Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "anlagen festgelegten emissionsgrenzwerte " (Duits → Nederlands) :

8. Die Mitgliedstaaten können neue mittelgroße Feuerungsanlagen, die im gleitenden Durchschnitt über einen Zeitraum von drei Jahren nicht mehr als 500 Betriebsstunden pro Jahr in Betrieb sind, von der Einhaltung der in Anhang II Teil 2 festgelegten Emissionsgrenzwerte befreien. Im Falle einer solchen Befreiung gilt für Anlagen, in denen feste Brennstoffe verfeuert werden, ein Emissionsgrenzwert für Staub von 100 mg/Nm³

8. Lidstaten mogen nieuwe middelgrote stookinstallaties die niet meer dan 500 uren per jaar in bedrijf zijn, berekend als een voortschrijdend gemiddelde over een periode van 3 jaar, vrijstellen van naleving van de in deel 2 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden. In het geval van een dergelijke vrijstelling geldt voor installaties die vaste brandstoffen stoken een emissiegrenswaarde voor stof van 100 mg/Nm³.


8. Die Mitgliedstaaten können neue mittelgroße Feuerungsanlagen, die im gleitenden Durchschnitt über einen Zeitraum von drei Jahren nicht mehr als 500 Betriebsstunden pro Jahr in Betrieb sind, von der Einhaltung der in Anhang II Teil 2 festgelegten Emissionsgrenzwerte befreien. Im Falle einer solchen Befreiung gilt für Anlagen, in denen feste Brennstoffe verfeuert werden, ein Emissionsgrenzwert für Staub von 100 mg/Nm³

8. Lidstaten mogen nieuwe middelgrote stookinstallaties die niet meer dan 500 uren per jaar in bedrijf zijn, berekend als een voortschrijdend gemiddelde over een periode van 3 jaar, vrijstellen van naleving van de in deel 2 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden. In het geval van een dergelijke vrijstelling geldt voor installaties die vaste brandstoffen stoken een emissiegrenswaarde voor stof van 100 mg/Nm³.


(8) Die Mitgliedstaaten können neue mittelgroße Feuerungsanlagen, die im gleitenden Durchschnitt über einen Zeitraum von drei Jahren nicht mehr als 500 Betriebsstunden pro Jahr in Betrieb sind, von der Einhaltung der in Anhang II Teil 2 festgelegten Emissionsgrenzwerte befreien. Im Falle einer solchen Befreiung gilt für Anlagen, in denen feste Brennstoffe verfeuert werden, ein Emissionsgrenzwert für Staub von 100 mg/Nm3.

8. Lidstaten mogen nieuwe middelgrote stookinstallaties die niet meer dan 500 uren per jaar in bedrijf zijn, berekend als een voortschrijdend gemiddelde over een periode van 3 jaar, vrijstellen van naleving van de in deel 2 van bijlage II vastgestelde emissiegrenswaarden. In het geval van een dergelijke vrijstelling geldt voor installaties die vaste brandstoffen stoken een emissiegrenswaarde voor stof van 100 mg/Nm3.


Alle Genehmigungen für Anlagen, die Feuerungsanlagen umfassen, die nicht unter § 2 fallen, enthalten Auflagen, die gewährleisten, dass die Emissionen dieser Anlagen in die Luft die in Teil 2 der Anlage festgelegten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.

Alle vergunningen voor installaties die stookinstallaties omvatten waarop lid 2 niet van toepassing is, bevatten voorwaarden die garanderen dat de emissies in de lucht van die installaties de in deel 2 van de bijlage vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.


Im Falle von Gasturbinen werden die in Anhang VI Teil B der Richtlinie 2001/80/EG für diese Anlagen festgelegten Emissionsgrenzwerte für Stickstoffoxide herangezogen.

In geval van gasturbines worden de emissiegrenswaarden voor stikstofoxide voor dergelijke installaties als vastgesteld in deel B van bijlage VI van Richtlijn 2001/80/EG gebruikt.


Alle Genehmigungen für Anlagen, die Feuerungsanlagen umfassen, für die eine Ausnahme gemäß Artikel 4 Absatz 4 der Richtlinie 2001/80/EG bewilligt wurde und die nach dem 1. Januar 2016 betrieben werden, enthalten Auflagen, die gewährleisten, dass die Emissionen dieser Anlagen in die Luft die in Anhang V Teil 1 festgelegten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.

Alle vergunningen voor installaties die stookinstallaties omvatten waaraan een vrijstelling is verleend als bedoeld in artikel 4, lid 4, van Richtlijn 2001/80/EG en die na 1 januari 2016 in bedrijf zijn, omvatten voorwaarden om ervoor te zorgen dat de van deze installaties afkomstige emissies in de lucht de in deel 1 van bijlage V vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.


Alle Genehmigungen für Anlagen, die Feuerungsanlagen umfassen, für die eine Ausnahme gemäß Artikel 4 Absatz 4 der Richtlinie 2001/80/EG bewilligt wurde und die nach dem 1. Januar 2016 betrieben werden, enthalten Auflagen, die gewährleisten, dass die Emissionen dieser Anlagen in die Luft die in Anhang V Teil 2 festgelegten Emissionsgrenzwerte nicht überschreiten.

Alle vergunningen voor installaties die stookinstallaties omvatten waaraan een vrijstelling is verleend als bedoeld in artikel 4, lid 4, van Richtlijn 2001/80/EG en die na 1 januari 2016 in bedrijf zijn, omvatten voorwaarden om ervoor te zorgen dat de van deze installaties afkomstige emissies in de lucht de in deel 2 van bijlage V vastgestelde emissiegrenswaarden niet overschrijden.


Im Fall von Mehrstofffeuerungsanlagen, die abwechselnd mit zwei oder mehr Brennstoffen beschickt werden, gelten die in den Anlagen II bis VI festgelegten Emissionsgrenzwerte für die jeweiligen verwendeten Brennstoffe.

In geval van installaties die beurtelings met twee of meer brandstoffen worden gevoed, zijn de in de bijlagen II tot en met VI genoemde emissiegrenswaarden voor elke gebruikte brandstof van toepassing.


(4) Bei Erteilung der Genehmigung gemäß Artikel 4 Absätze 1 oder 2 und im Fall von Anlagen, die unter Artikel 4 Absatz 3 oder Artikel 10 fallen, gelten im Fall von Mehrstofffeuerungsanlagen, die abwechselnd mit zwei oder mehr Brennstoffen beschickt werden, die in den Anhängen III bis VII festgelegten Emissionsgrenzwerte für die jeweiligen verwendeten Brennstoffe.

4. Bij de toekenning van de in artikel 4, leden 1 en 2, bedoelde vergunning aan installaties die beurtelings met twee of meer brandstoffen worden gevoed en in het geval van dergelijke installaties waarop artikel 4, lid 3, of artikel 10 van toepassing is, zijn de in de bijlagen III tot en met VII genoemde emissiegrenswaarden voor elke gebruikte brandstof van toepassing.


Artikel 6 Die Mitgliedstaaten können eine Überschreitung der gemäß Artikel 4 festgelegten Emissionsgrenzwerte bei mit einheimischer Braunkohle befeuerten Anlagen zulassen, wenn trotz Anwendung der besten verfügbaren, aber nicht unverhältnismässig teuren Technologie erhebliche Schwierigkeiten wegen der Beschaffenheit dieses Brennstoffs dies erfordern und Braunkohle eine wesentliche Brennstoffquelle für die Anlagen ist .

Artikel 6 De Lid-Staten kunnen, voor installaties waar bruinkool van eigen bodem wordt gestookt, een overschrijding van de overeenkomstig artikel 4 vastgestelde grenswaarden toestaan, indien, ondanks de toepassing van de beste beschikbare technologie die geen overmatig hoge kosten veroorzaakt, ernstige problemen in verband met de aard van de bruinkool zulks vereisen en bruinkool een essentiële positie inneemt bij de brandstofvoorziening van deze installaties .


w