Im Anschluss an die Annahme von Leonardo d
a Vinci II im April 1999 kam es zu einer Reihe politischer Initiativen mit weit reichenden Auswirkungen auf die Berufsbildungspolitik und daher auch auf Leonardo da Vinci II; die sind die Lissabonner Strategie vom März 2000, die der allgemeinen und beruflichen Bildung eine wichtige Rolle beim Erreichen ihrer Ziele beimisst [4]; die Mitteilung der Kommission ,Einen Europäischen Raum des l
ebenslangen Lernens schaffen" [5], die einen Paradigmenwechsel in der allgemeinen und beruflichen Bildung
...[+++]vollzogen hat; der Bericht des Rats ,Bildung" und der Europäischen Kommission über die gemeinsamen Ziele der Systeme der allgemeinen und beruflichen Bildung [6] und das anschließende detaillierte Arbeitsprogramm [7]; die Entschließung des Rates vom November 2002 über eine verstärkte europäische Zusammenarbeit in der Berufsbildung [8], verstärkt durch die nachfolgende Kopenhagener Erklärung, die von 31 Ministern, der Kommission und den Sozialpartnern auf europäischer Ebene verabschiedet wurde, und der Aktionsplan zur Förderung des Sprachenlernens und der Sprachenvielfalt [9], der auf den Erfahrungen des Europäischen Jahrs der Sprachen aufbaute und von der Kommission im Juli 2003 angenommen wurde.Nadat Leonardo d
a Vinci II in april 1999 was aangenomen, werden enkele beleidsinitiatieven gelanceerd die van grote invloed waren op het beleid inzake beroepsopleidingen en bijgevolg op Leonardo da Vinci II: de strategie van Lissabon (maart 2000), waarin onderwijs en opleiding een belangrijke rol toebedeeld hebben gekregen in de verwezenlijking van de doelstellingen van de strategie [4]; de mededeling van de Commissie getiteld 'Een Europese ruimte voor levenslang leren realiseren [5], waarin een nieuw model voor onderwijs en opleiding wordt gepresenteerd; het verslag van de Raad Onderwijs en de Europese Commissie over de gemeenschappel
...[+++]ijke doelstellingen van onderwijs- en opleidingsstelsels [6], en het daaropvolgende gedetailleerde werkprogramma [7]; de resolutie van de Raad van november 2002 over de bevordering van intensievere Europese samenwerking inzake beroepsonderwijs en -opleidingen (VET) [8] die is verlengd door de daaropvolgende, door 31 ministers, de Commissie en de sociale partners op Europees niveau aangenomen verklaring van Kopenhagen; en ten slotte het actieplan voor het bevorderen van het leren van talen en de taalverscheidenheid [9], dat door de Commissie is aangenomen in juli 2003 en gebaseerd is op de in het Europees Jaar van de talen opgedane ervaring.