Traduction de «april 2007 seite » (Allemand → Néerlandais) :

Aber in ihrer Funktion, die ordnungsgemäße Umsetzung der gemeinschaftlichen Rechtsvorschriften zu überwachen, verwies die Kommission in ihrer Mitteilung vom 4. April 2007 (Seite 5 der SEK(2007)0426 ) auf die Anzahl der Beschwerden, die sie im Zeitraum 2005-2006 erhalten hat.
Het is echter wel de taak van de Commissie toezicht te houden op de correcte uitvoering van de Gemeenschapswetgeving en in die hoedanigheid heeft zij in haar mededeling van 4 april 2007 (blz. 5 van SEC(2007)0426 ) verwezen naar het aantal klachten dat zij in 2005-2006 heeft ontvangen.

Aber in ihrer Funktion, die ordnungsgemäße Umsetzung der gemeinschaftlichen Rechtsvorschriften zu überwachen, verwies die Kommission in ihrer Mitteilung vom 4. April 2007 (Seite 5 der SEK(2007)0426) auf die Anzahl der Beschwerden, die sie im Zeitraum 2005-2006 erhalten hat.
Het is echter wel de taak van de Commissie toezicht te houden op de correcte uitvoering van de Gemeenschapswetgeving en in die hoedanigheid heeft zij in haar mededeling van 4 april 2007 (blz. 5 van SEC(2007)0426) verwezen naar het aantal klachten dat zij in 2005-2006 heeft ontvangen.

Das Luftverkehrsabkommen zwischen der Europäischen Gemeinschaft und ihren Mitgliedstaaten auf der einen Seite, und den Vereinigten Staaten von Amerika auf der anderen Seite, (im Folgenden „das Luftverkehrsabkommen“), unterzeichnet von den Vereinigten Staaten von Amerika und den Mitgliedstaaten der Europäischen Gemeinschaft und der Europäischen Gemeinschaft am 25. und am 30. April 2007 , geändert durch das Protokoll zur Änderung des Luftverkehrsabkommens zwischen der Europäischen Gemeinschaft und ihren Mitgliedstaaten, unterzeichnet am 25. und 30. April 2007 („das Protokoll“), das von den Vereinigten Staaten von Amerika, den Mitgliedstaaten der Europäischen Union und der Europäischen Union am 24. Juni 2010 unterzeichnet wurde, lässt den Beitritt von Drittländern zu dem Luftverkehrsabkommen ausdrücklich zu.
De overeenkomst inzake luchtvervoer tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Verenigde Staten van Amerika, anderzijds („de luchtvervoersovereenkomst”), die op 25 en 30 april 2007 door de Verenigde Staten van Amerika en de lidstaten van de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap is ondertekend, zoals gewijzigd bij het protocol tot wijziging van de op 25 en 30 april 2007 ondertekende overeenkomst inzake luchtvervoer tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten („het protocol”) , dat op 24 juni 2010 door de Verenigde Staten van Amerika en de lidstaten van de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap is ondertekend, voorziet uitdrukkelijk in de toetreding van derde landen tot de luchtvervoersovereenkomst.

IN ANBETRACHT DESSEN, dass das Luftverkehrsabkommen zwischen den Vereinigten Staaten von Amerika und der Europäischen Gemeinschaft und ihren Mitgliedstaaten (im Folgenden „das Luftverkehrsabkommen“) am 2. März 2007 paraphiert wurde, am 25. April 2007 in Brüssel und am 30. April 2007 in Washington, D.C. unterzeichnet wurde und seit dem 30. März 2008 vorläufig angewendet wird,
EROP WIJZENDE DAT de overeenkomst inzake luchtvervoer tussen de Verenigde Staten van Amerika en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten (hierna „de luchtvervoersovereenkomst” genoemd) op 2 maart 2007 is geparafeerd, op 25 april 2007 te Brussel en op 30 april 2007 te Washington D.C. is ondertekend en voorlopig wordt toegepast sinds 30 maart 2008,

81. ist weiterhin besorgt darüber, dass der Menschenrechtsdialog mit dem Iran wegen des Fehlens positiver Fortschritte jeglicher Art bei der Verbesserung der Lage der Menschenrechte und wegen mangelnder Kooperationsbereitschaft seitens des Iran seit 2004 unterbrochen ist; fordert die iranischen Verantwortlichen auf, diesen Dialog wieder aufzunehmen, um alle Akteure der Zivilgesellschaft, die sich für Demokratie engagieren, zu unterstützen und – mit friedlichen und gewaltfreien Mitteln – die bisherigen Prozesse zu stärken, die demokratische, institutionelle und konstitutionelle Reformen fördern, die Nachhaltigkeit dieser Reformen gewährleisten und die Einbeziehung aller iranischen Menschenrechtsverteidiger und Vertreter der Zivilgesellschaft in Entscheidungsprozesse konsolidieren können und somit die von ihnen im allgemeinen politischen Diskurs wahrgenommene Rolle zu stärken; ist zutiefst besorgt darüber, dass sich die Achtung der grundlegenden Menschenrechte im Iran, vor allem des Rechts auf Meinungs- und Versammlungsfreiheit, 2007 weiter verschlechtert hat; verurteilt die neue von den iranischen Behörden seit Anfang April 2007 eingeleitete Moral-Kampagne, derzufolge tausende Männer und Frauen im Zuge der „Bekämpfung unmoralischen Verhaltens” verhaftet wurden; verurteilt die immer häufigere Verhängung der Todesstrafe durch das iranische Regime;
81. beschouwt het nog steeds als zeer zorgwekkend dat de mensenrechtendialoog met Iran sinds 2004 is onderbroken als gevolg van het ontbreken van positieve ontwikkelingen bij het verbeteren van de mensenrechtensituatie en een gebrek aan medewerking van de kant van Iran; dringt er bij de Iraanse autoriteiten op aan deze dialoog te hervatten met het oog op ondersteuning van burgeractivisten voor de democratie en – via vreedzame middelen – bestaande processen te versterken die democratische, institutionele en constitutionele hervormingen kunnen bevorderen, de duurzaamheid van die hervormingen verzekeren, en de participatie in beleidsvormingsprocessen consolideren van alle Iraanse mensenrechtenverdedigers en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, en daardoor hun rol in het politieke debat versterken; maakt zich ernstig zorgen over het feit dat het respect voor de fundamentele mensenrechten, met name de vrijheid van meningsuiting en het recht op vereniging, in Iran is blijven verslechteren in 2007; veroordeelt de nieuwe zedelijkheidscampagne die de Iraanse autoriteiten sinds begin april 2007 voeren, waarbij duizenden mannen en vrouwen zijn gearresteerd in een poging "immoreel gedrag tegen te gaan"; veroordeelt de toenemende uitvoering door het Iraanse regime van de doodstraf;

81. ist weiterhin besorgt darüber, dass der Menschenrechtsdialog mit dem Iran wegen des Fehlens positiver Fortschritte jeglicher Art bei der Verbesserung der Lage der Menschenrechte und wegen mangelnder Kooperationsbereitschaft seitens des Iran seit 2004 unterbrochen ist; fordert die iranischen Verantwortlichen auf, diesen Dialog wieder aufzunehmen, um alle Akteure der Zivilgesellschaft zu unterstützen, die sich für Demokratie engagieren, und – mit friedlichen und gewaltfreien Mitteln – die bisherigen Prozesse zu stärken, die demokratische, institutionelle und konstitutionelle Reformen fördern können, die Nachhaltigkeit dieser Reformen gewährleisten können und die Einbeziehung aller iranischen Menschenrechtsverteidiger und Vertreter der Zivilgesellschaft in Entscheidungsprozesse konsolidieren können und somit die von ihnen im allgemeinen politischen Diskurs wahrgenommene Rolle zu stärken; ist zutiefst besorgt darüber, dass sich die Achtung der grundlegenden Menschenrechte im Iran, vor allem des Rechts auf Meinungs- und Versammlungsfreiheit 2007 weiter verschlechtert hat; verurteilt die neue von den iranischen Behörden seit Anfang April 2007 eingeleitete Moral-Kampagne, derzufolge tausende Männer und Frauen im Zuge der "Bekämpfung unmoralischen Verhaltens" verhaftet wurden; verurteilt die immer häufigere Verhängung der Todesstrafe durch das iranische Regime;
81. beschouwt het nog steeds als zeer zorgwekkend dat de mensenrechtendialoog met Iran sinds 2004 is onderbroken als gevolg van het ontbreken van positieve ontwikkelingen bij het verbeteren van de mensenrechtensituatie en een gebrek aan medewerking van de kant van Iran; dringt er bij de Iraanse autoriteiten op aan deze dialoog te hervatten met het oog op ondersteuning van burgeractivisten voor de democratie en – via vreedzame middelen – bestaande processen te versterken die democratische, institutionele en constitutionele hervormingen kunnen bevorderen, de duurzaamheid van die hervormingen verzekeren, en de participatie in beleidsvormingsprocessen consolideren van alle Iraanse mensenrechtenverdedigers en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, en daardoor hun rol in het politieke debat versterken; maakt zich ernstig zorgen over het feit dat het respect voor de fundamentele mensenrechten, met name de vrijheid van meningsuiting en het recht op vereniging, in Iran is blijven verslechteren in 2007; veroordeelt de nieuwe zedelijkheidscampagne die de Iraanse autoriteiten sinds begin april 2007 voeren, waarbij duizenden mannen en vrouwen zijn gearresteerd in een poging "immoreel gedrag tegen te gaan"; veroordeelt de toenemende uitvoering door het Iraanse regime van de doodstraf;

Es sind bereits sechs regionale Beiräte eingesetzt worden: die regionalen Beiräte Nordsee (arbeitsbereit seit November 2004), Pelagische Arten (arbeitsbereit seit August 2005), Nordwestliche Gewässer (arbeitsbereit seit September 2005), Ostsee (arbeitsbereit seit März 2006), Ferne Gewässer (arbeitsbereit seit März 2007, obgleich seine Eröffnungssitzung am 29. Mai 2007 stattfand) und Südwestliche Gewässer (arbeitsbereit seit April 2007).
Er zijn inmiddels al zes regionale adviesraden (RAR’s) operationeel: de RAR Noordzee (operationeel sinds november 2004), de RAR Pelagische bestanden (operationeel sinds augustus 2005), de RAR Noordwestelijke wateren (operationeel sinds september 2005), de RAR Oostzee (operationeel sinds maart 2006), de RAR Verre zee (operationeel sinds maart 2007, hoewel de inaugurele bijeenkomst pas op 29 mei 2007 plaats heeft gevonden), en de RAR Zuidwestelijke wateren (operationeel sinds april 2007).

3. ÄNDERUNGEN VON RECHTSVORSCHRIFTEN IN DEN MITGLIEDSTAATEN SEIT 1. APRIL 2007 5
3. WIJZIGINGEN IN DE WETGEVING VAN DE LIDSTATEN SINDS 1 APRIL 2007 5

ÄNDERUNGEN VON RECHTSVORSCHRIFTEN IN DEN MITGLIEDSTAATEN SEIT 1. APRIL 2007
WIJZIGINGEN IN DE WETGEVING VAN DE LIDSTATEN SINDS 1 APRIL 2007

Diese sollen den damit befassten Personen als allgemeine Hilfestellung dienen und die Mitgliedstaaten bei der vom Rat vereinbarten Nachbereitung der Runde der gegenseitigen Begutachtungen bis Ende Juni 2011 unterstützen.[13] Teil I des Arbeitsdokuments der Kommissionsdienststellen enthält eine kurze deskriptive Analyse für diejenigen Mitgliedstaaten, die seit April 2007 geänderte Rechtsvorschriften erlassen haben.
Dit moet de beroepsbeoefenaars in het algemeen alsook de lidstaten helpen bij de follow-up van de "peer evaluations"-ronde tegen eind juni 2011 zoals door de Raad is overeengekomen[13]. Deel I van het begeleidend werkdocument van de diensten van de Commissie bevat een korte beschrijvende analyse betreffende de lidstaten die sinds april 2007 hun wetgeving hebben gewijzigd.