Traduction de «besseren beruflichen » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Programm zur beruflichen Rehabilitation | Programm zur beruflichen Umschulung
beroepsinpassingsplan

Gemeinsame Erklärung des Europäischen Parlaments, des Rates und der Kommission über verschiedene Maßnahmen zur Gewährleistung einer besseren Abwicklung des Haushaltsverfahrens
Gezamenlijke Verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 30 juni 1982 betreffende verschillende maatregelen ter verzekering van een beter verloop van de begrotingsprocedure

Gemeinschaftsprogramm zur Entwicklung bestimmter benachteiligter Regionen der Gemeinschaft durch einen besseren Zugang zu den fortgeschrittenen Telekommunikationsdiensten | STAR [Abbr.]
Communautair Programma voor de ontwikkeling van bepaalde, minderontwikkelde regio's van de Gemeenschap door een betere toegang tot geavanceerde telecommunicatiediensten | STAR [Abbr.]

Anerkennung der beruflichen Befähigungsnachweise [ Entsprechung der Befähigungsnachweise ]
erkenning van getuigschriften van vakbekwaamheid [ vergelijkbaarheid van getuigschriften ]

Wanderung aus beruflichen Gründen [ Arbeitswanderung ]
beroepsmigratie [ arbeidsmigratie ]

Rückmeldung zur beruflichen Leistung geben
feedback over beroepsprestaties geven

Auswirkungen der eigenen beruflichen Entwicklung beurteilen
impact van eigen professionele ontwikkeling beoordelen | impact van eigen professionele ontwikkeling evalueren

Maßnahme zur medizinischen und beruflichen Rehabilitation
medische en professionele revalidatiemaatregel

Programm für beruflichen Übergang
doorstromingsprogramma

Prüfung der beruflichen Eignung
examen inzake beroepsbekwaamheid

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

49. betont, dass durch innerbetriebliche Ausbildung und hochwertige Ausbildungsplätze mit prägender Wirkung, die durch Partnerschaften zwischen Schulen, Ausbildungseinrichtungen und Unternehmen flankiert werden, jungen Menschen der Eintritt in den Arbeitsmarkt erleichtert werden kann, und dass sich durch eine bessere Nutzung dieser Möglichkeiten – als Ergebnis einer besseren beruflichen Orientierung – dafür sorgen ließe, dass der Kreis der potenziellen Bewerber um freie Stellen größer wird und diese besser auf den Arbeitsplatz vorbereitet sind; weist auf den Erfolg solcher Maßnahmen in einigen Mitgliedstaaten hin; vertritt die Ansicht, dass der Austausch bewährter Verfahren in diesem Bereich zum Abbau der Jugendarbeitslosigkeit beitragen dürfte; betont, dass benachteiligte Auszubildende besondere Unterstützung, zum Beispiel Nachhilfe und Stützkurse, und Unternehmen Hilfe bei der Bewältigung der administrativen und organisatorischen Aufgaben benötigen;
49. benadrukt dat opleidingen op de werkplek en kwaliteitsvolle en vormende leerlingplaatsen, versterkt door partnerschappen tussen scholen, opleidingsinstellingen en het bedrijfsleven, manieren zijn om de toegang van jongeren tot de arbeidsmarkt te verbeteren en dat een beter gebruik van deze mogelijkheden de groep potentiële kandidaten voor vacatures kan vergroten en hen beter kan voorbereiden op het werk door de loopbaanoriëntatie te verbeteren; constateert van het succes van dergelijke beleidsmaatregelen in een aantal lidstaten; stelt dat de uitwisseling van beste praktijken op dit vlak mogelijk kan bijdragen aan vermindering van de jeugdwerkloosheid; benadrukt dat achtergestelde leerlingen behoefte hebben aan bijzondere ondersteuning, bijvoorbeeld begeleiding en ondersteunende cursussen, en dat ondernemingen behoefte hebben aan ondersteuning bij de uitvoering van administratieve en organisatorische taken;

50. betont, dass durch innerbetriebliche Ausbildung und hochwertige Ausbildungsplätze mit prägender Wirkung, die durch Partnerschaften zwischen Schulen, Ausbildungseinrichtungen und Unternehmen flankiert werden, jungen Menschen der Eintritt in den Arbeitsmarkt erleichtert werden kann, und dass sich durch eine bessere Nutzung dieser Möglichkeiten – als Ergebnis einer besseren beruflichen Orientierung – dafür sorgen ließe, dass der Kreis der potenziellen Bewerber um freie Stellen größer wird und diese besser auf den Arbeitsplatz vorbereitet sind; weist auf den Erfolg solcher Maßnahmen in einigen Mitgliedstaaten hin; vertritt die Ansicht, dass der Austausch bewährter Verfahren in diesem Bereich zum Abbau der Jugendarbeitslosigkeit beitragen dürfte; betont, dass benachteiligte Auszubildende besondere Unterstützung, zum Beispiel Nachhilfe und Stützkurse, und Unternehmen Hilfe bei der Bewältigung der administrativen und organisatorischen Aufgaben benötigen;
50. benadrukt dat opleidingen op de werkplek en kwaliteitsvolle en vormende leerlingplaatsen, versterkt door partnerschappen tussen scholen, opleidingsinstellingen en het bedrijfsleven, manieren zijn om de toegang van jongeren tot de arbeidsmarkt te verbeteren en dat een beter gebruik van deze mogelijkheden de groep potentiële kandidaten voor vacatures kan vergroten en hen beter kan voorbereiden op het werk door de loopbaanoriëntatie te verbeteren; constateert van het succes van dergelijke beleidsmaatregelen in een aantal lidstaten; stelt dat de uitwisseling van beste praktijken op dit vlak mogelijk kan bijdragen aan vermindering van de jeugdwerkloosheid; benadrukt dat achtergestelde leerlingen behoefte hebben aan bijzondere ondersteuning, bijvoorbeeld begeleiding en ondersteunende cursussen, en dat ondernemingen behoefte hebben aan ondersteuning bij de uitvoering van administratieve en organisatorische taken;

Die Systeme der allgemeinen und beruflichen Bildung in der EU tragen maßgeblich zu besseren Arbeitsplätzen, mehr Wachstum und größerer Wettbewerbsfähigkeit bei und stehen als solche vor erheblichen Herausforderungen; eine kontinuierliche Verbesserung der Qualität kann dazu beitragen, diese Herausforderungen zu bewältigen.
Het onderwijs- en opleidingswezen in de Unie, dat in belangrijke mate betere werkgelegenheid, krachtiger groei en concurrentievermogen genereert, staat voor grote uitdagingen, die mede door gestage kwaliteitsverbetering kunnen worden aangepakt.

58. erklärt, dass die derzeitigen Systeme auf dem Gebiet der allgemeinen und beruflichen Bildung die hohe Abbrecherquote bei Menschen mit Behinderungen nicht verhindern können, sofern nicht zusätzliche öffentliche Maßnahmen zur spezifischen Lernunterstützung umgesetzt werden, da das Ziel der Strategie Europa 2020 eine Verringerung der Zahl auf unter 10 % beinhaltet; betont, dass dies zu erheblichen sozialen und beschäftigungspolitischen Benachteiligungen von Menschen mit Behinderungen und insbesondere in der gegenwärtigen Wirtschaftskrise zu Armut führt; betont angesichts der hohen Abbrecherquote bei Menschen mit Behinderungen und in Kenntnis der Schlussfolgerungen des Rates vom 11. Mai 2010 zur sozialen Dimension der allgemeinen und beruflichen Bildung die Bedeutung von Investitionen in wirksame (und alternative) Programme zur allgemeinen (und beruflichen) Bildung, die auf die Bedürfnisse, Eigenschaften und Fähigkeiten von Menschen mit Behinderungen zugeschnitten sind, sowie die Förderung solcher Programme; stellt fest, dass dies das Vorhandensein qualifizierter und motivierter Fachkräfte in angemessener Zahl sowie solider und geeigneter Programme erfordert, die auch in den Lehrplänen sämtlicher Einrichtungen zur beruflichen Aus- und Weiterbildung sowie an den Hochschulen berücksichtigt werden müssen, einschließlich in außerschulischen Programmen für Menschen mit Behinderungen, um negative Einstellungen gegenüber Kindern mit Behinderungen zu bekämpfen und ihnen zu ermöglichen, die für den modernen und offenen Arbeitsmarkt erforderlichen angemessenen Qualifikationen zu erwerben; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, Menschen mit Behinderungen einen besseren Zugang zu Informationen über bestehende Mobilitäts- und Bildungsprogramme sowie einen gleichberechtigten Zugang zu Programmen des lebensbegleitenden Lernens zu ermöglichen; stellt in diesem Zusammenhang fest, dass für die Umsetzung von Artikel 24 des Übereinkommens der Vereinten Nationen über ...
58. verklaart dat de huidige onderwijs- en opleidingssystemen niet voldoen om het hoge uitvalpercentage van mensen met een handicap te voorkomen zonder extra beleidsmaatregelen van de overheid die voorzien in specifieke leerondersteuning, aangezien in verband met de doelstelling van de EU-2020-strategie een vermindering van het uitvalpercentage tot minder dan 10% wordt genoemd; benadrukt dat dit leidt tot een sterk benadeelde positie, maatschappelijk en op de arbeidsmarkt, met armoede als gevolg voor mensen met een handicap, vooral in de huidige economische crisis; wijst, gezien de hoge schooluitval onder mensen met een handicap, en in het licht van de conclusies van de Raad van 11 mei 2010 over de sociale dimensie van onderwijs en opleiding, op de noodzaak om te investeren in en te werken aan de bevordering van (alternatieve) onderwijs- en (beroepsmatige) opleidingsprogramma's die zijn aangepast aan de behoeften, kenmerken en capaciteiten van mensen met een handicap, en merkt op dat dit betekent dat er voldoende gekwalificeerde en gemotiveerde leerkrachten beschikbaar moeten zijn met degelijke en adequate programma's, alsook dat deze programma's beschikbaar moeten zijn in de curricula van alle hogere instellingen voor beroepsonderwijs en –opleiding en hoger onderwijs, en ook in programma's buiten het curriculum voor mensen met een handicap, om de negatieve houding ten aanzien van kinderen met een handicap te bestrijden en ervoor te zorgen dat zij adequate kwalificaties kunnen verwerven voor de moderne en open arbeidsmarkt; dringt er bij de lidstaten en de Commissie op aan mensen met een handicap in staat te stellen betere toegang te hebben tot informatie over bestaande mobiliteits- en onderwijsprogramma's alsook gelijke toegang tot programma's voor levenslang leren; merkt op dat tegelijk moet worden gezorgd voor mainstreaming van anti-discriminatie in de EU-2020-strategie en de kerninitiatieven, om te voldoen aan artikel 24 van het VN-Verdrag;

(1) Ziele des Programms sind es, die europäische Hochschulbildung zu fördern, zu breiteren und besseren beruflichen Perspektiven Studierender beizutragen und das interkulturelle Verständnis durch die Zusammenarbeit mit Drittstaaten zu verbessern sowie, im Einklang mit den Zielen der Außenpolitik der Union, zur nachhaltigen Entwicklung von Drittstaaten im Bereich der Hochschulbildung beizutragen.
1. Het programma heeft als doel het hoger onderwijs in Europa te bevorderen, bij te dragen tot de verruiming en verbetering van de loopbaanperspectieven voor studenten en tot het intercultureel begrip door samenwerking met derde landen, overeenkomstig de doelstellingen van het externe beleid van de Europese Unie, ten einde bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van deze landen op het gebied van hoger onderwijs.

1. Ziel des Programms ist es, die europäische Hochschulbildung und das interkulturelle Verständnis durch die Zusammenarbeit mit Drittstaaten zu verbessern sowie zu breiteren und besseren beruflichen Perspektiven junger Menschen, im Einklang mit den Zielen der Außenpolitik der Europäischen Union, und zur nachhaltigen Entwicklung von Drittstaaten im Bereich der Hochschulbildung beizutragen.
1. Het Erasmus Mundusprogramma heeft als doel het hoger onderwijs in Europa te bevorderen, bij te dragen tot de verruiming en verbetering van de loopbaanperspectieven voor jongeren en tot het intercultureel begrip door samenwerking met derde landen, overeenkomstig de doelstellingen van het externe beleid van de Europese Unie, ten einde bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van deze landen op het gebied van hoger onderwijs.

Maßnahmen zur Verbesserung des Zugangs von Frauen zur Beschäftigung, zur Erhöhung der dauerhaften Beteiligung von Frauen am Erwerbsleben und zur Verbesserung ihres beruflichen Fortkommens, zum Abbau der geschlechtsspezifischen Segregation auf dem Arbeitsmarkt und Maßnahmen zur besseren Vereinbarkeit von Arbeits- und Privatleben, z. B. Erleichterung des Zugangs zur Kinderbetreuung und zu Betreuungsmaßnahmen für abhängige Personen
Maatregelen voor meer toegang tot de werkgelegenheid en meer duurzame arbeidsparticipatie en meer vrouwen op de arbeidsmarkt om de genderkloof op de arbeidsmarkt te verkleinen, en om werk en privéleven te combineren, zoals het toegankelijker maken van kinderopvang en van zorg voor afhankelijke personen

17. fordert die Mitgliedstaaten auf, den Zugang junger Migrantinnen zu den Systemen der schulischen und beruflichen Bildung in den Aufnahmeländern sowie deren Beteiligung an dem integrierten Aktionsprogramm im Bereich des lebenslangen Lernens 2007-2013, das die Programme Erasmus, Leonardo Da Vinci, Comenius und Grundtvig beinhaltet, sowie an den Programmen Socrates, Kultur 2007-2013 und Jugend in Aktion 2007-2013 zu fördern; ist der Auffassung, dass es besonders wichtig ist, die beruflichen Qualifikationen und Fähigkeiten (vor allem wissenschaftliche Abschlüsse) der Frauen anzuerkennen und ihnen den Zugang zur Sprachausbildung zu gewährleisten, da dies ihrer besseren Integration dient.
17. verzoekt de lidstaten de toegang van jonge vrouwelijke immigranten tot de onderwijs- en opleidingsstelsels in de gastlanden te bevorderen, evenals hun deelname aan het geïntegreerde actieprogramma op het gebied van levenslang leren 2007-2013, waartoe de programma's Erasmus, Leonardo Da Vinci, Comenius en Grundtvig behoren, en aan de programma's Socrates, Cultuur 2007-2013 en Jongeren in actie 2007- 2013; acht het in het belang van een betere integratie van vrouwen van bijzonder belang dat hun professionele kwalificaties en vaardigheden (met name wetenschappelijke diploma's) worden erkend en dat zij toegang tot taalcursussen hebben.

S. unter Hinweis auf die Bedeutung einer verstärkten und besseren beruflichen Fortbildung für die Verminderung der zahlreichen Arbeitsunfälle an Bord, die vor allem darauf zurückzuführen sind, dass die eingesetzte Ausrüstung und die Fischerei überhaupt gefährlich und kompliziert sind und mit schweren Lasten umgegangen wird,
S. overwegende dat het van groot belang is dat de beroepsopleiding wordt uitgebreid en verbeterd, teneinde het grote aantal ongevallen aan boord, die meestal te wijten zijn aan het gebruik van gevaarlijke en ingewikkelde apparatuur, inclusief het vistuig zelf, en het hanteren van zware lasten, te beperken,

Aus der Richtlinie 91/440/EWG des Rates vom 29. Juli 1991 zur Entwicklung der Eisenbahnunternehmen der Gemeinschaft ergibt sich, dass die Eisenbahnunternehmen einen besseren Zugang zu den Eisenbahnnetzen der Mitgliedstaaten erhalten müssen, was die Interoperabilität der Fahrwege, Anlagen und Fahrzeuge sowie der Steuerungs- und Betriebssysteme erfordert; dies schließt die beruflichen Qualifikationen und die Bedingungen für Arbeitshygiene und Sicherheit am Arbeitsplatz ein, die für den Betrieb und die Wartung der betroffenen Teilsysteme sowie für die Umsetzung jeder TSI erforderlich sind.
Richtlijn 91/440/EEG van de Raad van 29 juli 1991 betreffende de ontwikkeling van de spoorwegen in de Gemeenschap impliceert dat spoorwegondernemingen in toenemende mate toegang tot de spoorwegnetten van de lidstaten moeten hebben en dat daartoe dus interoperabiliteit van de infrastructuur, de installaties, het rollend materieel en de beheers- en exploitatiesystemen noodzakelijk is, met inbegrip van de kwalificaties en de gezondheids- en veiligheidsvoorschriften op het werk voor het personeel dat nodig is voor de exploitatie en het onderhoud van de bedoelde subsystemen en voor de uitvoering van de afzonderlijke TSI's, maar de onderhavige richtlijn heeft noch direct, noch indirect tot doel de arbeidsvoorwaarden in de spoorwegsector te harmoniseren.