(3) Sind Organe bzw. Einrichtungen der Gemeinschaft trotz angemessener Bemühungen nicht in der Lage, innerhalb der in Absatz 2 genannten Frist eine Entscheidung über den Antrag auf interne Überprüfung zu treffen, teilen sie den Antrag stellenden Mitgliedern der Öffentlichkeit so bald wie möglich innerhalb der in Absatz 2 genannten Frist mit, aus welchen Gründen sie keine Entscheidung treffen kann und wann sie über den Antrag entscheiden will.
3. Wanneer de communautaire instelling of orgaan ondanks al haar inspanningen er niet in slaagt binnen de in lid 2 genoemde termijn een besluit te nemen over een verzoek tot interne herziening, stelt zij de leden van het publiek die het verzoek hebben ingediend zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen de in bedoeld lid genoemde termijn in kennis van de redenen waarom zij geen besluit heeft kunnen nemen en deelt zij mee wanneer zij voornemens is een besluit over het verzoek te nemen.