Artikel 14 der Richtlinie über Eisenbahnsicherheit in der Gemeinschaft (Richtlinie 2004/49/EG) deckt die Inbetriebnahme von in Betrieb befindlichen Fahrzeugen, für die keine EG-Konformitätsbescheinigung vorliegt, in einem anderen Mitgliedstaat oder in anderen Mitgliedstaaten ab, wohingegen in den Interoperabilitätsrichtlinien festgelegt ist, wie Fahrzeuge innerhalb der bestehenden Infrastruktur anerkannt werden sollten.
Artikel 14 van de spoorwegveiligheidsrichtlijn (Richtlijn 2004/49/EG) regelt de indienststelling van bestaand rollend materieel zonder 'EG'-certificaat in een of meer andere lidstaten, terwijl de interoperabiliteitsrichtlijnen voorschrijven hoe rollend materieel moet worden aanvaard op de bestaande infrastructuur.