(3) Die Mitgliedstaaten berechnen den allgemeinen Indikator DSi1, indem sie die Summe der tatsächlichen, von allen Geodatensätzen gemäß den Themen der Anhänge I, II und III der Richtlinie 2007/2/EG abgedeckten Gebiete durch die Summe der relevanten Gebiete aller Geodatensätze für die Themen dieser Anhänge dividieren.
3. De lidstaten berekenen de algemene indicator DSi1 door de som van de feitelijke oppervlakten voor alle VRG’s die overeenstemmen met de in de bijlagen I, II en III van Richtlijn 2007/2/EG vermelde thematische categorieën, te delen door de som van de theoretische oppervlakten voor alle VRG’s die overeenstemmen met de in die bijlagen vermelde thematische categorieën.