Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «andere kennzeichen allgemeiner bedeutung gegenstand » (Allemand → Néerlandais) :

Die Mitgliedstaaten können näher bestimmen, unter welchen spezifischen Bedingungen eine nationale Kennziffer oder andere Kennzeichen von allgemeiner Bedeutung Gegenstand einer Verarbeitung sein dürfen.

De lidstaten kunnen de specifieke voorwaarden voor de verwerking van een nationaal identificatienummer of enige andere identificator van algemene aard nader vaststellen.


(7) Die Mitgliedstaaten bestimmen, unter welchen Bedingungen eine nationale Kennziffer oder andere Kennzeichen allgemeiner Bedeutung Gegenstand einer Verarbeitung sein dürfen ».

7. De Lid-Staten stellen de voorwaarden vast waaronder een nationaal identificatienummer of enig ander identificatiemiddel van algemene aard voor verwerkingsdoeleinden mag worden gebruikt ».


In diesem Fall darf die nationale Kennziffer oder das andere Kennzeichen von allgemeiner Bedeutung nur unter Wahrung geeigneter Garantien für die Rechte und Freiheiten der betroffenen Person gemäß dieser Verordnung verwendet werden.

In dat geval wordt het nationale identificatienummer of enige andere identificator van algemene aard alleen gebruikt met passende waarborgen voor de rechten en vrijheden van de betrokkene uit hoofde van deze verordening.


(6) Der Europäische Datenschutzbeauftragte bestimmt, unter welchen Voraussetzungen eine Personalnummer oder ein anderes Kennzeichen allgemeiner Bedeutung von einem Organ oder einer Einrichtung der Gemeinschaft verarbeitet werden darf.

6. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming bepaalt de voorwaarden waaronder een persoonsnummer of een ander algemeen toegepast identificatiemiddel door een communautaire instelling of een communautair orgaan mag worden verwerkt.


« Verstossen die Artikel 377 bis 385 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 und Artikel 603 Nr. 1 des Gerichtsgesetzbuches in Anbetracht der Tatsache, dass der regionale Steuerdirektor oder der von ihm beauftragte Beamte in den Fällen, in denen er gemäss den Artikeln 366 bis 375 des Einkommensteuergesetzbuches über eine Beschwerde in bezug auf Einkommensteuern befindet, als Verwaltungsbehörde entscheidet, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit diese Bestimmungen denjenigen, die die Körperschaftsteuer zu entrichten haben, den Vorteil des vollwertigen doppelten Rechtszugs versagen, den sowohl diejenigen geniessen, die Steuern von ähnlicher wirtsch ...[+++]

« Schenden de artikelen 377 tot 385 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en artikel 603, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek, gelet op het feit dat de gewestelijk directeur van de belastingen of de door hem gedelegeerde ambtenaar, wanneer hij over een bezwaar inzake inkomstenbelastingen uitspraak doet met toepassing van de artikelen 366 tot 375 van dat Wetboek, uitspraak doet als een administratieve overheid, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen de belastingplichtige in de vennootschapsbelasting het voordeel van volwaardige rechtspraak in twee instanties ontnemen, dat toekomt zowel aan degenen die belastingen van ...[+++]


« Verstossen die Artikel 377 bis 385 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 und Artikel 603 Nr. 1 des Gerichtsgesetzbuches in Anbetracht der Tatsache, dass der regionale Steuerdirektor oder der von ihm beauftragte Beamte in den Fällen, in denen er gemäss den Artikeln 377 bis 385 des Einkommensteuergesetzbuches über eine Beschwerde in bezug auf Einkommensteuern befindet, als Verwaltungsbehörde entscheidet, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit diese Bestimmungen denjenigen, die die Steuer der natürlichen Personen zu entrichten haben, den Vorteil des vollwertigen doppelten Rechtszugs versagen, den sowohl diejenigen geniessen, di ...[+++]

« Schenden de artikelen 377 tot 385 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en artikel 603, 1°, van het Gerechtelijk Wetboek, gelet op het feit dat de gewestelijk directeur van de belastingen of de door hem gedelegeerde ambtenaar, wanneer hij over een bezwaar inzake inkomstenbelastingen uitspraak doet met toepassing van de artikelen 377 tot 385 van dat Wetboek, uitspraak doet als een administratieve overheid, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen de in de personenbelasting aangeslagen belastingplichtige het voordeel van volwaardige rechtspraak in twee instanties ontnemen, dat toekomt zowel aan degenen die belastingen van ...[+++]


g) wenn das Geschmacksmuster eine missbräuchliche Verwendung eines der in Artikel 6b der Pariser Verbandsübereinkunft zum Schutz des gewerblichen Eigentums (nachstehend "Pariser Verbandsübereinkunft") genannten Gegenstände und Zeichen oder anderer als der in Artikel 6b aufgezählten Stempel, Kennzeichen und Wappen, die für einen Mitgliedstaat von besonderem öffentlichen Interesse sind, darstellt.

g) het model vormt een oneigenlijk gebruik van een van de in artikel 6 ter van het Verdrag van Parijs ter bescherming van de industriële eigendom, hierna "Verdrag van Parijs" genoemd, genoemde zaken, of van kentekenen, emblemen en wapens die niet onder genoemd artikel 6 ter vallen en die in een lidstaat van bijzonder algemeen belang zijn.


g)wenn das Geschmacksmuster eine missbräuchliche Verwendung eines der in Artikel 6b der Pariser Verbandsübereinkunft zum Schutz des gewerblichen Eigentums (nachstehend „Pariser Verbandsübereinkunft“) genannten Gegenstände und Zeichen oder anderer als der in Artikel 6b aufgezählten Stempel, Kennzeichen und Wappen, die für einen Mitgliedstaat von besonderem öffentlichen Interesse sind, darstellt.

g)het model vormt een oneigenlijk gebruik van een van de in artikel 6 ter van het Verdrag van Parijs ter bescherming van de industriële eigendom, hierna „Verdrag van Parijs” genoemd, genoemde zaken, of van kentekenen, emblemen en wapens die niet onder genoemd artikel 6 ter vallen en die in een lidstaat van bijzonder algemeen belang zijn.


Verstossen die Artikel 278 bis 286 des Einkommensteuergesetzbuches (1964) und 377 bis 385 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 in Anbetracht der Tatsache, dass der regionale Steuerdirektor oder der von ihm beauftragte Beamte in den Fällen, in denen er über eine Beschwerde in bezug auf Einkommensteuern befindet, als Verwaltungsbehörde handelt, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit sie den Personensteuerpflichtigen den Vorteil des vollwertigen doppelten Rechtszugs versagen, den sowohl diejenigen geniessen, die Steuern von ähnlicher wirtschaftlicher Bedeutung schulden, als auch jene Rechtsuchenden, die ...[+++]

Schenden de artikelen 278 tot 286 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen (1964) en 377 tot 385 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, wanneer de gewestelijke directeur van de belastingen of de door hem gedelegeerde ambtenaar die uitspraak doet over een bezwaar inzake inkomstenbelastingen, als een administratieve overheid optreedt, daar zij de belastingplichtige in de inkomstenbelastingen een onbeperkte rechtspraak in twee instanties ontzeggen, terwijl zowel de belastingplichtigen die een gelijkwaardig economisch belang vertegenwoordigen als de rechtzoekenden waarvan het vermogen door andere bestuurlijke handel ...[+++]


« Verstossen die Artikel 278 bis 292 des Einkommensteuergesetzbuches (1964) in Anbetracht der Tatsache, dass der regionale Steuerdirektor oder der von ihm beauftragte Beamte in den Fällen, in denen er gemäss den Artikeln 267 bis 276 dieses Gesetzbuches über eine Beschwerde in bezug auf Einkommensteuern befindet, als Verwaltungsbehörde handelt, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit diese Bestimmungen den Personensteuerpflichtigen den Vorteil des vollwertigen doppelten Rechtszugs versagt, den sowohl diejenigen geniessen, die Steuern von ähnlicher wirtschaftlicher Bedeutung schulden, als auch jene Rechtsuche ...[+++]

« Schenden de artikelen 278 tot 292 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen (1964), gelet op het feit dat de gewestelijk directeur van de belastingen of de door hem gedelegeerde ambtenaar, wanneer hij over een bezwaar inzake inkomstenbelastingen uitspraak doet met toepassing van de artikelen 267 tot 276 van dat wetboek, handelt als een administratieve overheid, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen de in de personenbelasting aangeslagen belastingplichtige het voordeel van volwaardige rechtspraak in twee instanties ontneemt, dat toekomt zowel aan degenen die belastingen van een analoog economisch belang vers ...[+++]


w