Vertaling van "beschäftigung stehen oder " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Bescheinigung über die Zusammenrechnung der Versicherungs-,Beschäftigungs-oder Wohnzeiten | Vordruck E104
formulier E104 | verklaring betreffende de samenstelling van tijdvakken van verzekering,arbeid of wonen

Zusammenrechnung der Versicherungs-, Beschäftigungs- oder Wohnzeiten
samentelling van tijdvakken van verzekering, arbeid of wonen

Übereinkommen über das Mindestalter für die Zulassung von Jugendlichen zur Beschäftigung als Kohlenzieher (Trimmer) oder Heizer
Verdrag betreffende de minimumleeftijd waarop jeugdige personen worden toegelaten tot het verrichten van arbeid als tremmer of stoker

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Fürsorge und Pflege werden oft informell durch Familienmitglieder erbracht, die ihrerseits in Beschäftigung stehen oder andere Versorgungsverpflichtungen haben können, und Dienste, die ihnen behilflich sind, stehen unter Druck.
De zorg is vaak informeel en wordt verleend door gezinsleden die soms zelf ook werken of andere zorgverantwoordelijkheden hebben; tegelijkertijd staan de diensten die hen bijstaan, onder druk.

Ein Verbot der Diskriminierung aufgrund der Rasse oder der ethnischen Herkunft besteht in Beschäftigung, Beruf und Berufsausbildung sowie in Bereichen, die sich nicht auf Beschäftigung beziehen, wie Sozialschutz, Gesundheitswesen, allgemeine Bildung und Zugang zu Gütern und Dienstleistungen, die der Öffentlichkeit zur Verfügung stehen, einschließlich Wohnraum.
Discriminatie op grond van ras of etnische afstamming is verboden in arbeid, beroep en beroepsopleiding, alsook daarbuiten op gebieden zoals sociale bescherming, gezondheidszorg, onderwijs en toegang tot goederen en diensten die publiekelijk beschikbaar zijn, met inbegrip van huisvesting.

Die Koordinierung der Nationalen Aktionspläne für soziale Eingliederung und Beschäftigung wird im neuen NAP (Eingliederung) nicht ausdrücklich als Teil der vorgesehenen Strategie erwähnt. Einige spezifische Maßnahmen des NAP für Beschäftigung sind jedoch als Ziele in den NAP (Eingliederung) aufgenommen worden, wie etwa die Vereinbarkeit von Berufstätigkeit und Familie, die Verbesserung der Koordinierung von Sozialschutz, Beschäftigung und sozialer Eingliederung sowie die Senkung der Sozialversicherungsbeiträge für Menschen, die von sozialer Ausgrenzung bedroht sind oder am Rande der Gesellschaft stehen.
De afstemming tussen het NAP/integratie en het NAP/werkgelegenheid wordt in het nieuwe NAP/integratie niet specifiek genoemd als onderdeel van de gevolgde strategie, maar een aantal maatregelen uit het NAP/werkgelegenheid zijn hier als doelstellingen opgenomen, zoals de afstemming tussen werk en gezinsleven, verbetering van de coördinatie van sociale bescherming en werkgelegenheid en sociale integratie, en verlaging van de sociale lasten voor mensen voor wie uitsluiting dreigt of reeds een feit is.

(2) Die in Absatz 1 genannten Einzelziele betreffen Politikbereiche, die im Zusammenhang mit Zusammenhalt, Wettbewerbsfähigkeit, Produktivität, Innovationen, intelligentem, nachhaltigem und integrativem Wachstum, Beschäftigung und Investitionen stehen, insbesondere mit einem oder mehreren der folgenden Punkte:
2. De in lid 1 vastgestelde specifieke doelstellingen hebben betrekking op beleidsgebieden die samenhangen met cohesie, concurrentievermogen, productiviteit, innovatie, slimme, duurzame en inclusieve groei, werkgelegenheid en investeringen, met name met een of meer van de volgende:

Eine kurze Dauer der Beschäftigung, eingeschränkte Arbeitszeiten oder geringe Produktivität[25] stehen der Qualifizierung eines EU-Bürgers als EU-Wanderarbeitnehmer nicht entgegen.
Een EU-burger wordt als een migrerende EU-werknemer beschouwd, ook als hij slechts korte tijd werkt, zijn werkuren beperkt zijn en zijn productiviteit gering is[25].

(22b) Die Mitgliedstaaten sollten zumindest denjenigen Drittstaatsangehörigen Gleichbehandlung gewähren, die in einem Beschäftigungsverhältnis stehen oder die nach einer Zeit der Beschäftigung als arbeitslos gemeldet sind.
(22 ter) De lidstaten moeten een gelijke behandeling ten minste doen toekomen aan onderdanen van derde landen die werk hebben of na een periode van arbeid als werkloos staan ingeschreven.

2. fordert die Minister der Mitgliedstaaten für Beschäftigung und soziale Angelegenheiten auf, sich auf der Tagung des EPSCO-Rates im Februar 2013 auf eine Empfehlung des Rates zur Umsetzung von Jugendgarantie-Programmen in allen Mitgliedstaaten zu einigen; hebt hervor, dass es sich bei der Jugendgarantie nicht um eine Beschäftigungsgarantie handelt, sondern um ein Instrument zur Sicherstellung, dass allen jungen Bürgern und rechtmäßig ansässigen Einwohnern der EU im Alter von bis zu 25 Jahren sowie Studienabgängern unter 30 Jahren innerhalb von vier Monaten nach Verlust ihres Arbeitsplatzes oder nach Abschluss ihrer formalen Ausbildung eine Arbeitsstelle guter Qualität, eine weiterführende Ausbildung oder ein Ausbildungsplatz angeboten wird; hebt hervor, dass Jugendgarantie-Programme die Situation von Menschen, die weder im Erwerbsleben stehen noch eine schulische oder berufliche Ausbildung absolvieren, wirksam verbessern sollten; hebt hervor, dass Jugendgarantie-Programme für bestimmte Formen von EU-Finanzierung in Frage kommen sollten, insbesondere in den Mitgliedstaaten mit den höchsten Jugendarbeitslosigkeitsquoten;
2. verzoekt de ministers van werkgelegenheid en sociale zaken van de lidstaten op de EPSCO-Raad in februari 2013 overeenstemming te bereiken over een aanbeveling van de Raad tot invoering van een jongerengarantieregeling in alle lidstaten; benadrukt dat de jongerengarantie geen jobgarantie is, maar wel een instrument dat ervoor zorgt dat alle jonge EU-burgers en legaal in de EU verblijvenden onder de 25 jaar en alle pas afgestudeerden onder de 30 jaar binnen de vier maanden nadat zij werkloos zijn geworden of van school komen, een goede baan, voortgezet onderwijs of een plaats in het leerlingstelsel aangeboden krijgen; benadrukt dat jongerengarantieregelingen de situatie van jongeren die geen werk hebben of geen onderwijs of opleiding volgen, doeltreffend moeten kunnen verbeteren; benadrukt dat jongerengarantieregelingen in aanmerking moeten komen voor specifieke Europese financieringsvormen, met name in de lidstaten met de hoogste jeugdwerkloosheid;

A. in der Erwägung, dass 116 Millionen Personen in der Europäischen Union armutsgefährdet sind und dass 42 Millionen (8 %) „gravierender materieller Deprivation ausgesetzt sind und sich eine Reihe von Gütern nicht leisten können, die in Europa Voraussetzung für einen angemessenen Lebensstandard sind“ ; in der Erwägung, dass Armut auf unannehmbare Weise die ungleiche Verteilung der Reichtümer, der Einkommen und der Ressourcen innerhalb einer gedeihenden EU-Wirtschaft widerspiegelt; in der Erwägung, dass die am meisten gefährdeten Bevölkerungsgruppen, wie zum Beispiel ältere Menschen und Menschen mit Behinderungen, am stärksten von der Finanz-, Wirtschafts- und Sozialkrise betroffen sind, in der Erwägung, dass Beschäftigung und Sozialschutz von den bereits ergriffenen oder noch zu ergreifenden Sparmaßnahmen in der Europäischen Union unberührt bleiben müssen, damit sich die Situation bedürftiger Menschen insbesondere aufgrund von Mittelkürzungen in den Bereichen öffentliche Dienste und Sozialleistungen nicht weiter verschärft und Millionen Menschen vor Arbeitslosigkeit, Unsicherheit und Armut bewahrt bleiben, die bisher in der Lage waren, mit ihrer Arbeit oder ihrer Altersrente ihr Überleben oder ihren Lebensunterhalt und ihre Existenz zu sichern, in der Erwägung, dass die Schwierigkeiten, denen bedürftige Menschen gegenüberstehen, aufgrund der Verschärfung der Auflagen und Sanktionen in Bezug auf Unterstützungsmaßnahmen im sozialen Bereich als Reaktion auf die Krise weiter zunehmen, während nur wenige menschenwürdige Arbeitsplätze zur Verfügung stehen; in der Erwägung, dass sich die Schere zwischen Arm und Reich im Zuge der Krise immer weiter öffnet;
A. overwegende dat 116 miljoen mensen in de Europese Unie een armoederisico lopen en 42 miljoen (dat wil zeggen 8 %) „in ernstige mate te lijden [hebben] onder materiële deprivatie en [.] zich een aantal behoeften die in Europa onmisbaar worden geacht voor een menswaardig bestaan niet [kunnen] veroorloven” ; overwegende dat armoede de onaanvaardbare afspiegeling is van een ongelijke verdeling van de rijkdommen, inkomsten en middelen binnen een welvarende Europese economie; overwegende dat de meest kwetsbare bevolkingsgroepen, zoals ouderen en personen met een handicap, het ergst door de financiële, economische en sociale crisis zijn getroffen; overwegende dat de genomen of te nemen bezuinigingsmaatregelen in de Europese Unie de werkgelegenheid en de sociale bescherming niet in het gedrang mogen brengen, de situatie van de meest kansarmen niet erger mogen maken en miljoenen mensen die er nu nog in slagen door hun werk of pensioenuitkering te overleven of in hun behoeften en hun bestaan te voorzien, niet met werkloosheid, bestaansonzekerheid of armoede mogen bedreigen, in het bijzonder door het knippen in de begroting van overheidsdiensten en de socialebijstandsuitkeringen; overwegende dat door de verharding van de voorwaarden en de sancties in het sociaal activeringsbeleid als antwoord op de crisis de meest kwetsbaren verder in moeilijkheden komen, terwijl er weinig behoorlijk werk wordt aangeboden; overwegende dat de kloof tussen arm en rijk in de loop van de crisis steeds groter wordt;

A. in der Erwägung, dass 116 Millionen Personen in der Europäischen Union armutsgefährdet sind und dass 42 Millionen (8 %) „gravierender materieller Deprivation ausgesetzt sind und sich eine Reihe von Gütern nicht leisten können, die in Europa Voraussetzung für einen angemessenen Lebensstandard sind“ ; in der Erwägung, dass Armut auf unannehmbare Weise die ungleiche Verteilung der Reichtümer, der Einkommen und der Ressourcen innerhalb einer gedeihenden EU-Wirtschaft widerspiegelt; in der Erwägung, dass die am meisten gefährdeten Bevölkerungsgruppen, wie zum Beispiel ältere Menschen und Menschen mit Behinderungen, am stärksten von der Finanz-, Wirtschafts- und Sozialkrise betroffen sind, in der Erwägung, dass Beschäftigung und Sozialschutz von den bereits ergriffenen oder noch zu ergreifenden Sparmaßnahmen in der Europäischen Union unberührt bleiben müssen, damit sich die Situation bedürftiger Menschen insbesondere aufgrund von Mittelkürzungen in den Bereichen öffentliche Dienste und Sozialleistungen nicht weiter verschärft und Millionen Menschen vor Arbeitslosigkeit, Unsicherheit und Armut bewahrt bleiben, die bisher in der Lage waren, mit ihrer Arbeit oder ihrer Altersrente ihr Überleben oder ihren Lebensunterhalt und ihre Existenz zu sichern, in der Erwägung, dass die Schwierigkeiten, denen bedürftige Menschen gegenüberstehen, aufgrund der Verschärfung der Auflagen und Sanktionen in Bezug auf Unterstützungsmaßnahmen im sozialen Bereich als Reaktion auf die Krise weiter zunehmen, während nur wenige menschenwürdige Arbeitsplätze zur Verfügung stehen; in der Erwägung, dass sich die Schere zwischen Arm und Reich im Zuge der Krise immer weiter öffnet;
A. overwegende dat 116 miljoen mensen in de Europese Unie een armoederisico lopen en 42 miljoen (dat wil zeggen 8 %) "in ernstige mate te lijden [hebben] onder materiële deprivatie en [.] zich een aantal behoeften die in Europa onmisbaar worden geacht voor een menswaardig bestaan niet [kunnen] veroorloven"; overwegende dat armoede de onaanvaardbare afspiegeling is van een ongelijke verdeling van de rijkdommen, inkomsten en middelen binnen een welvarende Europese economie; overwegende dat de meest kwetsbare bevolkingsgroepen, zoals ouderen en personen met een handicap, het ergst door de financiële, economische en sociale crisis zijn getroffen; overwegende dat de genomen of te nemen bezuinigingsmaatregelen in de Europese Unie de werkgelegenheid en de sociale bescherming niet in het gedrang mogen brengen, de situatie van de meest kansarmen niet erger mogen maken en miljoenen mensen die er nu nog in slagen door hun werk of pensioenuitkering te overleven of in hun behoeften en hun bestaan te voorzien, niet met werkloosheid, bestaansonzekerheid of armoede mogen bedreigen, in het bijzonder door het knippen in de begroting van overheidsdiensten en de socialebijstandsuitkeringen; overwegende dat door de verharding van de voorwaarden en de sancties in het sociaal activeringsbeleid als antwoord op de crisis de meest kwetsbaren verder in moeilijkheden komen, terwijl er weinig behoorlijk werk wordt aangeboden; overwegende dat de kloof tussen arm en rijk in de loop van de crisis steeds groter wordt;

positive Maßnahmen – die EU-Rechtsvorschriften hindern die EU-Länder nicht daran, spezifische Maßnahmen fortzuführen bzw. zu ergreifen, mit denen Nachteile vermieden oder ausgeglichen werden sollen, die mit Diskriminierungsgründen in Zusammenhang stehen, für die ein Schutz vorgesehen ist. Die EU-Länder sind zum umfassenden Einsatz möglicher positiver Maßnahmen angehalten – insbesondere in Bezug auf die Zugangsmöglichkeiten zu Bildung, Beschäftigung, Wohnraum und Gesundheitsversorgung.
positieve actie — EU-wetgeving verbiedt EU-landen niet bepaalde maatregelen in stand te houden of te nemen om nadelen als gevolg van discriminatie op gronden waarvoor bescherming is voorzien, te voorkomen of compenseren. EU-landen worden aangespoord gebruik te maken van alle mogelijkheden om positieve actie te ondernemen, met name op het gebied van toegang tot onderwijs, werk, huisvesting en gezondheidszorg.