Ihre Aufgaben werden von den Gemeinschaften und Regionen erteilt, und sie sind für die Ausführung dieser Aufgaben verantwortlich gegenüber diesen Behörden, mit denen sie autonom Absprachen treffen können (Artikel 8.1 und 8.2 beider Zusammenarbeitsabkommen).
Zij krijgen hun taken van de gemeenschappen en de gewesten en zijn voor de uitvoering van die opdrachten verantwoordelijk ten aanzien van die overheden, waarmee zij autonoom kunnen overleggen (artikelen 8.1 en 8.2 van beide samenwerkingsakkoorden).