Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «ausübung ihres amtes begangene verbrechen » (Allemand → Néerlandais) :

Die fraglichen Artikel 479 bis 482bis, 483 und 503bis des Strafprozessgesetzbuches, die Bestandteil von Kapitel III (« Von Richtern außerhalb ihres Amtes und in der Ausübung ihres Amtes begangene Verbrechen ») von Titel IV (« Einige Sonderverfahren ») von Buch II dieses Gesetzbuches sind, bestimmen:

De in het geding zijnde artikelen 479 tot 482bis, 483 en 503bis van het Wetboek van strafvordering, die deel uitmaken van boek II, titel IV (« Enige rechtsplegingen van bijzondere aard »), hoofdstuk III (« Misdaden door rechters gepleegd buiten hun ambt en in de uitoefening van hun ambt »), van dat Wetboek, bepalen :


Im Gesetz vom 25. Juni 1998 zur Regelung der strafrechtlichen Verantwortlichkeit der Minister und im Sondergesetz vom 25. Juni 1998 zur Regelung der strafrechtlichen Verantwortlichkeit der Mitglieder der Gemeinschafts- oder Regionalregierungen (nachstehend: das ordentliche Gesetz und das Sondergesetz vom 25. Juni 1998) ist ein Sonderverfahren für die Straftaten vorgesehen, die durch Minister in der Ausübung ihres Amtes oder außerhalb der Ausübung ihres Amtes ...[+++]

De wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers en de bijzondere wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van leden van een gemeenschaps- of gewestregering (hierna : de gewone en bijzondere wet van 25 juni 1998) voorzien in een bijzondere rechtspleging voor de misdrijven gepleegd door ministers in de uitoefening van hun ambt dan wel buiten de uitoefening van hun ambt maar berecht tijdens de uitoefening daarvan.


Nach den Artikeln 245 und 247 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union können Mitglieder der Kommission, die die Voraussetzungen für die Ausübung ihres Amtes nicht mehr erfüllen oder eine schwere Verfehlung begangen haben, ihres Amtes enthoben werden, und ihre Ruhegehaltsansprüche oder andere Vergünstigungen können ihnen aberkannt werden.

Leden van de Commissie die niet meer aan de eisen voor de uitoefening van hun ambt voldoen of op ernstige wijze zijn tekortgeschoten, kunnen ambtshalve worden ontslagen of vervallen worden verklaard van hun recht op pensioen of andere voordelen overeenkomstig de artikelen 245 en 247 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


So ist im fraglichen Artikel 481 des Strafprozessgesetzbuches vorgesehen, dass die Anzeigen oder Klagen, die in Bezug auf ein Vergehen oder Verbrechen eingegangen sind, das durch einen Magistrat des Appellationshofes außerhalb der Ausübung seines Amtes begangen wurde, an den Minister der Justiz weitergeleitet werden.

Het in het geding zijnde artikel 481 van het Wetboek van strafvordering bepaalt aldus dat de aangiften of de klachten die worden ontvangen inzake een wanbedrijf of misdaad dat door een magistraat van het hof van beroep buiten de uitoefening van zijn ambt zou zijn gepleegd, dadelijk worden overgezonden aan de minister van Justitie.


Da die Artikel 483 und 503bis des Strafprozessgesetzbuches sich auf das Verfahren beziehen, das für Magistrate gilt, die beschuldigt werden, in Ausübung ihres Amtes eine Straftat begangen zu haben, sowie für ihre Mittäter und Komplizen, weisen diese Bestimmungen keine Verbindung zu dem Sachverhalt auf, der dem vorlegenden Richter unterbreitet wurde.

Aangezien de artikelen 483 en 503bis van het Wetboek van strafvordering de procedure betreffen die van toepassing is op de magistraat, evenals op zijn mededaders en medeplichtigen, die ervan wordt beschuldigd tijdens de uitoefening van zijn ambt een misdrijf te hebben gepleegd, staan die bepalingen los van de aan de verwijzende rechter voorgelegde feiten.


« Ist Artikel 42 § 3 Absatz 2 des Gesetzes vom 1. August 1985 zur Festlegung steuerrechtlicher und anderer Bestimmungen vereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem er dahingehend ausgelegt wird, dass die Sonderentschädigung den Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat sind, welche während der Ausübung ihres Amtes begangen wurde, vorbehalten wird, während die Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat sind, welche als Repressalie für das ausgeübte Amt begangen, aber ausserhalb ...[+++]

« Is artikel 42, § 3, tweede lid, van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen in overeenstemming met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het de bijzondere vergoeding voorbehoudt aan de ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die gelijktijdig met de uitoefening van hun functies is gepleegd en dat het de ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die ter vergelding van de uitgeoefende functies is gepleegd maar buiten de uitoefening daarvan werd ondergaan, van het recht op die vergoeding uitsluit ?


Der Staatsrat fragt den Gerichtshof, ob Artikel 42 § 3 Absatz 2 des Gesetzes vom 1. August 1985 nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstosse, ausgelegt in dem Sinne, dass er den Vorteil der Sonderentschädigung den « Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat sind, welche während der Ausübung ihres Amtes begangen wurde » vorbehalte, was zur Folge habe, die Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat würden, die als Vergeltung für das ausgeübte Amt, aber ausserhalb der Ausübung dieses Amtes begangen ...[+++]worden sei, vom Anspruch auf diese Entschädigung auszuschliessen.

De Raad van State vraagt het Hof of het in het geding zijnde artikel 42, § 3, tweede lid, van de wet van 1 augustus 1985 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt in de interpretatie volgens welke het het voordeel van de bijzondere vergoeding voorbehoudt aan de « ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die gelijktijdig met de uitoefening van hun functies is gepleegd », hetgeen tot gevolg zou hebben dat de ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die ter vergelding van de uitgeoefende functies maar buiten de uitoefening daarvan werd ondergaan, van het recht op die vergoeding worde ...[+++]


« Ist Artikel 42 § 3 Absatz 2 des Gesetzes vom 1. August 1985 zur Festlegung steuerrechtlicher und anderer Bestimmungen vereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem er dahingehend ausgelegt wird, dass die Sonderentschädigung den Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat sind, welche während der Ausübung ihres Amtes begangen wurde, vorbehalten wird, während die Bediensteten, die Opfer einer vorsätzlichen Gewalttat sind, welche als Repressalie für das ausgeübte Amt begangen, aber ausserhalb ...[+++]

« Is artikel 42, § 3, tweede lid, van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen in overeenstemming met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het de bijzondere vergoeding voorbehoudt aan de ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die gelijktijdig met de uitoefening van hun functies is gepleegd en dat het de ambtenaren die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad die ter vergelding van de uitgeoefende functies is gepleegd maar buiten de uitoefening daarvan werd ondergaan, van het recht op die vergoeding uitsluit ?


Art. 65 - Ausser bei Rückfälligkeit haftet die Provinz zivilrechtlich für die Zahlung der Geldstrafen, zu denen die Provinzabgeordneten infolge eines Verstosses, den sie bei normaler Ausübung ihres Amtes begangen haben, verurteilt werden.

Art. 65. Behalve in geval van herhaling, is de provincie burgerrechtelijk aansprakelijk voor het betalen van de geldboeten waartoe de leden van het provinciecollege veroordeeld zijn wegens een misdrijf dat ze begaan bij de normale uitoefening van hun ambt.


« Art. 103. - ber Minister wird für Straftaten, die sie in der Ausübung ihres Amtes begangen haben sollten, ausschliesslich durch den Appellationshof gerichtet.

« Art. 103. - Ministers worden voor misdrijven die zij in de uitoefening van hun ambt mochten hebben gepleegd, uitsluitend berecht door het hof van beroep.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'ausübung ihres amtes begangene verbrechen' ->

Date index: 2022-09-06
w