Traduction de «aeuv kann grundsätzlich jedes mitgliedstaatliche » (Allemand → Néerlandais) :

Nach Art. 267 AEUV kann grundsätzlich jedes mitgliedstaatliche Gericht, das in einem auf den Erlass einer Entscheidung mit Rechtsprechungscharakter gerichteten Verfahren zu entscheiden hat, den Gerichtshof um Vorabentscheidung ersuchen.
Krachtens artikel 267 VWEU kan in beginsel elke rechterlijke instantie van een lidstaat die uitspraak moet doen in een procedure die tot een gerechtelijke beslissing leidt, bij het Hof een verzoek om een prejudiciële beslissing indienen.

Artikel 63 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union (AEUV) untersagt grundsätzliche jede Einschränkung des freien Kapital- oder Zahlungsverkehrs zwischen Mitgliedstaaten sowie zwischen Mitgliedstaaten und Drittländern.
Krachtens artikel 63 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) zijn in principe alle beperkingen van het kapitaal- en het betalingsverkeer tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen verboden.

Daher muss geprüft werden, ob das grundsätzliche Verbot auf der Grundlage von Artikel 36 des AEUV oder aufgrund anderer zwingender Erfordernisse gerechtfertigt werden kann unter Berücksichtigung der Rechtsprechung des Gerichtshofes der Europäischen Union.
Het moet derhalve worden onderzocht of het principiële verbod kan worden gerechtvaardigd op grond van artikel 36 van hetzelfde Verdrag of op grond van andere dwingende vereisten, rekening houdend met de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Beide Dekrete können daher als sich gegenseitig ergänzend betrachtet werden in dem Sinne, dass für jedes nichtbenutzte oder jedes verwahrloste unbewegliche Gut grundsätzlich eine Nichtbenutzungsabgabe auferlegt werden kann (Parl. Dok., Flämischer Rat, 1995-1996, Nr. 147/1, S. 17).
Beide decreten kunnen derhalve als complementair worden beschouwd in die zin dat elk leegstaand of elk verwaarloosd onroerend goed in beginsel aan een leegstandheffing wordt onderworpen (Parl. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/1, p. 17).

Es kann davon ausgegangen werden, dass beide Dekrete einander ergänzen in dem Sinne, dass jedes leer stehende und/oder verwahrloste unbewegliche Gut grundsätzlich einer Leerstandsabgabe unterliegt (siehe auch Parl. Dok., Flämischer Rat, 1995-1996, Nr. 147/1, S. 17).
Beide decreten kunnen als complementair worden beschouwd in die zin dat elk leegstaand en/of verwaarloosd onroerend goed in beginsel aan een leegstandsheffing wordt onderworpen (zie ook Parl. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/1, p. 17).

Daher muss geprüft werden, ob das grundsätzliche Verbot auf der Grundlage von Artikel 36 des AEUV oder aufgrund anderer zwingender Erfordernisse gerechtfertigt werden kann unter Berücksichtigung der Rechtsprechung des Gerichtshofes der Europäischen Union.
Onderzocht moet derhalve worden of het principiële verbod kan worden gerechtvaardigd op grond van artikel 36 van het VWEU of op grond van andere dwingende vereisten, rekening houdend met de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Nach Auffassung des Europäischen Gerichtshofes ist es « grundsätzlich Sache des innerstaatlichen Rechts jedes Mitgliedstaats, die Regeln aufzustellen, nach denen diesen Einrichtungen eine solche Anerkennung gewährt werden kann » (EuGH, 26. Mai 2005, C-498/03, Kingscrest Associates Ltd und Montecello Ltd gegen Commissioners of Customs & Excise, Randnr. 49).
Volgens het Hof van Justitie « staat het [in beginsel] dus aan het nationale rechtsstelsel van elke lidstaat om te bepalen volgens welke regels dergelijke organisaties kunnen worden erkend » (HvJ, 26 mei 2005, C-498/03, Kingscrest Associates Ltd en Montecello Ltd t. Commissioners of Customs & Excise, punt 49).

Es kann davon ausgegangen werden, dass beide Dekrete einander ergänzen in dem Sinne, dass jedes leer stehende und/oder verwahrloste unbewegliche Gut grundsätzlich einer Leerstandsabgabe unterliegt (siehe auch Parl. Dok., Flämisches Parlament, 1995-1996, Nr. 147/1, S. 17).
Beide decreten kunnen als complementair worden beschouwd in die zin dat elk leegstaand en/of verwaarloosd onroerend goed in beginsel aan een leegstandsheffing wordt onderworpen (zie ook Parl. St., Vlaams Parlement, 1995-1996, nr. 147/1, p. 17).

Die Zuständigkeitsverteilung zwischen dem Föderalstaat und den Gemeinschaften beruht auf einem System von ausschliesslichen Zuständigkeiten, das voraussetzt, dass jede Rechtssituation grundsätzlich nur durch einen Gesetzgeber geregelt werden kann.
De bevoegdheidsverdeling tussen de federale Staat en de gemeenschappen berust op een stelsel van exclusieve bevoegdheden, dat impliceert dat iedere rechtssituatie in beginsel slechts door één wetgever kan worden geregeld.

32. unterstreicht, dass die grundsätzliche Verpflichtung der öffentlichen Hand zu fairen und sachgerechten Ausschreibungen entsprechend den gesetzlichen Bestimmungen auf europäischer und mitgliedstaatlicher Ebene ein wirksames Instrument zur Vermeidung unzweckmäßiger Wettbewerbsbeschränkungen sein kann, das gleichzeitig der öffentlichen Hand erlaubt, die Bedingungen hinsichtlich Qualität, Verfügbarkeit, Sozialstandards und Umweltauflagen selbst zu definieren und zu kontrollieren;
32. onderstreept dat de fundamentele verplichting van de overheid tot eerlijke en zakelijke aanbestedingen overeenkomstig de wettelijke bepalingen op het niveau van de EU en de lidstaten een effectief instrument kan zijn ter vermijding van ondoelmatige beperkingen van de mededinging, dat tegelijkertijd de overheid in staat stelt de voorwaarden inzake kwaliteit, beschikbaarheid, sociale normen en milieuvoorwaarden zelf te definiëren en te controleren;