Der Schwellenwert und der Höchstbetrag müssen vom König « im Hinblick auf eine notwendige Solidarität den betreffenden Versicherungsnehmern gegenüber » festgelegt werden, « wobei dieser Schwellenwert jedoch nicht über 200 Prozent der Basisprämie liegen darf » (Artikel 138ter -12 des Gesetzes vom 25. Juni 1992).
De drempel en het maximumbedrag dienen door de Koning te worden bepaald op zulk een wijze dat « ze beantwoorden aan een noodzakelijke solidariteit ten aanzien van de betrokken verzekeringnemers, zonder dat die drempel echter hoger mag liggen dan 200 % van de basispremie » (artikel 138ter -12 van de wet van 25 juni 1992).