Volgens het Openba
ar Ministerie wordt Martin Ehrenhauser verdacht van een aantal strafbare feiten, te weten het zich wederrechtelijk toegang verschaffen tot een computersysteem in strijd met artikel 118a van het Oostenrijkse wetboek van strafrecht, schending van het telecommunicatiegeheim (artikel 119 van het Oostenrijkse wetboek van strafrecht), het onrechtmati
g onderscheppen van gegevens (artikel 119a van het Oostenrijkse wetboek van strafrecht), het onrechtmatig gebruik van geluidsopnamen/afluisterapparatuur (artikel 120, lid 2, va
...[+++]n het Oostenrijkse wetboek van strafrecht) en schending van artikel 51 van de Oostenrijkse wet op de gegevensbescherming uit 2000.