12. hält es für zweckmäßig, nach der Erneuerung des Europäischen Parlaments und der Kommission einen interinstitutionellen Dialog über eine Reihe von gemeinsamen Kriterien und die obengenannten Grundsätze für die Einleitung des Verfahrens nach Artikel 7 aufzunehmen, um die Zusammenarbeit und den Austausch aller essenziellen Informationen zwischen den europäischen Institutionen auf eine organisatorische Grundlage zu stellen;
12. meent dat het wenselijk is na de installering van het nieuwe Europees Parlement en de nieuwe Commissie een interinstitutionele dialoog op gang te brengen over de gemeenschappelijke criteria en bovengenoemde beginselen voor de toepassing van de procedure uit hoofde van artikel 7 van het EU-Verdrag teneinde desbetreffende samenwerking en uitwisseling van alle essentiële informatie tussen de Europese instellingen te regelen;
