Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "art 10 keine einzige abweichung " (Duits → Nederlands) :

« Verstößt Artikel 6 § 2 und § 1 des Gesetzes vom 22. März 2001 zur Einführung einer Einkommensgarantie für Betagte, dahin ausgelegt, dass der Empfänger der Einkommensgarantie für Betagte, der allein wohnt, Anspruch auf einen erhöhten Betrag hat, während der Empfänger, der in einer Paargemeinschaft mit einer Person zusammenwohnt, die kein einziges Einkommen nachweist, den Basissatz erhält, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er den allein stehenden Empfänger und den Empfänger, der mit einer Person ohne Einkommen zusammenwohnt, unterschiedlich behandelt, während sowohl im einen als im anderen Fall diese ...[+++]

« Schendt artikel 6, § 2 en § 1, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen, geïnterpreteerd in die zin dat een IGO-gerechtigde die alleen woont, een verhoogd bedrag kan genieten terwijl een gerechtigde die als paar samenwoont met een persoon die niet over bestaansmiddelen beschikt, het basisbedrag geniet, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het een alleenstaande gerechtigde en een gerechtigde die samenwoont met een persoon zonder bestaansmiddelen verschillend behandelt, terwijl in beide gevallen, die IGO-g ...[+++]


Art. 36 - Der Erlass, durch den die Enteignung genehmigt wird, verfällt, wenn der Projektträger innerhalb von zehn Jahren nach seiner Verabschiedung durch die Regierung im Gebiet kein einziges Immobiliengut erworben hat.

Art. 36. Het besluit waarbij de onteigening wordt toegelaten vervalt indien de operator binnen tien jaar na de goedkeuring ervan door de Regering in de omtrek geen onroerend goed heeft aangekocht.


Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 335 § 1 des Zivilgesetzbuches mit den Artikeln 10, 11 und 22bis der Verfassung in Verbindung mit den Artikeln 8 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention vereinbar sei, insofern er es nicht ermögliche, dass das Kind den Namen der Mutter oder den Namen des Vaters und denjenigen der Mutter trage, wenn die Abstammung väterlicherseits und mütterlicherseits gleichzeitig festgestellt werde und keine Zustimmung des Vaters zur Zuerkennung des Namens der Mutter oder des Namens der beiden Eltern vorliege, und insofern er keine einzige Prüfung d ...[+++]

Het Hof wordt gevraagd of artikel 335, § 1, van het Burgerlijk Wetboek bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het niet toestaat dat het kind de naam van de moeder of de naam van de vader en die van de moeder draagt wanneer de afstamming van vaderszijde en de afstamming van moederszijde tegelijkertijd vaststaan en de vader het niet eens is met de toekenning van de naam van de moeder of van de naam van beide ouders en in zoverre het in geen enkele toetsing van het belang van het kind bij de naamgeving voo ...[+++]


Die Vorabentscheidungsfrage ist verneinend zu beantworten, insofern sie darauf abzielt, vom Gerichtshof zu vernehmen, ob Artikel 335 § 1 Absatz 2 dritter Satz des Zivilgesetzbuches mit den Artikeln 10, 11 und 22bis der Verfassung in Verbindung mit den Artikeln 8 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention vereinbar sei, soweit er keine einzige Prüfung des Interesses des Kindes bei der Zuerkennung des Namens vorsehe.

De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord in zoverre zij ertoe strekt van het Hof te vernemen of artikel 335, § 1, tweede lid, derde zin, van het Burgerlijk Wetboek bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het in geen enkele toetsing van het belang van het kind bij de naamgeving voorziet.


- Artikel 335 § 1 Absatz 2 dritter Satz des Zivilgesetzbuches verstößt nicht gegen die Artikel 10, 11 und 22bis der Verfassung in Verbindung mit den Artikeln 8 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern er keine einzige Prüfung des Interesses des Kindes bei der Zuerkennung des Namens vorsieht.

- Artikel 335, § 1, tweede lid, derde zin, van het Burgerlijk Wetboek schendt niet de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het in geen enkele toetsing van het belang van het kind bij de naamgeving voorziet.


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Urteil vom 8. Januar 2016 in Sachen B.L. gegen S.H., dessen Ausfertigung am 21. Januar 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Lüttich, Abteilung Lüttich, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 335 § 1 des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, und insbesondere gegen Artikel 10 Absatz 3 und Artikel 22bis der Verfassung, in Verbindung mit den Artikeln 8 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention, - indem er es nicht ermöglicht, dass das Kind den ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 8 januari 2016 in zake B.L. tegen S.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 januari 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 335, § 1, van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, en in het bijzonder artikel 10, derde lid, en artikel 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, - in zoverre het niet toestaat dat het kind de naam van de moed ...[+++]


Art. 3 - Artikel 145 Absatz 2 Ziffer 1 desselben Gesetzbuches wird durch Folgendes ersetzt: "1° werden in Artikel 145 Absatz 1 Ziffer 2 erwähnte Summen, die für Tilgung oder Wiederherstellung einer Hypothekenanleihe gezahlt werden, in Abweichung von Artikel 145 § 2 Absatz 2 für die Steuerermäßigung berücksichtigt in dem Maße, wie sie sich auf den ersten Teilbetrag von 50.000 Euro, 52.500 Euro, 55.000 Euro, 60.000 Euro oder 65.000 Euro des Anfangsbetrags der für die einzige Wohnung aufgenommenen Anleihen beziehen, je nachdem ob der Ste ...[+++]

Art. 3. In artikel 145 van hetzelfde Wetboek, wordt het tweede lid, 1°, vervangen door wat volgt: « 1° komen de in artikel 145, eerste lid, 2°, bedoelde betalingen voor de aflossing of wedersamenstelling van hypothecaire leningen, in afwijking van artikel 145, § 2, tweede lid, voor de belastingvermindering in aanmerking voor zoverre ze betrekking hebben op de eerste schijf van respectievelijk 50.000 euro, 52.500 euro, 55.000 euro, 60.000 euro en 65.000 euro van het aanvangsbedrag van de voor de enige woning aangegane leningen, naarge ...[+++]


Art. 18. In Titel II, Kapitel III, Abschnitt 1, Unterabschnitt 2 octodecies desselben Gesetzbuches wird ein Artikel 145mit folgendem Wortlaut eingefügt: "Art. 145 - § 1. Die in Artikel 145erwähnte Ermäßigung wird unter folgenden Bedingungen gewährt: 1° die in Artikel 145 § 1 erwähnten Ausgaben wurden zum Erwerb des Eigentums der Wohnung getätigt, die am 31. Dezember des Jahres des Abschlusses des Anleihevertrags die einzige Wohnung des Steuerpflichtigen ist, und die er an diesem Datum persönlich bewohnt; 2° die Hypothekenanleihe u ...[+++]

Art. 18. In titel II, Hoofdstuk III, afdeling 1, onderafdeling 2 octodecies van hetzelfde Wetboek, wordt een artikel 145 ingevoegd, luidend als volgt: « Art. 145. § 1. De vermindering bedoeld in artikel 145 wordt tegen de volgende voorwaarden toegekend : 1° de uitgaven bedoeld in artikel 145, § 1, moeten gedaan zijn voor de woning die op 31 december van het jaar waarin de leningsovereenkomst is afgesloten, de enige woning is van de belastingplichtige die hij zelf betrekt; 2° de hypothecaire lening en in voorkomend geval het levensverzekeringscontract die zijn bedoeld in a ...[+++]


10. MÄRZ 2016 - Erlaß der Wallonischen Regierung, durch den das Fällen von Bäumen in dem domanialen Naturschutzgebiet "Tiennes de Rouillon" in Anhée und Profondeville aus Gründen der öffentlichen Sicherheit genehmigt wird Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Gesetzes vom 12. Juli 1973 über die Erhaltung der Natur, Artikel 11, abgeändert durch das Dekret vom 6. Dezember 2001, und Artikel 41, abgeändert durch die Dekrete vom 7. September 1989 und 6. Dezember 2001; Aufgrund des Ministerialerlasses vom 28. April 1999 zur Errichtung des Naturschutzgebiets "Tienne de Rouillon"; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 14. Februar 2008 zur Errichtung des domanialen Naturschutzgebiets "Tiennes de Rouillon" in Anhée und Profo ...[+++]

10 MAART 2016. - Besluit van de Waalse Regering waarbij het kappen van bomen in het domanialel natuurreservaat "Tiennes de Rouillon", in Anhée en Profondeville om redenen van openbare veiligheid wordt toegelaten De Waalse Regering, Gelet op de wet van 12 juli 1973 op het natuurbehoud, inzonderheid op artikel 11, gewijzigd bij het decreet van 6 december 2011, alsook artikel 41, gewijzigd bij de decreten van 7 december 1989 en 6 december 2001; Gelet op het ministerieel besluit van 28 april 1999 tot oprichting van het domaniale natuurreservaat "Tienne de Rouillon"; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 14 februari 2008 tot uitb ...[+++]


Art. 12. In Abweichung von Artikel 11 können die Eltern oder die Adoptierenden durch eine gemeinsame Erklärung beim Standesbeamten zu Gunsten ihrer gemeinsamen minderjährigen Kinder und unter Vorbehalt, dass sie am Tag des Inkrafttretens des vorliegenden Gesetzes keine gemeinsamen volljährigen Kinder haben, beantragen, dass ihnen ein anderer gemäß den Bestimmungen des vorliegenden Gesetzes gewählter Name zuerkannt wird.

Art. 12. In afwijking van artikel 11 kunnen de ouders of de adoptanten, bij een gemeenschappelijke verklaring bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, ten gunste van hun gemeenschappelijke minderjarige kinderen en onder voorbehoud dat zij geen gemeenschappelijke meerderjarige kinderen hebben op de dag waarop deze wet in werking treedt, vragen hen een andere naam toe te kennen die gekozen is in overeenstemming met de bepalingen van deze wet.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'art 10 keine einzige abweichung' ->

Date index: 2022-11-27
w