68. bekräftigt seinen Standpunkt, dass die EU für beide Seiten vorteilhafte Beziehungen zu allen Nachbarländern auf der Grundlage von gegenseitigem Respekt und Verständnis entwickeln sollte; fordert, dass sich die EU offen für all diejenigen europäischen Länder zeigen muss, in denen die Menschen der EU beitreten wollen; betont, dass die Politik der EU-Erweiterung unter uneingeschränkter Achtung des Völkerrechts verfolgt werden sollte;
68. herhaalt zijn standpunt dat de EU wederzijds voordelige betrekkingen met al haar buurlanden moet ontwikkelen op basis van wederzijds respect en begrip; benadrukt dat de EU moet openstaan voor alle Europese landen waar de mensen tot de EU willen toetreden; onderstreept dat het uitbreidingsbeleid van de EU moet worden gevoerd met volledige eerbiediging van het internationaal recht;