Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "artikel 55 absatz 1 erwähnte frist durch " (Duits → Nederlands) :

Hat der Standesbeamte binnen der im vorhergehenden Absatz erwähnten Frist keine endgültige Entscheidung getroffen, muss er die Trauung unverzüglich vornehmen, selbst in den Fällen, in denen die in Artikel 165 § 3 erwähnte Frist von sechs Monaten verstrichen ist.

Indien hij binnen de in vorig lid gestelde termijn nog geen definitieve beslissing heeft genomen, dient de ambtenaar van de burgerlijke stand onverwijld het huwelijk te voltrekken, zelfs in die gevallen waar de in artikel 165, § 3 bedoelde termijn van zes maanden reeds is verstreken.


Aufgrund dieser Bestimmung muss der Standesbeamte, wenn er keine Entscheidung zur Verweigerung oder Gewährung der Eheschließung innerhalb der Aufschubfrist von höchstens fünf Monaten im Sinne von Artikel 167 Absatz 2 desselben Gesetzbuches getroffen hat, die Trauung unverzüglich vornehmen, ' selbst in den Fällen, in denen die in Artikel 165 § 3 erwähnte Frist von sechs Monaten verstrichen ist '.

Krachtens die bepaling moet de ambtenaar van de burgerlijke stand, wanneer hij geen beslissing heeft genomen waarbij de voltrekking van het huwelijk wordt geweigerd of toegestaan binnen de termijn van uitstel van hoogstens vijf maanden bepaald in artikel 167, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, het huwelijk onverwijld voltrekken, ' zelfs in die gevallen waar de in artikel 165, § 3 bedoelde termijn van zes maanden reeds is verstreken '.


Aufgrund dieser Bestimmung muss der Standesbeamte, wenn er keine Entscheidung zur Verweigerung oder Gewährung der Eheschließung innerhalb der Aufschubfrist von höchstens fünf Monaten im Sinne von Artikel 167 Absatz 2 desselben Gesetzbuches getroffen hat, die Trauung unverzüglich vornehmen, « selbst in den Fällen, in denen die in Artikel 165 § 3 erwähnte Frist von sechs Monaten verstrichen ist ».

Krachtens die bepaling moet de ambtenaar van de burgerlijke stand, wanneer hij geen beslissing heeft genomen waarbij de voltrekking van het huwelijk wordt geweigerd of toegestaan binnen de termijn van uitstel van hoogstens vijf maanden bepaald in artikel 167, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, het huwelijk onverwijld voltrekken, « zelfs in die gevallen waar de in artikel 165, § 3 bedoelde termijn van zes maanden reeds is verstreken ».


Art. 55 - In demselben Dekret, Artikel 12bis Absatz 4, eingefügt durch das Dekret vom 28. November 2013 werden die Wörter "Was die Eurovignette, die Verkehrssteuer und die Inbetriebsetzungssteuer betrifft" durch "Was die Verkehrssteuer, die Inbetriebsetzungssteuer die Eurovignette und die Kilometerabgabe betrifft" ersetzt.

Art. 55. In artikel 12bis, vierde lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 28 november 2013, worden de woorden "Inzake het eurovignet, de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling" vervangen door de woorden "Inzake verkeersbelasting, belasting op de inverkeerstelling, eurovignet en kilometerheffing".


Hat der Standesbeamte binnen der im vorhergehenden Absatz erwähnten Frist keine endgültige Entscheidung getroffen, muss er die Trauung vornehmen, selbst in den Fällen, in denen die in Artikel 165 § 3 erwähnte Frist von sechs Monaten verstrichen ist.

Indien hij binnen de in vorig lid gestelde termijn nog geen definitieve beslissing heeft genomen, dient de ambtenaar van de burgerlijke stand het huwelijk te voltrekken, zelfs in die gevallen waar de in artikel 165, § 3 bedoelde termijn van zes maanden reeds is verstreken.


Art. 3 - Artikel 145 Absatz 2 Ziffer 1 desselben Gesetzbuches wird durch Folgendes ersetzt: "1° werden in Artikel 145 Absatz 1 Ziffer 2 erwähnte Summen, die für Tilgung oder Wiederherstellung einer Hypothekenanleihe gezahlt werden, in Abweichung von Artikel 145 § 2 Absatz 2 für die Steuerermäßigung berücksichtigt in dem Maße, wie sie sich auf den ersten Teilbetrag von 50.000 Euro, 52.500 Euro, 55.000 Euro, 60.000 Euro oder 65.000 E ...[+++]

Art. 3. In artikel 145 van hetzelfde Wetboek, wordt het tweede lid, 1°, vervangen door wat volgt: « 1° komen de in artikel 145, eerste lid, 2°, bedoelde betalingen voor de aflossing of wedersamenstelling van hypothecaire leningen, in afwijking van artikel 145, § 2, tweede lid, voor de belastingvermindering in aanmerking voor zoverre ze betrekking hebben op de eerste schijf van respectievelijk 50.000 euro, 52.500 euro, 55.000 euro, 60.000 euro en 65.000 euro van het aanvangsbedrag van de voor de enige woning aangegane leningen, naargelang de belastingplichtige geen, een, twee, drie of meer dan drie kinderen ten laste heeft op 1 januari v ...[+++]


». b. In seinem Entscheid vom 24. Juni 2015 in Sachen Robert Peeters gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 18. August 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 57 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 (EStGB 1992) in Verbindung mit Artikel 53 Nr. 2 desselben Gesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der koordinierten Verfassung in Verbindung mit deren Artikeln 170 und 172, indem die Abzugsfähigkeit in der Steuer der natürlichen Personen für gewisse in Artikel 57 des EStGB 1992 erwähnte ...[+++]

». b. Bij arrest van 24 juni 2015 in zake Robert Peeters tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 augustus 2015, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 57 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) in combinatie met artikel 53, 2° van het zelfde wetboek, de artikelen 10 en 11 van de Gecoördineerde Grondwet in samenhang met de artikelen 170 en 172 van dezelfde Grondwet, doordat de fiscale aftrekbaarheid in de personenbelasting van een aa ...[+++]


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 20. April 2016 in Sachen des belgischen Staates gegen die « Etablissements Jean Wust » AG, in Anwesenheit der « CBC Banque » AG, und in Sachen der « Etablissements Jean Wust » AG gegen die « CBC Banque » AG, in Anwesenheit des belgischen Staates, dessen Ausfertigung am 4. Mai 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Lüttich folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 251 des Einkommensteuergesetzbuches 1964 (jetzt Artikel 346 des Einkommensteuergesetzb ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 20 april 2016 in zake de Belgische Staat tegen de nv « Etablissements Jean Wust », in aanwezigheid van de nv « CBC Banque », en in zake de nv « Etablissements Jean Wust » tegen de nv « CBC Banque », in aanwezigheid van de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 mei 2016, heeft het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 251 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (thans artikel 346 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992), zoals van toepassing op ...[+++]


Moerman, E. Derycke und F. Daoût, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Richters A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 23. Dezember 2014 in Sachen Tonia Tollenaere gegen die « AXA Belgium » AG und die « Generali Belgium » AG, dessen Ausfertigung am 13. Januar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Gent, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 3 Absatz 3 des Gesetzes vom 13. Januar 201 ...[+++]

Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van rechter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 23 december 2014 in zake Tonia Tollenaere tegen de nv « AXA Belgium » en de nv « Generali Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 januari 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 3, derde lid, van d ...[+++]


(2) Abweichend von Artikel 31 Absatz 2, Artikel 32 Absatz 4 und Artikel 37 Absatz 1 der Verordnung (EG) Nr. 1260/1999 des Rates vom 21. Juni 1999 mit allgemeinen Bestimmungen über die Strukturfonds werden die Mittelbindungen für die durch das mit der Verordnung (EG) Nr. 1263/1999 des Rates vom 21. Juni 1999 über das Finanzinstrument für die Ausrichtung der Fischerei errichtete Finanzinstrument fü ...[+++]

2. In afwijking van de artikelen 31, lid 2, 32, lid 4, en 37, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen worden bedragen die zijn vastgelegd voor bijstand met medefinanciering uit het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV), ingesteld bij Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij welke bijstand door de Commissie tussen 1 januari 2000 en 31 december 2006 is goedgekeurd en waarvoor de gecertificeerde verklaring betreffende de daadwerkelijk ...[+++]


w