(5) Der Betreiber ergreift bei der Einbringung von mineralischen Abfällen in Abbauhohlräume, die im Tagebau oder im Untertagebau entstanden sind und deren Flutung nach der Stilllegung zugelassen wird, geei
gnete Maßnahmen, um entsprechend Absatz 1 und Absatz 3 eine Verschlechterung des Wasserzustands und eine Verseuchung des Bodens zu vermeiden. Der Betreiber übermittelt der zuständigen Behörde die Inf
ormationen, die sie benötigt, um die Erfüllung der aus dem Gemeinschaftsrecht, insbesondere aus der Richtlinie 2000/60/EG, erwachsenden
...[+++]Pflichten sicherzustellen.
5. Wanneer winningsafval terug in uitgegraven ruimten wordt geplaatst, ontstaan door bovengrondse of ondergrondse winning, die na sluiting mogen volstromen, neemt de exploitant de noodzakelijke maatregelen om de verslechtering van de waterstatus en bodemverontreiniging te voorkomen of tot een minimum te beperken, overeenkomstig, mutatis mutandis, de leden 1 en 3. De exploitant voorziet de bevoegde instantie van de informatie die noodzakelijk is om te verzekeren dat aan de communautaire voorschriften, in het bijzonder aan deze van Richtlijn 2000/60/EG is voldaan.