004 gegen die Artikel 11 und 12 der Verfassung, insofern dieser Artikel die Aufrechnung von Steuerforderungen ermöglicht, unbeschadet des Vorliegens einer Situation der Pfändung, der Abtretung, des Zusammentreffens oder eines Insolvenzverfahrens, indem diese Gesetzesbestimmung insbesondere im Verfahren der kollektiven Schuldenregelung einen ungerechtfertigten Unterschied unter den jeweiligen Gläubigern einführt, indem es für die anderen Gläubiger, die nicht bevorrechtigten, aber auch die bevorrechtigten Gläubiger und Inhaber dinglicher Sicherheiten, diese Möglichkeit nicht gibt, und diese nur anteilmässig entschädigt werden?
« Maakt artikel 334 van de Programmawet van 27 december 2004 een schending uit van de artikelen 11 en 12 van de Grondwet, in zoverre dit artikel compensatie van fiscale vorderingen mogelijk maakt, onverminderd het bestaan van een situatie van beslag, overdracht, samenloop of insolventieprocedure, doordat, meer bepaald in de procedure collectieve schuldenregeling, deze wetbepaling een onverantwoord onderscheid maakt tussen de verschillende schuldeisers nu voor de andere schuldeisers, de chirografaire, maar ook de bevoorrechte en houders van zakelijke zekerheden, deze mogelijkheid niet bestaat en deze slechts pondspondsgewijs worden vergoed ?

Die niedrige Einziehungsquote bei den vorschriftswidrigen Zahlungen (eine Gesamteinziehungsquote von lediglich 17 % seit 1971) ist zum Teil auf Verzögerungen und Praktiken auf Ebene der nationalen Verwaltungen zurückzuführen (Wiedereinziehungsmaßnahmen werden bis zum Abschluss der entsprechenden Betrugsverfahren ausgesetzt; nationalen Behörden wird im Zusammenhang mit GAP-Forderungen nicht der Status eines bevorrechtigten Gläubigers zuerkannt; Maßnahmen zur Verhinderung offensichtlich aussichtsloser Einsprüche fehlen). Zum Teil erklärt sich die niedrige Wiedereinziehungsquote auch durch das Widerstreben der Kommission, Angebote zur Rückzahlung von Beträgen zu akzeptieren, die niedrigerer sind als der geschuldete Betrag.
Het lage percentage invorderingen van onregelmatige betalingen (een cumulatief invorderingspercentage van slechts 17 % sinds 1971) is deels te wijten aan nationale administratieve vertragingen en praktijken (opschorting van de invorderingen totdat de desbetreffende rechtszaken inzake fraude zijn afgedaan, geen status van preferente crediteur bij de inning van GLB-tegoeden, geen ontmoediging van het onbezonnen instellen van beroep) en aan de onwilligheid van de Commissie om in te gaan op voorstellen voor gedeeltelijke vereffening.