Vertaling van "auch feinstaubemissionen " (Duits → Nederlands) :

Beispielsweise sind lokale kohlebetriebene Heizungen und Verbrennungsmotoren und -anlagen eine signifikante Quelle erbgutverändernder und krebserzeugender polyaromatischer Kohlenwasserstoffe (PAK) und von gefährlichen Feinstaubemissionen (PM 10, PM 2.5 und PM 1).
Lokale op kolen werkende verwarming en verbrandingsmotoren en -installaties zijn een significante bron van mutagene en carcinogene poly-aromatische koolwaterstoffen (PAK) en gevaarlijke emissies van fijn stof (PM 10, PM 2,5 en PM 1).

Die Luftqualität in den städtischen Zentren stellt nicht nur für die Gesundheit der Menschen, die dort leben und jeden Tag unterwegs sind, eine unmittelbare Gefahr dar, sondern auch für die der gesamten Bevölkerung: Während in den Großstädten der Europäischen Union regelmäßig Spitzenwerte bei der Umweltbelastung verzeichnet werden, sind jedes Jahr rund 400 000 vorzeitige Todesfälle auf Feinstaubemissionen zurückzuführen, die zum Großteil von Dieselfahrzeugen stammen, die mehr als 55 % des europäischen Fahrzeugbestands ausmachen.
De luchtkwaliteit in stedelijke gebieden brengt zowel de gezondheid van bewoners en forenzen in gevaar als van de rest van de bevolking: aangezien de grote steden in de Europese Unie meebewegen op het ritme van de verontreinigingspieken, sterven er elk jaar 400 000 mensen vroegtijdig als gevolg van de fijne deeltjes waarvan een groot deel wordt uitgestoten door dieselmotoren die meer dan 55 % van het Europese wagenpark beslaan.

(14a) Um die Luftqualität insbesondere in Stadtgebieten zu verbessern, sollten die nationalen Luftreinhalteprogramme Maßnahmen zur Senkung der Stickstoffoxid- und Feinstaubemissionen in diesen Gebieten umfassen.
(14 bis) Ter verbetering van de luchtkwaliteit, met name in stedelijke gebieden, dienen de nationale programma's ter beheersing van de luchtverontreiniging maatregelen te omvatten om de emissies van stikstofoxiden en stofdeeltjes in deze gebieden te verminderen.

(7) Die in Bezug auf die Luftverschmutzung geltenden internationalen Verpflichtungen der Union, die auf die Verringerung von Versauerung, Eutrophierung, bodennahem Ozon und Feinstaubemissionen abzielen, sind im Protokoll von Göteborg zum Übereinkommen über weiträumige grenzüberschreitende Luftverunreinigung festgelegt, das 2012 geändert wurde, um die bestehenden Reduktionsverpflichtungen für Schwefeldioxid, Stickstoffoxide, Ammoniak und flüchtige organische Verbindungen zu verschärfen und neue, ab 2020 zu erreichende Reduktionsverpflichtungen für Feinstaub (PM 2,5) einzuführen.
(7) De internationale verplichtingen van de Unie inzake luchtverontreiniging met het oog op het verminderen van verzuring, eutrofiëring, ozon op leefniveau en emissies van stofdeeltjes , zijn verankerd in het Protocol van Göteborg bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, dat in 2012 werd gewijzigd om de bestaande verbintenissen inzake het verminderen van de emissies van zwaveldioxide, stikstofoxiden, ammoniak en vluchtige organische stoffen te versterken en nieuwe verbintenissen inzake het verminderen van de emissie van stofdeeltjes (PM 2,5) op te nemen, waaraan vanaf 2020 voldaan moet worden.

Ab dem 1. Januar 2025 dürfen die in die Luft ausgestoßenen Schwefeldioxid-, Stickstoffoxid- und Feinstaubemissionen aus bestehenden mittelgroßen Feuerungsanlagen mit einer Feuerungswärmeleistung von mehr als 5 MW die in Anhang II Teil 1 festgesetzten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.
Vanaf 1 januari 2025 mogen emissies in de lucht van zwaveldioxide, stikstofoxiden en stofdeeltjes door bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 5 MW de in deel 1 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.

Ab dem 1. Januar 2030 dürfen die in die Luft ausgestoßenen Schwefeldioxid-, Stickstoffoxid- und Feinstaubemissionen aus bestehenden mittelgroßen Feuerungsanlagen mit einer Feuerungswärmeleistung von bis zu 5 MW die in Anhang II Teil 1 festgesetzten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.
Vanaf 1 januari 2030 mogen emissies in de lucht van zwaveldioxide, stikstofoxiden en stofdeeltjes door bestaande middelgrote stookinstallaties met een nominaal thermisch ingangsvermogen kleiner of gelijk aan 5 MW de in deel 1 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.

Die in Bezug auf die Luftverschmutzung geltenden internationalen Verpflichtungen der Union, die auf die Verringerung von Versauerung, Eutrophierung, bodennahem Ozon und Feinstaubemissionen abzielen, sind im Protokoll von Göteborg zum Übereinkommen über weiträumige grenzüberschreitende Luftverunreinigung festgelegt, das 2012 geändert wurde, um die bestehenden Reduktionsverpflichtungen für Schwefeldioxid, Stickstoffoxide, Ammoniak und flüchtige organische Verbindungen zu verschärfen und neue, ab 2020 zu erreichende Reduktionsverpflichtungen für Feinstaub (PM 2,5) einzuführen.
De internationale verplichtingen van de Unie inzake luchtverontreiniging met het oog op het verminderen van verzuring, eutrofiëring, ozon op leefniveau en emissies van stofdeeltjes, zijn verankerd in het Protocol van Göteborg bij het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand, dat in 2012 werd gewijzigd om de bestaande verbintenissen inzake het verminderen van de emissies van zwaveldioxide, stikstofoxiden, ammoniak en vluchtige organische stoffen te versterken en nieuwe verbintenissen inzake het verminderen van de emissie van stofdeeltjes (PM 2,5) op te nemen, waaraan vanaf 2020 voldaan moet worden.

Projekte zur Senkung der Ammoniak- und Feinstaubemissionen in der Landwirtschaft zur Unterstützung der Umsetzung des aktualisierten UN/ECE-Codes der Guten Praxis für die Reduzierung von Ammoniak- und Feinstaubemissionen in der Landwirtschaft.
Projecten om ammoniak en deeltjesemissies in de landbouw te verminderen ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van de verbeterde code van goede praktijken van de VN-ECE voor het terugdringen van ammoniak en deeltjesemissies in de landbouw.

Lokale und regionale Energieprojekte, die die Luftqualität und die Verminderung von Feinstaubemissionen in Hotspots in den Gebieten zum Gegenstand haben, in denen fortwährend viele Heizanlagen mit Kohle und Biomasse befeuert werden.
Lokale en regionale energieprojecten gericht op het verbeteren van de luchtkwaliteit en emissiereductie op hotspots voor atmosferische deeltjes in gebieden met een langdurig intensief gebruik van verwarmingstoepassingen met verbranding van kolen en biomassa.