Traduction de «angefochtenen dekrets beziehen » (Allemand → Néerlandais) :

Durch Artikel 2 des in der Rechtssache Nr. 6379 durch dieselben klagenden Parteien angefochtenen Dekrets der Flämischen Gemeinschaft vom 13. November 2015 zur Abänderung von Artikel 110/5 des Kodex des Sekundarunterrichts, was das Recht auf Einschreibung betrifft (nachstehend: Dekret vom 13. November 2015), wurde in dem in B.2.1 angeführten Artikel 110/5 § 2 Nr. 5 dieses Kodex der Satzteil « für das Schuljahr 2015-2016 » durch den Satzteil «, die sich auf das Schuljahr 2015-2016 oder das Schuljahr 2016-2017 beziehen, » ersetzt.
Bij artikel 2 van het in de zaak nr. 6379 door dezelfde verzoekende partijen bestreden decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 november 2015 houdende wijziging van artikel 110/5 van de Codex Secundair Onderwijs, wat het recht op inschrijving betreft (hierna : decreet van 13 november 2015), is in het in B.2.1 vermelde artikel 110/5, § 2, 5°, van die Codex de zinsnede « voor het schooljaar 2015-2016 » vervangen door de zinsnede « die betrekking hebben op het schooljaar 2015-2016 of het schooljaar 2016-2017 ».

Laut Artikel 26 § 2ter letzter Absatz und § 2quater letzter Absatz des Elektrizitätsdekrets, eingefügt durch Artikel 28 Nr. 5 des angefochtenen Dekrets, obliegt es der Regierung, auf Vorschlag der « Commission wallonne pour l'énergie » (nachstehend: CWaPE) die Berechnungs- und Ausführungsmodalitäten des finanziellen Ausgleichs und die Berechnungsmodalitäten der Kosten-Nutzen-Analyse, auf die sich die beiden Paragraphen jeweils beziehen, zu bestimmen.
Luidens artikel 26, § 2ter, laatste lid, en § 2quater, laatste lid, van het « elektriciteitsdecreet », ingevoegd bij artikel 28, 5°, van het bestreden decreet, komt het de Regering toe, op voorstel van de « Commission wallonne pour l'énergie » (hierna : de CWaPE), de berekenings- en uitvoeringsmodaliteiten van de financiële compensatie en de berekeningsmodaliteiten van de kosten-batenanalyse, die respectievelijk in elk van die twee paragrafen worden beoogd, te bepalen.

Aus dem Vorstehenden geht hervor, dass die Nichtigkeitsklagen zulässig sind, insofern sie sich auf die Artikeln 1 bis 4, 5, 6 und 15 bis 18 des angefochtenen Dekrets beziehen; auf die Artikel 7 bis 9 und 14 beziehen sich ihrerseits nur Vorabentscheidungsfragen.
Uit het voorgaande volgt dat de beroepen tot vernietiging ontvankelijk zijn in zoverre zij de artikelen 1 tot 4, 5, 6 en 15 tot 18 van het bestreden decreet beogen; de artikelen 7 tot 9 en 14 worden enkel beoogd in prejudiciële vragen.

Die Klagen in den Rechtssachen Nrn. 4620, 4622, 4624 und 4628 sind folglich unzulässig, insofern sie sich auf die Artikel 5 bis 18 des angefochtenen Dekrets beziehen.
De beroepen in de zaken nrs. 4620, 4622, 4624 en 4628 zijn derhalve onontvankelijk in zoverre zij de artikelen 5 tot 18 van het bestreden decreet beogen.

Wie die Flämische Regierung bemerkt, beziehen sich die vorgebrachten Beschwerdegründe in Wirklichkeit nur auf Artikel 5 § § 1 und 2 des Dekrets vom 15. Juli 1997 zur Einführung des flämischen Wohngesetzbuches, ersetzt durch Artikel 7 des angefochtenen Dekrets vom 29. März 2013. B.3.
Zoals de Vlaamse Regering opmerkt, hebben de aangevoerde grieven in werkelijkheid enkel betrekking op artikel 5, § § 1 en 2, van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, zoals vervangen bij artikel 7 van het bestreden decreet van 29 maart 2013.

Bezüglich des angefochtenen Artikels 18 des Dekrets vom 23. Dezember 2016 geht aus der Darlegung der Klagegründe hervor, dass die klagenden Parteien sich nur auf den neuen Artikel 145 Nr. 2 Buchstabe a) des Mediendekrets beziehen.
Wat het bestreden artikel 18 van het decreet van 23 december 2016 betreft, blijkt uit de uiteenzetting van de middelen dat de verzoekende partijen slechts het nieuwe artikel 145, 2°, a), van het Mediadecreet viseren.

Die angefochtenen Artikel des flämischen Dekrets vom 19. Dezember 2014 zur Festlegung von Bestimmungen zur Begleitung des Haushalts 2015 beziehen sich auf das Steuerstatut von Verteilungen von unbeweglichen Gütern.
De bestreden artikelen van het Vlaamse decreet van 19 december 2014 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2015 hebben betrekking op het fiscaal statuut van verdelingen van onroerende goederen.

4675 und 4678, die in B.3.7.2 erwähnt sind, gestellt wurden. Diese Rechtssachen beziehen auf die Vereinbarkeit der Artikel 7 bis 9 und 14 des angefochtenen Dekrets insbesondere mit den Artikeln 10, 11 und 23 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 8 und 9 des vorerwähnten Ubereinkommens von Aarhus und mit Artikel 10a der vorerwähnten Richtlinie 85/337/EWG.
Die zaken hebben respectievelijk betrekking op de bestaanbaarheid van de artikelen 7 tot 9 en 14 van het in het geding zijnde decreet met inzonderheid de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 9 van het voormelde Verdrag van Aarhus en met artikel 10bis van de voormelde richtlijn 85/337/EEG.

Die angefochtenen Bestimmungen beziehen sich auf die Ausbildung im Laufe der Laufbahn für die Mitglieder des Personals des Regelgrundschulunterrichts (Dekret I) sowie auf die Ausbildung im Laufe der Laufbahn im Sonderunterricht, im Regelsekundarunterricht und in den psycho-medizinisch-sozialen Zentren (Dekret II).
De bestreden bepalingen hebben betrekking op de opleiding tijdens de loopbaan voor het personeel van de inrichtingen voor gewoon basisonderwijs (decreet I), alsook op de opleiding tijdens de loopbaan in het buitengewoon onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra (decreet II).