Der Rechtsausschuss, der gemäß Artikel 4 Absatz 5 der Geschäftsordnung mit dieser Frage befasst wurde, ist in seiner Sitzung vom 19./20. März 2007 zu dem Schluss gelangt, dass dieses Amt mit Geist und Buchstaben des Aktes zur Einführung allgemeiner unmittelbarer Wahlen der Abgeordneten des Europäischen Parlaments vereinbar ist, dass daher keine Unvereinbarkeit vorliegt und dass Herr Jan Zahradil sein parlamentarisches Mandat weiter ausüben kann.
De Commissie juridische zaken, die overeenkomstig artikel 4, lid 5 van het Reglement over deze kwestie is geraadpleegd, is in haar vergadering van 19 en 20 maart 2007 tot de conclusie gekomen dat deze missie strookt met de letter en de geest van de Akte betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen en er derhalve voor Jan Zahradil geen sprake is van een situatie van onverenigbaarheid, zodat hij zijn mandaat als parlementslid kan blijven uitoefenen.