Traduction de «april 2012 keine » (Allemand → Néerlandais) :

86. Wenn die betreffende Person jedoch nicht oder nicht mehr die durch das innerstaatliche Recht festgelegten Bedingungen für die Gewährung irgendeiner Form einer Leistung oder Pension erfüllt, liegt keine Verletzung der sich aus Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls ergebenden Rechte vor (siehe Rasmussen gegen Polen, Nr. 38886/05, § 76, 28. April 2009; Richardson gegen Vereinigtes Königreich (Entsch.), Nr. 26252/08, §§ 17-18, 10. April 2012).
86. Wanneer de betrokkene evenwel niet voldoet of niet langer voldoet aan de door het intern recht vastgestelde voorwaarden voor de toekenning van enige vorm van uitkering of pensioen, is er geen aantasting van de rechten die voortvloeien uit artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol (zie Rasmussen t. Polen, nr. 38886/05, § 76, 28 april 2009; en Richardson t. het Verenigd Koninkrijk (dec.), nr. 26252/08, §§ 17-18, 10 april 2012).

In Bezug auf den Geltungsbereich der Anforderungen im Sinne der Richtlinie 85/337/EWG, die durch die Richtlinie 2011/92/EU ersetzt wurde, ist der Europäische Gerichtshof der Auffassung, dass mit dem Begriff « Projekt » im Sinne von Artikel 1 Absatz 2 der erstgenannten Richtlinie materielle Arbeiten oder Eingriffe gemeint sind und dass die bloße Verlängerung einer bestehenden Betriebsgenehmigung, ohne dass es sich dabei um « Arbeiten oder Eingriffe zur Änderung des materiellen Zustands eines Platzes » handelt, demzufolge kein Projekt darstellt (EuGH, 17. März 2011, C-275/09, Region Brüssel Hauptstadt u.a., Randnrn. 20-21; siehe ebenfalls EuGH, 19. April 2012, C-121/11, Pro-Braine ASBL u.a., Randnrn. 31-32).
Met betrekking tot de werkingssfeer van de vereisten bedoeld in de richtlijn 85/337/EEG, die bij de richtlijn 2011/92/EU is vervangen, is het Hof van Justitie van oordeel dat met het begrip « project » in de zin van artikel 1, lid 2, van de eerstgenoemde richtlijn, materiële werken of ingrepen worden bedoeld en dat de loutere vernieuwing van een bestaande exploitatievergunning, « zonder dat er sprake is van werken of ingrepen die de materiële toestand van de plaats veranderen », bijgevolg geen project vormt (HvJ, 17 maart 2011, C-275/09, Brussels Hoofdstedelijk Gewest e.a., punten 20-21 en 24; zie eveneens HvJ, 19 april 2012, C-121/11, Pro-Braine ASBL e.a., punten 31-32).

Folglich ist in Bezug auf die Bedingung der Sprachkenntnis Artikel 7 Absatz 2 des Dekrets vom 20. April 2012 keine Bestimmung, die den Sprachengebrauch regelt im Sinne von Artikel 129 der Verfassung, und war der flämische Dekretgeber befugt, diese Bestimmung anzunehmen, da die enge Verbindung dieser Bestimmung mit der Zuständigkeit der Gemeinschaften für die Kinderbetreuung sich aus dem in B.11.2 erwähnten Ziel ergibt.
Daaruit volgt dat voor wat de voorwaarde van taalkennis betreft artikel 7, tweede lid, van het decreet van 20 april 2012 geen bepaling is die het gebruik van de talen regelt in de zin van artikel 129 van de Grondwet en dat de Vlaamse decreetgever bevoegd was om dat aan te nemen, aangezien het nauwe verband van die bepaling met de bevoegdheid van de gemeenschappen inzake kinderopvang blijkt uit de in B.11.2 vermelde doelstelling.

Daraus ist zu schlussfolgern, dass Artikel 6 § 1 Nr. 4 des Dekrets vom 20. April 2012 keine Bestimmung ist, durch die der Sprachengebrauch im Sinne von Artikel 129 der Verfassung geregelt wird, und dass der Dekretgeber befugt war, diese Bestimmung anzunehmen, wobei die enge Verbindung dieser Bestimmung mit der Zuständigkeit der Gemeinschaften für die Kinderbetreuung sich aus den in B.3.4 angeführten Zielsetzungen ergibt.
Daaruit volgt dat artikel 6, § 1, 4°, van het decreet van 20 april 2012 geen bepaling is die het gebruik van de talen regelt in de zin van artikel 129 van de Grondwet en dat de decreetgever bevoegd was om die bepaling aan te nemen aangezien het nauwe verband van die bepaling met de bevoegdheid van de gemeenschappen inzake kinderopvang blijkt uit de in B.3.4 vermelde doelstellingen.

C. in der Erwägung, dass die Sicherheitskräfte weiter mit übertriebener Härte gegen Protestierende vorgehen; in der Erwägung, dass am 26. April 2012 Chut Wutty, ein führender Umweltaktivist, der Untersuchungen über illegalen Holzeinschlag anstellte, von der Polizei erschossen wurde; in der Erwägung, dass am 22. Mai 2012 dreizehn Aktivistinnen aus dem Boeung-Kak-Viertel willkürlich festgenommen und zu langen Haftstrafen verurteilt wurden, weil sie am Standort eines Entwicklungsprojekts, das Auswirkungen auf ihre Gemeinschaft hat, friedlich protestierten; in der Erwägung, dass sie zwar auf internationalen Druck freigelassen wurden, ihre Verurteilungen jedoch aufrechterhalten wurden; in der Erwägung, dass am 16. Mai 2012 ein vierzehnjähriges Mädchen, Heng Chantha, von den Sicherheitskräften erschossen wurde und keine Untersuchung der Todesumstände stattfindet;
C. overwegende dat de veiligheidsdiensten buitensporig geweld blijven gebruiken tegen demonstranten; overwegende dat Chut Wutty, een vooraanstaand milieuactivist die illegale houtkap onderzocht, op 26 april 2012 werd doodgeschoten door de politie; overwegende dat op 22 mei 2012 dertien vrouwelijke activisten uit het gebied Boeung Kak willekeurig werden gearresteerd en veroordeeld tot langdurige gevangenisstraffen voor het houden van een vredevolle betoging op het bouwterrein waaronder hun gemeenschap te lijden had; overwegende dat ze onder internationale druk werden vrijgelaten, hoewel hun veroordelingen werden gehandhaafd; overwegende dat op 16 mei 2012 een 14-jarig meisje, Heng Chantha, werd doodgeschoten door de veiligheidsdiensten, en dat er geen onderzoek loopt naar haar overlijden;

2. begrüßt die Schlussfolgerungen des Rates vom 14. Mai 2012 zum Friedensprozess im Nahen Osten und die darin enthaltenen Schlussfolgerungen zum Westjordanland und zu Ostjerusalem und bekräftigt, dass die EU keine Änderungen der vor 1967 bestehenden Grenzen, auch hinsichtlich Jerusalems, anerkennen wird, die nicht zwischen den beiden Seiten vereinbart worden sind; begrüßt ferner die Erklärung des Nahost-Quartetts vom 11. April 2012;
2. is ingenomen met de conclusies van de Raad van 14 mei 2012 over het vredesproces in het Midden-Oosten, waarin ook de situatie op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem aan bod komt, herhaalt dat de EU geen andere wijzigingen van de grenzen van vóór 1967 zal erkennen dan deze die door de partijen zijn overeengekomen, ook niet met betrekking tot Jeruzalem, en verwelkomt de verklaring van het Midden-Oostenkwartet van 11 april 2012;

Am 30. April 2012 übermittelte Bahrain der Kommission einen Schlussbericht über die Tilgung von Rotz im nördlichen Teil dieses Drittlandes, der nicht zur Region BH-1, wie in Anhang I der Entscheidung 2004/211/EG beschrieben, gehörte, und legte angemessene Garantien dafür vor, dass kein Fall von Rotz in diesem Landesteil binnen einem Zeitraum von sechs Monaten, gerechnet ab der Übermittlung des Berichts an die Kommission, festgestellt wurde.
Op 30 april 2012 heeft Bahrein aan de Commissie een eindverslag overgelegd over de uitroeiing van kwade droes in het noordelijke deel van dat derde land, dat niet viel onder het gebied BH-1 zoals omschreven in bijlage I bij Beschikking 2004/211/EG; ook heeft Bahrein passende garanties geboden dat er in de zes maanden voorafgaande aan de indiening van het verslag bij de Commissie in dat deel van het derde land geen gevallen van kwade droes zijn geconstateerd.

wenn vor dem oder am 1. April 2013 kein Transaktionsregister für diese Derivatekategorie registriert wurde, 90 Tage nach Registrierung eines Transaktionsregisters für diese Derivatekategorie gemäß Artikel 55 der Verordnung (EU) Nr. 648/2012;
90 dagen na registratie van het transactieregister voor een bijzondere derivatenklasse overeenkomstig artikel 55 van Verordening (EU) nr. 648/2012, wanneer voor deze bijzondere derivatenklasse geen transactieregister is geregistreerd vóór of op 1 april 2013;

(3) Nach der Entlastung vom Rentendefizit am 1. April 2012 gewährt das Vereinigte Königreich der Royal Mail Group keine weitere staatliche Beihilfe zum Ausgleich für übernommene Kosten in Bezug auf neu aufgelaufene Rentenverbindlichkeiten für Mitglieder des Royal Mail Pension Plan.
3. Na de datum van de overname van de pensioenverplichtingen op 1 april 2012 verleent het Verenigd Koninkrijk geen verdere steun aan Royal Mail Group ter compensatie van historische kosten in verband met nieuwe pensioenverplichtingen voor deelnemers aan het „Royal Mail Pension Plan”.