Die zweite präjudizielle Frage betrifft die Vereinbarkeit des Dekrets der Niederländischen Kulturgemeinschaft vom 25. Februar 1975 und des Dekrets der Flämischen Gemeinschaft vom 24. Juli 1996 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insoweit diese Dekrete die Sportler, die keinen Lohn erhalten, und die Sportler, die weniger als einen bestimmten Jahreslohn erhalten, auf gleiche Weise behandeln.
De tweede prejudiciële vraag betreft de bestaanbaarheid van het decreet van de Nederlandse Cultuurgemeenschap van 25 februari 1975 en het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 24 juli 1996 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die decreten de sportbeoefenaars die geen loon ontvangen en de sportbeoefenaars die minder dan een bepaald jaarloon ontvangen op dezelfde wijze behandelen.