Vertaling van "befugnisse als organisationsträger einem autonomen " (Duits → Nederlands) :

« Wenn eine Gemeinschaft als Organisationsträger einem oder mehreren autonomen Organen Befugnisse übertragen will, kann dies nur durch ein mit Zweidrittelmehrheit der abgegebenen Stimmen angenommenes Dekret erfolgen ».
« Zo een gemeenschap als inrichtende macht bevoegdheden wil opdragen aan een of meer autonome organen, kan dit slechts bij decreet, aangenomen met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen ».

Das angefochtene Dekret ermächtigt folglich die Organisationsträger des Gemeinschaftsunterrichts, Befugnisse als Organisationsträger einem autonomen Organ, nämlich einer interkommunalen Unterrichtsvereinigung, zu übertragen.
Het bestreden decreet machtigt derhalve de inrichtende machten van het gemeenschapsonderwijs om bevoegdheden als inrichtende macht over te dragen aan een autonoom orgaan, namelijk een intergemeentelijke onderwijsvereniging.

Wenn eine Gemeinschaft als Organisationsträger einem oder mehreren autonomen Organen Befugnisse übertragen will, kann dies nur durch ein mit Zweidrittelmehrheit der abgegebenen Stimmen angenommenes Dekret erfolgen.
Zo een gemeenschap als inrichtende macht bevoegdheden wil opdragen aan een of meer autonome organen, kan dit slechts bij decreet, aangenomen met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen.

Diese « Prinzipien », die durch die bereits im früheren Artikel 17 (nunmehr Artikel 24) der Verfassung garantierten Prinzipien ergänzt wurden, betreffen somit die aktive und die passive Unterrichtsfreiheit, die Möglichkeit für die Gemeinschaften, selbst einen Unterricht einzurichten, der dem Erfordernis der Neutralität entspricht, die Möglichkeit für die Gemeinschaften, als Organisationsträger autonomen Organen Befugnisse zu übertragen, das Recht auf Unterricht sowie das Legalitätsprinzip und den Gleichheitsgrundsatz in Unterrichtsangelegenheiten.
Die « princiepen », aangevuld met de beginselen die reeds werden gewaarborgd in het vroegere artikel 17 (thans artikel 24) van de Grondwet, beogen aldus de actieve en de passieve vrijheid van onderwijs, de mogelijkheid voor de gemeenschappen om zelf onderwijs in te richten dat voldoet aan de neutraliteitsvereiste, de mogelijkheid voor de gemeenschappen als inrichtende macht om bevoegdheden over te dragen aan autonome organen, het recht op onderwijs en de beginselen van wettigheid en gelijkheid in onderwijszaken.

Insofern die Befugnisse des Organisationsträgers des Gemeinschaftsunterrichts einem oder mehreren autonomen Organen übertragen wurden, obliegt es also diesen Organen, das pädagogische Projekt festzulegen.
In zoverre de inrichtende macht van het gemeenschapsonderwijs is opgedragen aan een of meer autonome organen, komt het dus aan die organen toe het pedagogische project te bepalen.