Vertaling van "beschäftigungsquote zunimmt " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Beschäftigungsquote
werkgelegenheidsgraad

Beschäftigungsquote
arbeidsdeelname | arbeidsparticipatie | nettoarbeidsparticipatie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

- Obwohl die Beschäftigungsquote zunimmt und 2006 in Europa 3,5 Millionen neue Arbeitsplätze geschaffen wurden, bleibt die Arbeitslosigkeit in vielen Teilen Europas hoch.
- Hoewel de werkgelegenheid is toegenomen en er in Europa in 2006 3,5 miljoen nieuwe banen zijn bijgekomen, blijft de werkloosheid in veel delen van Europa hoog.

Es ist auch klar, dass die Beschäftigungsquote mit dem erreichten Bildungsgrad zunimmt: Betrachtet man die gesamte Bevölkerung im Alter zwischen 25 und 64 Jahren, so betrug die Beschäftigungsquote bei den Hochschulabsolventen im Jahr 2001 84%; das sind 15 Prozentpunkte mehr als im Durchschnitt sämtlicher erreichten Bildungsgrade und fast 30 Prozentpunkte mehr als in der Gruppe mit Abschluss der Sekundarstufe.
Het werkgelegenheidspercentage stijgt naarmate het studieniveau stijgt: Voor de hele leeftijdsgroep van 25 tot 64 jaar bedroeg de werkgelegenheidsgraad van afgestudeerden van het hoger onderwijs in 2001 84%. Dat is 15 procentpunten hoger dan het gemiddelde voor alle opleidingsniveaus, en bijna dertig procentpunten hoger dan de groep die maximaal het niveau van lager middelbaar onderwijs heeft genoten.

51. nimmt zur Kenntnis, dass die prozentuale Teilhabe von Frauen am Arbeitsmarkt außergewöhnlich niedrig ist, nämlich unter 25%, und damit im Vergleich zu der durchschnittlichen Frauenerwerbsquote von 49 % in der EU-27 sehr gering ist und dass die Beschäftigungsquote von Frauen auf etwa 20 % gefallen ist, während der Frauenanteil im informellen Sektor zunimmt, was häufig auf das Zusammentreffen mehrerer Faktoren zurückzuführen ist, nämlich das niedrige Bildungsniveau vieler Frauen, das Fehlen eines institutionalisierten, flächendeckenden, zugänglichen und erschwinglichen Systems für die Betreuung von Kindern bzw. älteren und behinderten Angehörigen und die geschlechterspezifische Arbeitsteilung in der Gesellschaft;
51. merkt op dat de participatiegraad van vrouwen op de arbeidsmarkt uitzonderlijk laag blijft (minder dan 25%) en zeer laag is in vergelijking met de gemiddelde participatiegraad van vrouwen in de EU-27 van 49%, en dat het percentage werkende vrouwen is gedaald tot circa 20%, in tegenstelling tot de stijging van de participatie van vrouwen in de informele sector, die vaak het gevolg is van een combinatie van het lage onderwijsniveau van veel vrouwen, het ontbreken van een geïnstitutionaliseerd, geografisch gespreid, toegankelijk en betaalbaar systeem van faciliteiten voor opvang van kinderen, ouderen en gehandicapte familieleden, en ten slotte de op gender gebaseerde arbeidsverdeling in de samenleving;

50. nimmt zur Kenntnis, dass die prozentuale Teilhabe von Frauen am Arbeitsmarkt außergewöhnlich niedrig ist, nämlich unter 25%, und damit im Vergleich zu der durchschnittlichen Frauenerwerbsquote von 55 % in der EU-25 sehr gering ist und dass die Beschäftigungsquote von Frauen auf etwa 20 % gefallen ist, während der Frauenanteil im informellen Sektor zunimmt, was auf das Zusammentreffen mehrerer Faktoren zurückzuführen ist, nämlich das niedrige Bildungsniveau vieler Frauen, das Fehlen eines institutionalisierten, flächendeckenden, zugänglichen und erschwinglichen Systems für die Betreuung von Kindern bzw. älteren und behinderten Angehörigen und die geschlechterspezifische Arbeitsteilung;
50. merkt op dat de participatiegraad van vrouwen op de arbeidsmarkt uitzonderlijk laag blijft (minder dan 25%) en zeer laag is in vergelijking tot de gemiddelde participatiegraad van vrouwen in de EU van 55%, en dat het percentage werkende vrouwen is gedaald tot circa 20%, in tegenstelling tot de stijging van de participatie van vrouwen in de informele sector, die vaak het gevolg is van een combinatie van het lage onderwijsniveau van veel vrouwen, het ontbreken van een geïnstitutionaliseerd, geografisch gespreid, toegankelijk en betaalbaar systeem van faciliteiten voor opvang van kinderen, ouderen en gehandicapte familieleden, en ten slotte de op gender gebaseerde arbeidsverdeling in de samenleving;