Traduction de «abgeleitete argument zurück » (Allemand → Néerlandais) :

In den Rechtssachen Nrn. 1965 und 1995 weist der Ministerrat das aus Artikel 43 des Vertrags zur Gründung der Europäischen Gemeinschaft abgeleitete Argument zurück, indem er sich auf die bereits erwähnte Rechtsprechung des Europäischen Gerichtshofes zu Artikel 8 des angefochtenen Gesetzes beruft (A.13.7), und er fügt hinzu, dass der Gesetzgeber Bestimmungen über die Organisation, die Zuständigkeit, die Berufsethik und die Kontrolle der Berufstätigkeiten annehmen könnte, unter der Voraussetzung, dass sie nicht diskriminierend seien.
In de zaken nrs. 1965 en 1995 weerlegt de Ministerraad het argument ontleend aan artikel 43 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en verwijst daarbij naar de rechtspraak van het Hof van Justitie die reeds is aangehaald in verband met artikel 8 van de aangevochten wet (A.13.7) en voegt eraan toe dat de wetgever bepalingen kan aannemen die de organisatie, de bevoegdheid, de deontologie en de controle van de beroepsactiviteiten regelen voor zover zij niet discriminerend zijn.

Die Flämische Regierung weist das Argument zurück, das aus dem Fehlen einer garantierten Mindestvertretung der Deutschsprachigen und der Französischsprachigen im Wallonischen Regionalrat und im Flämischen Rat abgeleitet sei, und bemerkt, dass Brüssel ein zweisprachiges Gebiet sei und dass gerade aus diesem Grund die flämische Sprachgruppe des Rates ein Organ mit Vorrechten, Funktionen und Zuständigkeiten bilde.
De Vlaamse Regering weert het argument dat is afgeleid uit de ontstentenis van een gewaarborgde minimale vertegenwoordiging van de Duitstaligen en de Franstaligen in de Waalse Gewestraad en de Vlaamse Raad, door op te merken dat Brussel een tweetalig gebied is en dat precies daarom de Vlaamse taalgroep van de Raad is samengesteld als een orgaan dat over prerogatieven, functies en bevoegdheden beschikt.

Der Kläger weist das aus Artikel 323bis Absatz 3 des Gerichtsgesetzbuches abgeleitete Argument als nicht pertinent zurück und stellt fest, dass der Korpschef nicht gleichzeitig ein Amt innerhalb des Hohen Justizrates ausüben könne, was implizit bedeute, dass man diesem Korpschef gegenüber ein ungerechtfertigtes Misstrauen an den Tag lege.
De verzoeker verwerpt het argument dat is afgeleid uit artikel 323bis, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, als niet relevant en stelt vast dat een korpschef niet tegelijkertijd een functie binnen de Hoge Raad voor de Justitie kan uitoefenen, hetgeen impliciet betekent dat men ten aanzien van die korpschef een onverantwoord wantrouwen te kennen geeft.