16. betont, daß die Effizienz des Hafenbetriebs verbessert und die Liegezeiten in den Häfen verkürzt werden müssen, indem in angemessene Infrastrukturen für die Seekabotage (Vorverladeterminals, hinreichende Anlegeplätze) investiert und die Einführung neuer, in die Hafenarchitektur integrierter Technologien gefördert wird;
16. wijst op de noodzaak de efficiency van de havenverrichtingen te verbeteren en de verblijftijden in de havens te verkorten door te investeren in de aanleg van adequate cabotagefaciliteiten (terminals bestemd voor de fase vóór de verlading, voldoende aanlegsteigers) en door de invoering van nieuwe technologieën te stimuleren die in de havenarchitectuur passen;