1. Die Verbringung von Heimtieren zu anderen als Handelszwecken in einen Mitgliedstaat aus einem anderen Drittland oder Gebiet als denjenigen, die in dem gemäß Artikel 13 Absatz 1 und Artikel 14a erlassenen delegierten Rechtsakt aufgeführt sind, unterliegt Dokumenten- und Nämlichkeitskontrollen und bei Bedarf physischen Kontrollen durch die zuständige Behörde am Einreiseort des Reisenden, um die Einhaltung der Vorschriften des Kapitel III zu überprüfen.
1. Het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren naar een lidstaat uit een ander derde land of gebied dan die welke zijn opgenomen in de overeenkomstig artikel 13, lid 1 en artikel 14 bis vastgestelde gedelegeerde handeling wordt op het punt van binnenkomst van de reizigers onderworpen aan documenten- en overeenstemmingscontroles, en zo nodig fysieke controles, door de bevoegde autoriteit, teneinde de naleving van de krachtens hoofdstuk III vastgestelde voorschriften te controleren.