Vertaling van "agrarsektor insgesamt 139 beträgt " (Duits → Nederlands) :

45. unterstreicht jedoch, dass es angesichts von mindestens 20 Millionen Fällen von Korruption im kleinen Stil im öffentlichen Sektor in der EU offensichtlich ist, dass sich dieses Phänomen auch auf die Bereiche der öffentlichen Verwaltung in den Mitgliedstaaten (und auf die entsprechenden Politiker) überträgt, die für die Verwaltung der EU-Gelder und andere finanziellen Interessen zuständig sind ; stellt fest, dass die Zahl der 2011 als Betrug gemeldeten Unregelmäßigkeiten im Agrarsektor insgesamt 139 beträgt und die tatsächliche Lage nicht wiedergibt; macht darauf aufmerksam, dass die Kommission sich an die Mitgliedstaaten gewandt und ihrer Sorge Ausdruck verliehen hat, dass die Angaben, die in dem Bericht zu Betrugsfällen gemacht werden, unter Umständen nicht vollkommen zuverlässig sind, was auch die Kommission selbst einräumt, die auf die geringe Zahl gemeldeter Betrugsfälle in einigen Mitgliedstaaten hinweist; fordert bei der Reaktion auf Betrugsfälle und bei der Berichterstattung an die Kommission hierüber eine engere Zusammenarbeit und einen eingehenderen Austausch bewährter Verfahren in den Mitgliedstaaten;
45. onderstreept overigens dat het, aangezien minstens 20 miljoen gevallen zijn gemeld van kleine corruptie in de overheidssector in de EU, duidelijk is dat het fenomeen ook een spillover effect heeft op de sectoren van de overheidsadministratie in de lidstaten (en de nationale politici), die instaan voor het beheer van de EU-middelen en andere financiële belangen ; merkt op dat het voor de sector landbouw als frauduleus gemelde aantal onregelmatigheden, te weten in totaal 139, geen weerspiegeling vormt van de feitelijke situatie; merkt op dat de Commissie zich tot de lidstaten heeft gewend en haar bezorgdheid tot uitdrukking heeft gebracht over het feit dat de informatie in het fraudeverslag niet altijd betrouwbaar is, hetgeen mede blijkt uit de geringe aantallen fraudegevallen die in sommige lidstaten worden gemeld; dringt aan op voortgezette samenwerking en uitwisseling van goede praktijken in de lidstaten voor de aanpak van fraude en het melden van fraudegevallen aan de Commissie;

45. unterstreicht jedoch, dass es angesichts von mindestens 20 Millionen Fällen von Korruption im kleinen Stil im öffentlichen Sektor in der EU offensichtlich ist, dass sich dieses Phänomen auch auf die Bereiche der öffentlichen Verwaltung in den Mitgliedstaaten (und auf die entsprechenden Politiker) überträgt, die für die Verwaltung der EU-Gelder und andere finanziellen Interessen zuständig sind; stellt fest, dass die Zahl der 2011 als Betrug gemeldeten Unregelmäßigkeiten im Agrarsektor insgesamt 139 beträgt und die tatsächliche Lage nicht wiedergibt; macht darauf aufmerksam, dass die Kommission sich an die Mitgliedstaaten gewandt und ihrer Sorge Ausdruck verliehen hat, dass die Angaben, die in dem Bericht zu Betrugsfällen gemacht werden, unter Umständen nicht vollkommen zuverlässig sind, was auch die Kommission selbst einräumt, die auf die geringe Zahl gemeldeter Betrugsfälle in einigen Mitgliedstaaten hinweist; fordert bei der Reaktion auf Betrugsfälle und bei der Berichterstattung an die Kommission hierüber eine engere Zusammenarbeit und einen eingehenderen Austausch bewährter Verfahren in den Mitgliedstaaten;
45. onderstreept overigens dat het, aangezien minstens 20 miljoen gevallen zijn gemeld van kleine corruptie in de overheidssector in de EU, duidelijk is dat het fenomeen ook een spillover effect heeft op de sectoren van de overheidsadministratie in de lidstaten (en de nationale politici), die instaan voor het beheer van de EU-middelen en andere financiële belangen; merkt op dat het voor de sector landbouw als frauduleus gemelde aantal onregelmatigheden, te weten in totaal 139, geen weerspiegeling vormt van de feitelijke situatie; merkt op dat de Commissie zich tot de lidstaten heeft gewend en haar bezorgdheid tot uitdrukking heeft gebracht over het feit dat de informatie in het fraudeverslag niet altijd betrouwbaar is, hetgeen mede blijkt uit de geringe aantallen fraudegevallen die in sommige lidstaten worden gemeld; dringt aan op voortgezette samenwerking en uitwisseling van goede praktijken in de lidstaten voor de aanpak van fraude en het melden van fraudegevallen aan de Commissie;

Art. 24 - Jedoch wird die Verwendung dieser Mittel gemäß Artikel 45, § 2 und § 3, letzter Absatz der am 17. Juli 1991 koordinierten Gesetze über die Staatsbuchführung auf den Betrag der 2007 für die Errichtungsfonds zweckgebundenen Einnahmen begrenzt, der 112.406.079,49 Euro zuzüglich des am 1. Januar 2007 bestehenden Saldos in Höhe von 139.974.405,98 Euro, d.h. insgesamt 252.380.485,47 Euro beträgt.
Art. 24. Ingevolge artikel 45, § 2 en § 3, laatste lid, van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, wordt het gebruik van deze kredieten evenwel beperkt tot het bedrag van de in 2007 voor de organieke fondsen aangewende ontvangsten, dat gelijk is aan 112.406.079,49 € verhoogd met het saldo beschikbaar op 1 januari 2007, 139.974.405,98 €, namelijk een totaal bedrag van 252.380.485,47 €.

Jedoch wird die Verwendung dieser Mittel gemäss Artikel 45, §§ 2 und 3, letzter Absatz der am 17. Juli 1991 koordinierten Gesetze über die Staatsbuchführung auf den Betrag der 2003 für die Errichtungsfonds zweckgebundenen Einnahmen begrenzt, welcher 139.700.027,29 Euro zuzüglich des am 1. Januar 2003 bestehenden Saldos in Höhe von 93.138.365,97 Euro, d.h. insgesamt 232.838.393,26 Euro beträgt:
Ingevolge artikel 45, §§ 2 en 3, laatste lid, van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, wordt het gebruik van deze kredieten evenwel beperkt tot het bedrag van de in 2003 voor de organieke fondsen aangewende ontvangsten, dat gelijk is aan 139.700.027,29 euro, verhoogd met het saldo beschikbaar op 1 januari 2003 : 93.138.365,97 euro, of in totaal 232.838.393,26 euro.

Art. 24 - Die Verwendung dieser Mittel wird gemäss Artikel 45, §§ 2 und 3, letzter Absatz der am 17. Juli 1991 koordinierten Gesetze über die Staatsbuchführung auf den Betrag der 2003 für die Errichtungsfonds zweckgebundenen Einnahmen begrenzt, welcher 139.700.027,29 Euro zuzüglich des am 1. Januar 2003 verfügbaren Saldos in Höhe von 128.597.984,42 Euro, d.h. insgesamt 268.298.011,71 Euro beträgt.
Art. 24. Overeenkomstig artikel 45, §§ 2 en 3, laatste lid, van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, wordt het gebruik van deze kredieten evenwel beperkt tot het bedrag van de in 2003 voor de organieke fondsen aangewende ontvangsten, dat gelijk is aan 139.700.027,29 euro, verhoogd met het saldo beschikbaar op 1 januari 2003 : 128.597.984,42 euro, of in totaal 268.298.011,71 euro.

Art. 24 - Die Verwendung dieser Mittel wird gemäss Artikel 45, §§ 2 und 3, letzter Absatz der am 17. Juli 1991 koordinierten Gesetze über die Staatsbuchführung auf den Betrag der 2001 für die Errichtungsfonds zweckgebundenen Einnahmen begrenzt, welcher 6.229.141.367 BEF zuzüglich des am 1. Januar 2001 verfügbaren Saldos in Höhe von 4.134.139.249 BEF, d.h. insgesamt 10.363.280.616 BEF beträgt.
Art. 24. Overeenkomstig artikel 45, §§ 2 en 3, laatste lid, van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, wordt het gebruik van deze kredieten evenwel beperkt tot het bedrag van de in 2001 voor de organieke fondsen aangewende ontvangsten, dat gelijk is aan 6.229.141.367 BEF, verhoogd met het saldo beschikbaar op 1 januari 2001 : 4.134.139.249 BEF, of in totaal 10.363.280.616 BEF.

Diese Nahrungsmittelfazilität, deren Mittelausstattung für den Zeitraum 2008 bis 2010 insgesamt eine Milliarde EUR beträgt, soll in den Zielländern und -regionen zu einer Verbesserung des Angebots auf dem Agrarsektor beitragen, die nachteiligen Auswirkungen der stark schwankenden Nahrungsmittelpreise auf die lokale Bevölkerung abmildern und die Produk­tionskapazitäten stärken.
Aan deze voedselfaciliteit is een totaalbedrag van 1 miljard EUR voor de periode 2008 tot 2010 toegewezen. De hoofddoel­stellingen zijn het aanmoedigen van een groter aanbod van de landbouwsector in de begunstigde landen en regio's, het verminderen van de negatieve effecten van de volatiliteit van voedselprijzen voor de lokale bevolking en het versterken van de productiecapaciteiten.