2. In den Fällen nach Artikel 54 Absatz 2 können auch andere als die Drittlandsangehörigen im Sinne des Absatzes 1 zur Teilnahme zugelassen werden, sofern außergewöhnliche Umstände vorliegen, die der zuständige Anweisungsbefugte ordnungsgemäß begründet.
2. In de in artikel 54, lid 2, genoemde gevallen kan er worden beslist dat andere onderdanen van derde landen dan die bedoeld in lid 1 van dit artikel onder door de bevoegde ordonnateur naar behoren gemotiveerde uitzonderlijke omstandigheden aan aanbestedingen kunnen deelnemen.