In Fällen außergewöhnlicher Zweckmäßigkeit kann die Finanzhilfe für in Absatz 2 Buchstabe a genannte Maßnahmen für die zuständigen Behörden aller am Programm beteiligten Mitgliedstaaten oder Drittländer bis zu 80 % der förderfähigen Kosten betragen.
In gevallen van uitzonderlijk nut kan de financiële bijdrage voor acties bedoeld in lid 2, onder a), worden verhoogd tot maximaal 80% van de subsidiabele kosten voor bevoegde autoriteiten van alle lidstaten of derde landen die aan het programma deelnemen.