7. betont, dass in Bezug auf die Cybersicherheitspolitik der Union für ein sicheres und zuverlässiges digitales Umfeld gesorgt werden sollte, das auf dem Schutz und dem Erhalt der Freiheiten sowie der Achtung der in der EU-Charta und in Artikel 16 AEUV verankerten Grundrechte im Internet – insbesondere des Rechts auf Privatsphäre und des Recht auf Datenschutz – beruht und diese Rechte gewährleistet; ist der Auffassung, dass dem Schutz von Kindern im Internet besondere Aufmerksamkeit gewidmet werden sollte;
7. onderstreept dat de EU-strategie voor cyberveiligheid moet resulteren in een veilige en betrouwbare digitale omgeving die stoelt op en ontworpen is ter waarborging van de bescherming en instandhouding van de vrijheden en eerbiediging van de grondrechten in een onlinekader zoals bedoeld in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en artikel 16 VWEU, met name het recht op privacy en gegevensbescherming; is van oordeel dat in het bijzonder aandacht moet worden besteed aan de bescherming van kinderen online;