Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "abs 3 aeuv wurde rechtsfehlerhaft " (Duits → Nederlands) :

Vierter Klagegrund (hilfsweise): Vereinbarkeit der Beihilfe mit dem Binnenmarkt gemäß Art. 107 Abs. 3 AEUV wurde rechtsfehlerhaft abgelehnt

Vierde middel (subsidiair): ten onrechte werd geweigerd de staatssteun overeenkomstig artikel 107, lid 3, VWEU verenigbaar met de interne markt te verklaren


126. Jedoch ist - ohne dass es erforderlich wäre, zu bestimmen, ob die mit dem Beschluss vom 3. Juli 2014 festgestellte staatliche Beihilfe ab ihrer ersten Ankündigung in einer Pressemitteilung der belgischen Regierung am 10. Oktober 2008 erst durch den Königlichen Erlass vom 7. November 2011 oder aber zu einem vom vorlegenden Gericht angeführten Zeitpunkt zwischen diesen beiden Zeitpunkten zur Durchführung gebracht wurde - festzustellen, dass die Anmeldung der im Ausgangsverfahren in Rede stehenden Garantieregelung am 7. November ...[+++]

126. Evenwel moet - zonder dat hoeft te worden bepaald of de bij het besluit van 3 juli 2014 vastgestelde staatssteun reeds ten uitvoer is gelegd op 10 oktober 2008, te weten de dag waarop hij voor het eerst is aangekondigd bij een persbericht van de Belgische regering, of pas bij het koninklijk besluit van 7 november 2011, dan wel op een van de door de verwijzende rechter aangegeven data tussen die twee data - worden geconstateerd dat de begunstigden van de in het hoofdgeding aan de orde zijnde garantieregeling ten laatste bij het koninklijk besluit van 7 november 2011 het recht hebben verworven om tot deze regeling toe te treden, zodat ...[+++]


119. Mit seinen Fragen 4 bis 6, die zusammen zu prüfen sind, möchte das vorlegende Gericht zum einen wissen, ob Art. 108 Abs. 3 AEUV dahin auszulegen ist, dass er der Durchführung der im Ausgangsverfahren in Rede stehenden Garantieregelung entgegenstand, und zum anderen, ob der Beschluss vom 3. Juli 2014, was den Zeitpunkt betrifft, zu dem die Kommission davon ausging, dass die von ihr festgestellte staatliche Beihilfe zur Durchführung gebracht wurde, gegen diese Vorschrift verstößt.

119. Met zijn vierde tot en met zesde vraag, die samen moeten worden onderzocht, wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of artikel 108, lid 3, VWEU aldus moet worden uitgelegd dat het zich verzet tegen de tenuitvoerlegging van de in het hoofdgeding aan de orde zijnde garantieregeling en voorts of het besluit van 3 juli 2014 in strijd is met die bepaling, voor zover het gaat om de datum waarop volgens de Commissie de door haar vastgestelde staatssteun ten uitvoer is gelegd.


128. Nach alledem ist auf die Fragen 4 bis 6 zu antworten, dass Art. 108 Abs. 3 AEUV dahin auszulegen ist, dass er einer Garantieregelung wie der im Ausgangsverfahren in Rede stehenden entgegensteht, soweit diese unter Verstoß gegen die sich aus dieser Vorschrift ergebenden Verpflichtungen durchgeführt wurde.

128. Gelet op een en ander moet op de vierde tot en met de zesde vraag worden geantwoord dat artikel 108, lid 3, VWEU aldus moet worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een garantieregeling als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, voor zover deze tot uitvoering is gebracht zonder dat de uit die bepaling voortvloeiende verplichtingen zijn nagekomen.


3. Art. 108 Abs. 3 AEUV ist dahin auszulegen, dass er einer Garantieregelung wie der im Ausgangsverfahren in Rede stehenden entgegensteht, soweit diese unter Verstoß gegen die sich aus dieser Vorschrift ergebenden Verpflichtungen durchgeführt wurde ».

3) Artikel 108, lid 3, VWEU moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een garantieregeling als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, voor zover deze tot uitvoering is gebracht zonder dat de uit die bepaling voortvloeiende verplichtingen zijn nagekomen ».


Zur Stützung ihrer Anträge macht Viasat geltend, das Gericht habe rechtsfehlerhaft entschieden, dass die Kommission bei der Beurteilung nach Art. 106 Abs. 2 AEUV habe außer Acht lassen dürfen, dass TV2 die Beihilfe ohne Berücksichtigung der Grundprinzipien der Transparenz und Kosteneffizienz gewährt worden sei.

Ter ondersteuning van haar vorderingen voert Viasat aan dat het Gerecht blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de Commissie bij haar toetsing aan artikel 106, lid 2, VWEU geen rekening diende te houden met het feit dat de aan TV2 steun was toegekend zonder dat de fundamentele beginselen van transparantie en kostenefficiëntie in acht waren genomen.


Diesbezüglich hat der Europäische Gerichtshof in Bezug auf eine Entscheidung der Europäischen Kommission, die zwar auf der Grundlage der heutigen Artikel 101 und 102 des AEUV getroffen wurde und gegen die eine Nichtigkeitsklage eingereicht worden war, geurteilt: « Hängt die Entscheidung des bei dem nationalen Gericht anhängigen Rechtsstreits von der Gültigkeit der Entscheidung der Kommission ab, so folgt aus der Verpflichtung zu loyaler Zusammenarbeit, dass dieses Gericht, um nicht eine der Entscheidung der Kommission zuwiderlaufende ...[+++]

In dat verband heeft het Hof van Justitie, met betrekking tot een beschikking van de Europese Commissie die weliswaar op grond van de huidige artikelen 101 en 102 van het VWEU was gewezen en waartegen een beroep tot nietigverklaring was ingesteld, geoordeeld : « Wanneer de beslechting van het geschil voor de nationale rechter afhangt van de geldigheid van de beschikking van de Commissie, brengt de verplichting tot loyale samenwerking mee, dat de nationale rechter, om geen beslissing te nemen die tegen de beschikking van de Commissie indruist, de behandeling van de zaak schorst tot een definitieve beslissing van de communautaire rechterli ...[+++]


Mit dem vierten Rechtsmittelgrund rügt die Rechtsmittelführerin einen Verstoß des Gerichts gegen Art. 261 AEUV, Art. 23 Abs. 3 und Art. 31 der Verordnung 1/2003 wegen unzureichender und rechtsfehlerhafter Ausübung seiner unbeschränkten Nachprüfungsbefugnis.

Als vierde grief voert rekwirante aan dat het Gerecht artikel 261 VWEU en de artikelen 23, lid 3, en 31 van verordening nr. 1/2003 heeft geschonden door zijn volledige rechtsmacht ontoereikend en juridisch onjuist uit te oefenen.


6. erinnert daran, dass ein vom Rat gemäß Artikel 314 Absatz 3 festgelegter Standpunkt ein Vorbereitungsakt ist und ab dem Zeitpunkt seiner Festlegung gültig ist; weist darauf hin, dass nach seiner Auffassung der Standpunkt des Rates zum EBH 8/2013, der ihm am 31. Oktober 2013 vom amtierenden Ratsvorsitz übermittelt wurde, für die Zwecke von Artikel 314 Absatz 3 und Artikel 314 Absatz 4 AEUV ab dem Zeitpunkt seiner Festlegung am 30. Oktober 2013 gültig ist; weist die Bestimmung in dem begleitenden „Beschluss“, mit der der Rat bezw ...[+++]

6. herinnert eraan dat een standpunt van de Raad overeenkomstig artikel 314, lid 3, VWEU, een voorbereidende handeling is die van toepassing is vanaf de datum van vaststelling; geeft aan dat hij het standpunt van de Raad over OGB 8/2013, door de fungerend voorzitter van de Raad op 31 oktober 2013 aan het Parlement toegezonden, beschouwt als geldig voor de toepassing van artikel 314, lid 3, en artikel 314, lid 4, VWEU vanaf de datum van vaststelling van 30 oktober 2013; verwerpt en negeert de clausule in het bijgevoegde „besluit”, waarin de Raad zijn standpunt over OGB 8/2013 zogenaamd van toepassing verklaart vanaf de datum van goedkeu ...[+++]


Erster Klagegrund: Rechtsfehler in Bezug auf die Rechtsgrundlage der angefochtenen Verordnung (Verstoß gegen Art. 43 Abs. 2 AEUV), da der Rat rechtsfehlerhaft den Kommissionsvorschlag aufgeteilt habe und einen Teil davon auf der Grundlage des Art. 43 Abs. 3 AEUV erlassen habe, obwohl er insgesamt, wie von der Kommission vorgeschlagen, auf Art. 43 Abs. 2 hätte gestützt werden müssen.

eerste middel: onjuiste rechtsopvatting wat betreft de rechtsgrondslag van de bestreden verordening (schending van artikel 43, lid 2, VWEU), aangezien de Raad het voorstel van de Commissie onterecht heeft opgedeeld en een deel daarvan op grond van artikel 43, lid 3, VWEU heeft vastgesteld, terwijl het conform het voorstel van de Commissie in zijn geheel op artikel 43, lid 2, VWEU had moeten worden gebaseerd.


w