Bei Anhängefahrzeugen mit hydraulischen Bremsanlagen müssen die Verbindungsleitungen gemäß den Nummern 2.1.5.1.1 und 2.1.5.1.2 sich bei der Trennung der Kupplung an der Zugmaschine oder am Anhängefahrzeug ablösen, wobei nur ein unbedeutender Leckverlust eintreten darf.
De in de punten 2.1.5.1.1 en 2.1.5.1.2 beschreven verbindingsleidingen van getrokken voertuigen met een hydraulisch remsysteem moeten op de trekker of het getrokken voertuig ontkoppelen met een te verwaarlozen lekkage tijdens het losmaken van de koppeling.