(2) Die Mitgliedstaaten gewährleisten, dass die von ihnen zum Zwecke dieser Richtlinie benannten zuständigen Behörden und andere mit der Regelung von Fragen im Zusammenhang mit der Aquakultur, mit Wassertieren sowie Lebens- und Futtermitteln aus der Aquakultur befasste Stellen auf der Grundlage des freien Austauschs von Informationen, die zur Durchführung dieser Richtlinie maßgeblich sind, wirksam und kontinuierlich zusammenarbeiten.
2. Iedere lidstaat draagt er zorg voor dat de door hem in het kader van deze richtlijn aangewezen bevoegde autoriteiten en de overige voor kwesties betreffende de aquacultuur, waterdieren en levensmiddelen en diervoeders afkomstig van aquacultuur verantwoordelijke autoriteiten, op basis van een vrije uitwisseling van informatie die voor de uitvoering van deze richtlijn van belang is, voortdurend doeltreffend samenwerken.
