Traduction de «bedingungen ihrer benennung haben » (Allemand → Néerlandais) :

alle Umstände, die Folgen für den Geltungsbereich oder die Bedingungen ihrer Benennung haben.
alle omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van of de voorwaarden voor hun aanwijzing.

alle Umstände, die Folgen für den Geltungsbereich und die Bedingungen ihrer Benennung haben,
omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van en de voorwaarden voor hun aanwijzing.

alle Umstände, die Folgen für den Geltungsbereich und die Bedingungen ihrer Benennung haben,
alle omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van en de voorwaarden voor hun aanwijzing;

Art. 25 - § 1. Am Ende ihrer Benennung können die Personalmitglieder des Kabinetts, die von den Dienststellen der Regierung oder jeglicher öffentlichen Dienststelle im Allgemeinen abgeordnet wurden, und das Kabinett verlassen, Anspruch auf einen Urlaub für Kabinettsende haben, der einem Werktag pro Monat der Abordnung entspricht, und der im Falle von Teilzeitleistungen quotisiert wird, mit einer Mindestanzahl von drei Werktagen und einer Höchstanzahl von fünfzehn Werktagen.
Art. 25. § 1. Bij het einde van hun aanwijzing kunnen de personeelsleden van het Kabinet die gedetacheerd zijn van de Regeringsdiensten of meer algemeen van elke andere openbare dienst en die het Kabinet verlaten, in aanmerking komen voor een verlof wegens kabinetswijziging ten belope van één werkdag per detacheringsmaand geproratiseerd in geval van deeltijdse dienstverstrekking met minstens drie en hoogstens vijftien werkdagen.

alle Umstände, die Folgen für den Geltungsbereich und die Bedingungen der Benennung haben,
omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van of de voorwaarden voor aanmelding.

alle Umstände, die Folgen für den Geltungsbereich und die Bedingungen der Benennung haben,
omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van of de voorwaarden voor aanmelding;

auf Verlangen, welchen Konformitätsbewertungstätigkeiten sie im Geltungsbereich ihrer Benennung nachgegangen sind und welche anderen Tätigkeiten, einschließlich grenzüberschreitender Tätigkeiten und Vergabe von Unteraufträgen, sie ausgeführt haben.
op verzoek, de binnen de werkingssfeer van hun aanmelding verrichte conformiteitsbeoordelingsactiviteiten en andere activiteiten, waaronder grensoverschrijdende activiteiten en uitbesteding.

Art. 26 - § 1. Am Ende ihrer Benennung haben die Personalmitglieder des Kabinetts, die von den Dienststellen der Regierung oder jeglicher öffentlichen Dienststelle im Allgemeinen abgeordnet wurden, oder deren Vertrag in ihrem ursprünglichen Statut unterbrochen wurde, und die das Kabinett verlassen, Anspruch auf einen Urlaub für Kabinettsende, der einem Werktag pro Monat der Abordnung entspricht, und der im Falle von Teilzeitleistungen quotisiert wird, mit einer Mindestanzahl von drei Werktagen und einer Höchstanzahl von fünfzehn Werktagen.
Art. 26. § 1. Aan het einde van hun aanwijzing genieten de personeelsleden van het kabinet die van de Regeringsdiensten of, meer algemeen, van elke overheidsdienst gedetacheerd zijn, of van wie het contract in hun oorspronkelijk statuut is opgeschort en die het kabinet verlaten een eindekabinetsverlof naar rato van een werkdag per maand geproratiseerde detachering in geval van deeltijdse prestatie, met een minimum van drie en een maximum van vijftien werkdagen.

Im Ubrigen ist festzustellen, dass, insofern gemäss dem angefochtenen Artikel 14 die Personalmitglieder im einfachen Dienst, die am Datum der Schaffung eines Korps der lokalen Polizei in einer Stelle in einem Ermittlungs- und Fahndungsdienst der lokalen Polizei benannt werden, unter bestimmten Bedingungen die Eigenschaft als Gerichtspolizeioffizier, Hilfsbeamter des Prokurators des Königs erhalten, sie auf die gleiche Weise behandelt werden wie die Personalmitglieder, die für die Generaldirektion der Gerichtspolizei oder für die dekonzentrierten gerichtspolizeilichen Einheiten benannt werden und die ebenfalls für die Dauer ihrer Benennung diese Eigenschaft erhalten (Artikel XII. VII. 21 Absatz 2 RSPol).
Voor het overige dient te worden vastgesteld dat, in zoverre overeenkomstig het bestreden artikel 14 de personeelsleden van het basiskader die, op de datum van de oprichting van een korps van de lokale politie, zijn aangewezen voor een betrekking in een opsporings- en recherchedienst van de lokale politie onder bepaalde voorwaarden de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings, verkrijgen, zij op dezelfde wijze worden behandeld als de personeelsleden die worden aangewezen voor de algemene directie gerechtelijke politie of voor de gedeconcentreerde gerechtelijke eenheden, die eveneens voor de duur van hun aanwijzing met die hoedanigheid worden bekleed (artikel XII. VII. 21, tweede lid, RPPol).